Ongewild gegrepen
Jongeren: Vooral populaire gospelliederen beetje eenzijdig
Na twee uur praten ligt de prangende vraag op tafel: Is de boodschap van gospelzanger Michael W. Smith eerlijk, Bijbels? Barbera: „Het is niet onwaar wat hij zingt, maar het gaat er vooral over dat God van je houdt.” Mariëtte: „Is dat erg?” Cristian: „Ik hoor niet hoe ik aan die God kom. Daar worstel ik mee, en daar krijg ik bij Michael geen antwoord op.” Marcel: „Michaels boodschap is onwaar, zelfs leugenachtig. Als hij zijn God beschrijft en vervolgens vraagt: Ken jij die God?, dan zeg ik nee.”
De vier reformatorische jongeren bezoeken op uitnodiging van deze krant het gospelconcert op zaterdag 6 oktober van Michael W. Smith en Darlene Zschech in het Arnhemse Gelredome. Drie weken later ontmoeten ze elkaar weer, in Veenendaal, voor een gesprek over hun gezamenlijke ervaring en over gospelmuziek in het algemeen. Gespreksleider is Maarten van Middelkoop, jeugdwerkadviseur bij de christelijke gereformeerde jongerenorganisatie LCJ. Ook hij was in het Gelredome.
Op voorstel van Mariëtte wordt het gesprek begonnen met gebed. De jongeren realiseren zich dat het interview kritisch gelezen zal worden. Toch zijn ze bereid hun nek uit te steken. Ze hebben zich goed voorbereid. De Bijbel naast Maarten ligt open. Het is ieders wens om niet met eigen meningen op de proppen te komen, maar het gesprek te voeren met Gods Woord als richtsnoer.
Maarten: „Zullen we eerst terugblikken op het Gelredome?”
Cristian: „Het concert heeft mij gestimuleerd weer eens kritisch na te denken over mijn eigen, reformatorische traditie. Ik noem één puntje. Als 18.000 mensen in een stadion klappen voor Michael, dan vinden wij dat al gauw mensverheerlijking. Maar hoe zit dat bij ons, refo’s? Hebben wij ook niet onze dominees die we achternalopen?”
Barbera: „Michael gaf zelf een mooi antwoord in het RD op de vraag wat hij ervan vindt dat mensen hem vereren. Hij zei: Ik kan dat niet veranderen, maar ik bid voor hen.”
Mariëtte: „Ik vond dat er een duidelijk verschil was tussen Darlene en Michael. In het begin, bij Darlene, stond de bas veel te hard. Je werd bijna omvergeblazen. Michaels muziek was rustiger, sprak mij meer aan. Veel van zijn nummers kende ik. Het concert maakte duidelijk dat er veel verschil in gospelmuziek is.”
Marcel: „Mee eens. Michaels optreden was rustiger, maar ik zou het niet eerbiediger willen noemen.”
Mariëtte: „Het leek wel of Darlene ADHD had. Ze stond zo te dansen.”
Barbera: „Daardoor leek haar boodschap oppervlakkiger, maar is dat ook zo? Of denk ik dat omdat ik die stijl niet gewend ben?”
Marcel: „Ik ben compleet geschrokken van haar gebed. Ze sprak tot God op een vrijpostige manier. Zo zou je nog niet tegen de bakker op de hoek durven spreken. Alsof God een slaaf is Die je kunt bevelen. Ik was er verontwaardigd over. Ze citeerde Psalm 40: „U geeft mij een nieuw lied in mijn hart.” Maar daarvoor staat: „U heeft mij uit het modderig slijk opgetrokken.” Waar komen wij, mensen, vandaan? Dat moeten we nooit vergeten.”
Doe normaal
Maarten lanceert de stelling: Gospelmuziek is wereldgelijkvormig vanwege de overeenkomsten met popmuziek.
Marcel: „De beat bij gospel komt rechtstreeks uit de popmuziek. Het verbaasde mij hoe ik erdoor werd gegrepen. Het pakte me volledig, terwijl ik het niet wilde. M’n hart sloeg op hol. Ik zei tegen mezelf: Doe eens normaal man.”
Cristian: „Ik herken dat. Ik had het idee dat ik gospel van voor tot achter lelijk zou vinden, maar ik stond versteld van de impact die vooral Michaels muziek op me had. Als ik naar mijn gemoed te werk was gegaan, dan was ik ook opgestaan om mee te doen.”
Mariëtte: „Michael bidt voor zijn concerten. Word je er daardoor misschien door gegrepen?”
Marcel: „Ik vond het beangstigend. Het deed me denken aan eerdere ervaringen met popmuziek. Ik heb die muziek een tijdje aanbeden. Toen ik in het Gelredome zat, dacht ik: Hier kan zo een popzanger binnenstappen.”
Cristian: „Michael zelf zegt dat alle popstijlen ook in de gospelmuziek voorkomen.”
Mariëtte: „Doen gospelzangers de wereld na of is het juist andersom? Wij zijn geschapen als creatieve mensen die muziek mogen gebruiken tot Gods eer. God is zó groot, waarom zouden bepaalde stijlen dan niet mogen? Klassieke muziek is soms ook wereldgelijkvormig.”
Cristian: „Je wilt eerbied proeven als iemand geestelijke teksten zingt. Beseffen gospelartiesten wat ze zingen? Van nature leven we ver bij God vandaan. Dan kun je God toch niet aanspreken alsof Hij je buurman is? Hij is heilig, wij zijn onheilig. Ik denk aan Psalm 62: „Mijn ziel is immers stil tot God.” Iemand als Hans Frinsel schrijft in De Oogst dat aanbidding in de Bijbel niet vaak gepaard gaat met veel decibels. Hij verwijst dan bijvoorbeeld naar Job. Geeft de stilte niet veel meer besef van het wonder van genade dan al dat lawaai?”
Mariëtte: „Maar er staat ook in de Psalmen: Prijs de Heer, juich voor Hem.”
Barbera: „Niet elke tekst past op elke muziek. Je gaat geen liefdeslied in hardrockstijl zingen.”
Maarten: „Welke rol speelt de factor smaak hierbij?
Mariëtte: „Smaak heeft er absoluut mee te maken. Als iemand veel klassieke muziek luistert, is zijn smaak daardoor beïnvloed en zal hij moeite hebben met gospel.”
Marcel: „Smaak speelt een rol, maar is niet het enige. Het nummer ”Healing rain” liet me niet meer los. Het zat ’s avonds tijdens het tandenpoetsen nog in m’n hoofd. Tegelijk vraag ik me af: Wat zingt Michael eigenlijk? „I’m not afraid.” Ik ben niet bang. Waarvoor niet? Jesaja was wel bang. En de apostel Johannes ook. Hoe kan Michael dat dan zingen?”
Beetje hard
Maarten pakt zijn Bijbel en leest voor uit de Nederlandse Geloofsbelijdenis. „In artikel 1 staat een aantal eigenschappen van God. Hij is eeuwig, onbegrijpelijk, onzienlijk, onveranderlijk, oneindig, almachtig, volkomen wijs, rechtvaardig en een zeer overvloedige Fontein van alle goed. Is dat ook het godsbeeld van gospelzangers?
Barbera: „God staat in gospelmuziek heel dichtbij. „Hij houdt van je” is de belangrijkste boodschap van gospelzangers, hoewel ze natuurlijk ook wel over andere dingen zingen.”
Mariëtte: „Ik ken veel gospelnummers, en daar zit echt wel variatie in.”
Maarten: „In het Gelredome vertelde Michael hoe hij God ziet. Hij zei: God is op mij gesteld, Hij is op iedereen gesteld die hier is.”
Marcel: „En vervolgens vroeg hij: Ken jij die God? Dan zeg ik nee. Hij bezingt een andere God dan ik ken.”
Mariëtte: „Dat vind ik wel een beetje hard. Als je mensen voor God wilt winnen, is het logisch dat je vooral over Zijn liefde zingt. Je zegt tegen een onkerkelijk iemand ook niet: Jij gaat naar de hel. Daardoor zal hij echt niet God gaan dienen.”
Cristian: „De theologische gedachte achter veel teksten is: Jezus heeft geleden, is gestorven, het is nu aan ons om er iets mee te doen. Dat is puur remonstrants en staat haaks op de leer van de Reformatie. Gospelzangers zingen wel over een rijke God, maar niet over een arme zondaar.”
Maarten: „Op bijeenkomsten waar gospelmuziek klinkt, is er vaak een moment dat jongeren gevraagd wordt voor Jezus te kiezen. Hoe beoordelen jullie dat?”
Marcel: „De muziek werkt naar dat moment toe, dus ligt het voor de hand dat jongeren die keus maken. Ik zou het ook doen. Maar realiseren deze mensen zich dat God niet alleen liefde is, maar dat Hij ook de ongerechtigheid haat? Van die realiteit blijft op een gospelconcert weinig over.”
Barbera: „Veel gospel is worshipmuziek; dan gaat het om aanbidding.”
Marcel: „Oké, maar God moet wel volledig aanbeden worden, niet alleen in Zijn liefde. Ik snap trouwens best dat gospelzangers liever niet over Gods toorn zingen. Met zulke liedjes hoef je bij een platenmaatschappij niet aan te komen, want zo’n cd koopt geen mens.”
Barbera: „Op de EO-Jongerendag wordt ook altijd gevraagd te kiezen voor Jezus. Ze leggen de keus helemaal bij jezelf neer. Ik vind dat best moeilijk, want wat blijft er dan van Gods werk over?”
Cristian: „Het eenzijdig benadrukken van de uitverkiezing of juist van de verantwoordelijkheid van de mens moeten we allebei niet willen. De spanning tussen die twee is het mysterie van het Evangelie.”
Ezelsoren
Maken de reformatorische kerken zich terecht zorgen over de invloed van gospelmuziek op jongeren, wil Maarten weten.
Marcel: „Ik vind van wel. In veel gospelliederen gaat het over de reactie van de mens op Gods liefde, maar waar is God Zelf? De mens met zijn ervaring staat zo centraal.”
Cristian: „Luther zegt: „Voel eens aan je oren, dan merk je dat je ezelsoren hebt en dan sta je vanzelf weer op je plaats.” De Heere heeft ons en onze ervaring niet nodig. Als ik naar de teksten van gospelliederen kijk, dan mis ik het evenwicht van de Psalmen. Natuurlijk zijn sommige Psalmen van begin tot eind lofliederen. Maar vaker zie je dat het met ellende begint en met lofprijzing eindigt. Gospelliederen zetten gelijk zo hoog in dat je bijna niet hoger kunt.”
Barbera: „Dat geldt vooral voor de populaire nummers. Als je verder zoekt, kom je ook wel andere teksten tegen. Maar als je eerlijk bent, hoor je liever over Gods liefde dan over het feit dat de mens zondig is.”
Marcel: „Sterren krijgen pas licht tegen een donkere achtergrond. Juist als je ziet hoe zondig je bent, gaat Gods genade schitteren.”
Maarten: „Was de boodschap in het Gelredome eerlijk, Bijbels?”
Barbera: „De boodschap was niet onwaar, wel eenzijdig. Maar dan denk ik weer: Moet op één concert alles evenveel aan de orde komen? Dat gebeurt toch in de preek van een dominee ook niet altijd?”
Mariëtte: „Als je God helemaal moet beschrijven, dan ben je lang bezig.”
Maarten: „Er is die avond niet gezegd: Wie Gods liefde weigert, gaat verloren.”
Mariëtte: „Dat had misschien wel gemoeten, ja.”
Cristian: „De boodschap was niet Bijbels, omdat alle nadruk lag op mijn reactie. Ik loop met de vraag: Hoe kom ik aan die God? Ik krijg daar in gospelliederen een goedkoop antwoord op. Zo van: Jezus heeft alles gedaan, het is oké. Maar zo werkt het niet, want tegelijk voel ik in mijn hart dat ik onwillig ben.”
Mariëtte: „Wat moet er dan allemaal gebeuren in jou?”
Cristian: „Als het niet mijn keuze, maar Gods werk is, dan komt het allemaal goed in mijn leven. Maar ik loop met de vraag hoe ik aan die God kom. Daar worstel ik mee en daar krijg ik bij Michael geen antwoord op. Ik voel me door hem niet begrepen.”
Halve waarheid
Marcel sluit zich hier „van harte” bij aan. „Michaels boodschap, en ook wat je op een EO-Jongerendag hoort, is onwaar, zelfs leugenachtig. Persoonlijk mag ik de Heere kennen, maar ik ken ook de worsteling van Cristian. Het kost je alles om zalig te worden. Mijn wil moet steeds weer buigen voor Gods wil. Zing daar eens over, over die strijd. De Psalmen doen dat ook. Laten gospelzangers ervoor zorgen dat hun boodschap eerlijk is. Het gaat soms om wat er niet gezegd wordt. Een halve waarheid is een hele leugen.”
Mariëtte: „Ik sta ervan te kijken dat veel refojongeren wel popmuziek luisteren en geen gospel. Pop kan een heel verkeerde uitwerking op je hebben; met gospel krijg je nog een goede boodschap mee. Ik zou zeggen: Stop acuut met pop.”
Maarten: „Minister Rouvoet liet maandag in het RD weten dat hij Jezus had ervaren in het Gelredome. Wat vinden jullie van zo’n uitspraak?”
Barbera: „Niet ons gevoel is de maat.”
Cristian: „Er is geen geloof zonder gevoel, wel gevoel zonder geloof. Gods Woord blijft de norm. Toets gospelliederen aan de Psalmen, want die zijn door God Zelf geïnspireerd. Tegelijk vraag ik me af: Waarom luisteren zo veel refojongeren naar gospel? Omdat ze behoefte hebben aan levende getuigenissen.”
Zijn de jongeren aan het eind van het gesprek veranderd van mening? Vier keer nee.
Marcel: „Ik ben eerder bevestigd in mijn bezwaren tegen gospel.”
Vonden ze het gesprek waardevol? Vier keer ja.
Mariëtte: „Het is goed meer van elkaars argumenten te weten.”
Lees meer in het dossier Gospelmuziek.
Reacties (68)
Worteltje bezorger | vrijdag 2 november 2007 - 13:48 | |
aantal posts:24 | Ik vond en vind het heel mooi en indrukwekkend om dit gesprek te lezen!! Bedankt! |
het-doet-pijn-als-je-verkering-uitgaat redacteur | vrijdag 2 november 2007 - 14:42 | |
aantal posts:645 | ik luiter nooit naar gospel musiek!! |