Wetenschap 27 februari 2001

Slechts klein percentage Nederlanders kiest voor internetfilter

Speuren naar smerigheid

Door S. M. de Bruijn
”Kinderen slecht beschermd tegen internetporno”, concludeerde de Consumentenbond vorige week. Binnen een kwartier hebben basisschoolleerlingen afgehakte hoofden, hakenkruizen, seksplaatjes of instructies voor het maken van bommen op hun scherm, ook al stop je ze achter een streng filter. Dat bleek bij een experiment van Nationaal Jeugd Fonds Jantje Beton, die negentien kinderen de filters liet uitproberen. Wie het testverslag leest, concludeert al snel dat er geen veilige filters bestaan.

„Het snelst groeiende medium, dat ontworpen was om informatie te kunnen uitwisselen, is verkracht tot de grootste pornowinkel ter wereld”, zegt Jan G. Mariën van Domain Technologies uit Hendrik-Ido-Ambacht. Op een stuk of acht computerschermen in zijn bedrijf komen aan de lopende band afbeeldingen op het scherm die het schaamrood naar de kaken jagen. De medewerkers speuren het wereldwijde web af, op zoek naar porno, geweld, racisme en andere ongerechtigheden. Zodra ze zulke zondige zaken aantreffen, belandt het desbetreffende internetadres op de zwarte lijst: een uitgebreid computerbestand dat de basis vormt voor een internetfilter.

Dit is toch even wat anders dan achter de kassa zitten bij Albert Heijn. Hoe houden de screeners dat vol? „Dat is inderdaad onze grootste zorg”, zegt Mariën. „We zoeken mensen met een sterke persoonlijkheid, die stevig in hun schoenen staan. We begeleiden hen ook intensief, hebben regelmatig gesprekken als nazorg, en zorgen ervoor dat ze elk uur even pauzeren. Maar ja, iemand moet het toch doen?”

In een soort vissenkom zit de supervisor, Yvonne. Het is een ruimte met glazen wanden van waaruit zij alle schermen kan overzien. Ze controleert of mensen niet te lang naar de afbeeldingen blijven kijken en of er geen gekke dingen gebeuren. „Maar we gebruiken ook ons eigen filter, dus naarmate we meer sites gevonden hebben, komen we zelf steeds minder tegen.”

Mariën is directeur van X-Stop Europe, een van de bedrijven in de holding van Domain Technologies. „In de Benelux zijn wij wederverkoper van X-Stop voor de Evangelische Omroep, en voor de rest van Europa hebben wij de distributierechten.” X-Stop is de filtertechniek die de basis vormt voor FilterNet van de EO en voor de gefilterde abonnementen van NCRVNet en Solcon.

De vestiging in Hendrik-Ido-Ambacht maakt uiteraard gebruik van het filter van het Amerikaanse moederbedrijf, maar al snel na de start was duidelijk dat de techniek aangepast moest worden voor vieze woorden in allerlei talen. „Wat wij hier doen, is X-Stop met diverse taalgebieden uitbreiden. Voor het Nederlands hebben we dat klaar, sinds een week of vijf werken er drie mensen aan het Duits en drie aan het Frans. Binnen een paar maanden zal dat afgerond zijn, dan gaan we verder met Spaans en Italiaans.”

Handwerk
De aanpak van Mariën verschilt van die in Amerika. Daar werkt X-Stop met een intelligent zoeksysteem, Mudcrawler (modderkruiper), dat zoekt naar zinvolle combinaties van vieze woorden en de vondsten presenteert aan een redactie van vijftien man; die beoordeelt de sites vervolgens. In Nederland komt er meer handwerk bij kijken: „We beginnen via een zoekmachine binnen één taal te zoeken. Alle sites worden bekeken. We blokkeren niet alleen de sites zelf, maar volgen daarbinnen alle verwijzingen naar andere sites.” De beslissing om iets af te keuren, gebeurt altijd door de mens, om te voorkomen dat sites ten onrechte op de verdachtenbank belanden. „Over elke afgekeurde site zijn twee paar menselijke ogen gegaan.”

De twee andere screeners bij Mariëns bedrijf werken voor FilterNet, want dat hanteert zijn eigen filterregels. „De beheerder van een X-Stop-filter kan kiezen uit 32 categorieën van wat hij wel en niet wil zien: alcohol, drugs, chatsites, gokken, sport, reizen enzovoort. FilterNet heeft daaruit zijn eigen keuzes gemaakt. Het laat bijvoorbeeld de lingerieafdeling van Wehkamp en populaire chatsites door. Andere X-Stop-gebruikers kunnen die desgewenst tegenhouden.”

X-Stop is te koop voor particulieren, zodat iedereen zelf zijn filter kan bouwen –waarschuwing: eind vorig jaar is een programma verschenen op internet om het filter te omzeilen– of via een provider die van de elektronische zeef gebruikmaakt. Mariën biedt zelf al ruim twee jaar een internetabonnement aan onder de naam Saveguard, waarin alle 32 categorieën uitgeschakeld zijn.

In totaal beschikt het bedrijf nu over een bestand met 1,6 miljoen internetadressen, 1 miljoen van het Amerikaanse X-Stop en 600.000 die er in Nederland aan toegevoegd zijn. „We hebben al twee keer een overnamebod gekregen van dubieuze bedrijven die geïnteresseerd zijn in onze lijsten om er juist het omgekeerde mee te bereiken: reclame maken op internet met deze sites.”

Overblokkeren
Mariën geeft toe dat geen enkel filter 100 procent waterdicht zal zijn, hoeveel werk er ook aan besteed wordt. Zelf streeft hij naar 97 procent. Volgens de Consumentenbond-test zijn de filters van EO en NCRV weliswaar de beste, maar 10 tot 15 procent van de pornosites passeert desondanks de barrière. Die cijfers moeten we trouwens met een korreltje zout nemen, zegt zowel Mariën als Jan-Willem Bosman van de EO.

Het aantal geteste sites blijkt veel minder hoog dan de Consumentenbond eerst beweerde: ruim honderd stuks. Dat is veel te weinig voor een betrouwbaar cijfer. Zelf houdt Bosman het erop dat zo'n 10 procent van de verdachte sites het filter kan passeren. „We doen juist ons best om niet te overblokkeren”, verdedigt Bosman zich. „Het is niet moeilijk om strenger te filteren. Ik geef altijd maar het voorbeeld van het woord ”poes”; je kunt alle sites waarin dat woord voorkomt tegenhouden, maar een spreekbeurt over katten wordt dan ook erg moeilijk.”

Alles zien
Opvallend is dat Nederlanders weinig op blijken te hebben met filters. Het maartnummer van het blad ComputerTotaal schat dat 6 procent van de ouders een filter heeft geïnstalleerd. Een uitgebreid Amerikaans onderzoek van eind november spreekt over 2 procent voor Nederland. Dat staat in schril contrast met de VS: 19 procent van de Amerikaanse jongeren surft via een filter.

Waarschijnlijk is zelfs de schatting van 2 procent nog te hoog, want dat zou circa 50.000 filterabonnementen betekenen. FilterNet van de EO lijkt de grootste, met 5400 abonnees. Internetprovider Solcon heeft ruim 2500 abonnees die gebruikmaken van een filter, Saveguard 390, en NCRVNet slechts 231. CyberPatrol geeft geen verkoopcijfers, maar de voormalige leverancier schat het aantal verkochte pakketten op enkele duizenden. Safekidszone, de enige leverancier van gratis gefilterd internet, heeft circa 1000 abonnees, waaronder 25 scholen. CompuServe geeft evenmin cijfers en de andere filters zijn minder bekend. Het RDNet-Plus heeft 1003 abonnees, naast de 1421 mensen die de krant digitaal lezen en e-mailen via het RDNet.

Blijkbaar willen de meeste Nederlanders graag álles kunnen zien.

Eerdere Berichtgeving:
Consumentenbond kraakt internetfilters af - (20 februari 2001)

Consumentenbond kraakt internetfilters af - (20 februari 2001)

Relevante links:
Rapport over gebruik internetfilters in VS