„Nieuwe Pentium III moet Internet tot leven brengen”

Nummerplaten voor
de elektronische snelweg

Een processor met nummerplaat, dat lijkt de belangrijkste eigenschap van de Pentium III, de 'motor' die straks in vier van de vijf nieuwe pc's te vinden is. Elk exemplaar van deze chip is uitgerust met een uniek serienummer, dat z'n sporen achterlaat op Internet. Dat nummer dient als een elektronisch paspoort, om handelen via Internet veiliger te maken.

Daarover barstte een week of zes geleden de storm al los. Enkele Amerikaanse en Britse organisaties maakten zich ernstig zorgen over de privacy van internetters. Bedrijven zullen de 'kentekenplaten' lezen, de nummers verzamelen, uitwisselen, verkopen en koppelen aan gerichte reclames, was de vrees. En, erger nog, hackers zullen de nummers misbruiken. Marktleider Intel ging snel door de knieën en schakelt nu standaard bij alle processoren de beveiliging uit.

„Binnen enkele dagen na het verschijnen van de Pentium III zullen hackers via Internet programma's verspreiden die de nieuwe code kunnen verhaspelen”, voorspelde Bruce Schneier, directeur van een beveiligingsbedrijf, half januari. Hij kreeg geen gelijk. Het was niet enkele dagen ná, maar enkele dagen vóór. Afgelopen vrijdag ging de Pentium III wereldwijd in première, maar 3 dagen eerder legde het Duitse computerblad Computer Technology al uit hoe hackers het serienummer op een andere pc kunnen aanschakelen zonder dat de gebruiker het merkt.

Internet-gebruik
Een van Intels directeuren, Mike Aymar, vloog vrijdag naar Brussel om alle plooien glad te strijken. First class waarschijnlijk, want Intel stopt 600 miljoen gulden in de promotiecampagne voor haar jongste telg. Eenderde van dat geld gaat naar Europa, dat een groeimarkt voor Intel is, zegt Aymar. „Het aantal Internet-gebruikers in Europa groeit sneller dan in de Verenigde Staten.” Wereldwijd bedraagt het aantal internetters 115 miljoen, over 4 jaar moet dat verdrievoudigd zijn.

Aymar ziet ook brood in de groei van de elektronische handel. „Intel alleen al zet per maand 2 miljard gulden om aan online-verkoop.” Hij verwacht dat in 2002 de totale omvang van de e-commerce 2000 miljard gulden zal bedragen. Een van de tien Amerikanen koopt minstens eens per maand iets via Internet. „Als je bedrijf nu nog niet op het net is, zul je mislukken”.

De derde pijl op de boog van de Intel-directeur is het spelen via Internet. Daarin ligt Europa ver achter op de Verenigde Staten. Niet lang meer, denkt Aymar: in 2002 zal het aantal online-spelers maar liefst twaalf keer zo hoog zijn als nu, ruim 5 miljoen. „We mikken op 1 miljard aan elkaar geschakelde computers in 2005.”

Wat betekent de Pentium III voor al die internetters? Aymar blikt terug op de introductie van de eerste generatie Pentium-processoren, in 1993. Sindsdien is iedereen gewend geraakt aan flitsende multimedia: plaatjes, geluid en video. „Daarmee vergeleken betekent internetten vaak een teleurstelling: slecht geluid, slechte video, niet dezelfde ervaring als de prestaties van je eigen pc.” Dat is de uitdaging van de Pentium III, „een betere Internet-beleving.” De processor heeft minder gegevens nodig om toch een beter beeld en geluid te maken, ook bij trage verbindingen.

Sneller
Het is opvallend dat Intel vooral reclame maakt voor de Pentium III als betere spelletjesmachine. Daar zit namelijk de grootste snelheidswinst. De chip heeft een aantal nieuwe commando's aangeleerd ten opzichte van z'n voorganger. Programmeurs gebruiken die opdrachten om sneller driedimensionale beelden te berekenen, zodat die vloeiend in elkaar overgaan en gedetailleerder zijn. Dat werkt echter alleen voor nieuwe software en voor websites die speciaal voor de Pentium III ontworpen zijn. „Eind volgende maand zijn er meer dan 100 softwarepakketten beschikbaar, voor eind juni verwachten we er 250”, zegt Aymar.

Voor de bestaande software geldt dat een Pentium II met een kloksnelheid van 450 megahertz precies evenveel presteert als een Pentium III-450. Intel geeft dat zelf toe. Het verschil ontstaat pas bij multimedia: 29 procent sneller, of bij driedimensionale beelden: 74 procent sneller. Voor spelletjes betekent dat het verschil tussen 18 en 30 beelden per seconde, demonstreert Aymar. „Het is frustrerend als je op een knop drukt en de kogel komt pas een seconde later”, vindt hij.

Agressieve prijs
Met de komst van de Pentium III doorbreekt Intel nog een andere grens, die van de prijs. Pas 4 jaar nadat de eerste 486-processor op de markt kwam, zijn er machines te koop beneden de 4000 gulden. Voor de Pentium is die termijn minder dan 2 jaar. De Pentium II is na een halfjaar al te koop voor 4000 gulden en –tot ieders verrassing– de Pentium III onmiddellijk. „Onze prijsstelling is zeer agressief”, zegt Aymar.

Dat klinkt klantvriendelijk, maar in werkelijkheid is het de hete adem van de concurrentie die Intel bedreigt. Vorige week maandag kwam Advanced Micro Devices (AMD) met de K6-III chip van 400 megahertz op de markt, later deze maand komt de K6-III 450. Ze zijn honderden guldens goedkoper dan de vergelijkbare Pentiums van Intel. De fabrikanten Compaq en Gateway beloofden meteen dat ze deze goedkopere processoren ook zullen inbouwen.

Afgelopen zaterdag startte computerketen Dynabyte een verkoopcampagne waarbij al enkele honderden Pentium III's over de toonbank gingen. Het goedkoopste model kost slechts 2900 gulden. Dixons biedt een Pentium III aan vanaf 3400 gulden. Dat zijn weliswaar relatief kale computers, maar toch zullen de scherpe prijzen snel leiden tot het dumpen van de Pentium II.

Maar hoe zit het dan met de boycot van de Pentium III, waar Amerikaanse en Britse organisaties een paar weken geleden toe opriepen, uit vrees voor hun privacy? Ir. Eric Heemskerk, die in Brussel de nieuwste modellen van de Dyme-computers toont, lacht erom. „Een storm in een glas water. Wat is er op tegen dat je processor een nummer heeft? Mijn auto heeft toch ook een kentekenplaat? Als ik in een buurt kom waar ik niet thuishoor, kan ik ook gefotografeerd worden.”