Kerkelijk Leven 9 maart 2000

Eenheid in de kerk vóór alles

Door K. van der Zwaag
EDE – „In de hemel zingen we niet alle psalmen. Dan zingen we niet meer ”Uit diepte van ellenden”, wel het Lied van Mozes en van het Lam. Hier echter zijn we niet in de hemel maar op aarde. En nu zingen we al van de hemel.” Ds. J. van Amstel, voorzitter van de interkerkelijke Stichting Geestelijk Lied Gereformeerde Gezindte, heeft er geen bezwaar tegen om gezangen als een aanvulling op het psalmenboek te beschouwen. „In het kerkelijk leven heb je echter te maken met een praktijk van wildgroei, die grote zorg geeft en tot voorzichtigheid maant.”

Psalmen, bijbelliederen, berijmde schriftgedeelten, gezangen. Wie ziet door de bomen het bos nog? Wat kan wel en wat niet (meer)? Ds. Van Amstel wil onderscheid maken tussen schriftberijmingen en bijbelliederen. „De eerste vorm is het spreken van de Schrift zelf, zoals bij de psalmen, bij de tweede is er al een zekere afstand, mede door het gebruikmaken van gedeelten. Een volgende stap zijn de gezangen. Die verwoorden een gedachte of gedachten van de Bijbel. Dan komt het probleem in hoeverre je bijbels of gereformeerd bezig bent. Geef je het werk van Vader, Zoon en Heilige Geest wel evenwichtig weer? Komen de aspecten van ellende, verlossing en dankbaarheid op goede wijze terecht?”

Veel gezangenbundels lopen het grote risico dat het evenwicht zoek is. „Wanneer hier en daar de alverzoening wordt geleerd, valt het oordeel van God weg. Het is soms treurig te zien hóé gehavend mooie liederen in bepaalde bundels zijn opgenomen. Ook het element van bekering moet aanwezig blijven. We zien regelmatig remonstrantse en charismatische invloeden in gezangen.”

Maar ook de psalmen zingen we vaak selectief, zo haast ds. Van Amstel zich te zeggen. „We geven Psalm 150 vaker op dan Psalm 88. Als we alleen Psalm 150 en Psalm 75 vers 1 (”U alleen, U loven wij”) zingen, doen we tekort aan de breedte van de psalmen. Ook de wraakpsalmen zijn een element in Gods openbaring.”

Psalmen voorop
De psalmen staan bij de christelijke gereformeerde predikant uit Ede boven alles. Dat wil hij vooropstellen. „God heeft ons in de psalmen een complete bundel gegeven, die in de liturgie een uitzonderlijke plaats heeft ingenomen en nog steeds inneemt. De Heilige Geest heeft deze liederen geïnspireerd. Je kunt er genoeg aan hebben. Zij die dit standpunt huldigen, hebben daarom ook sterke argumenten. Tegelijkertijd moeten we zeggen dat de Heilige Schrift het zingen van gezangen niet gebiedt noch verbiedt. Maar wat is dienstbaar en bevorderend voor de eenheid?”

Mede in het kader hiervan is ds. Van Amstel terughoudend om toch gezangen te zingen tijdens de eredienst. „Ik heb principieel geen bezwaren om gezangen te zingen, mits je natuurlijk een goede selectie toepast. Maar de kerkelijke praktijk doet mij anders oordelen. Daarom heb ik tijdens de synode gestemd tegen het vrijgeven van gezangen. Mijn argument was vooral dat we de eenheid moeten bewaren. Ik had niet zozeer bezwaren van principiële aard. Het besluit is inmiddels nog steeds van kracht, maar de praktijk is dat er in onze kerken een grote wildgroei is ontstaan en de meest uiteenlopende liederen de weg naar de eredienst hebben gevonden. Er gaan zelfs stemmen op om artikel 69 van de kerkorde een geheel andere invulling te geven.”

Andere prediking
Ook in zijn kerk vormen de gezangen dus een sjibbolet? Ds. Van Amstel: „Een sjibbolet vanwege zoveel andere redenen, die er ook zijn. Er is in meer dan één geval een samenhang tussen het zingen in de eredienst en de prediking, de gemeentopbouw en het hele kerkelijk denken en leven. Als die andere dingen er niet waren, dan waren de gezangen nooit zo'n punt geweest. In de kringen van het Réveil, binnen de lutherse maar ook binnen de calvinistische traditie, werden vaker gezangen gezongen. Tegenwoordig wordt er zo verschillend in de kerken gepreekt, dat mensen terecht zeggen: Ik kan uit het psalmbord opmaken hoe de preek zal zijn. Je kunt daarom het zingen van gezangen niet losmaken van het geheel.”

Tegen gezangen zijn geen principiële bezwaren aan te voeren. Dat wil ds. Van Amstel onderstrepen. „Als de Heere Maria en Zacharia laat zingen, en de engelen, waarom zouden wij dat niet mogen overnemen? Ook de lofprijzingen in het Nieuwe Testament lenenzich goed voor gezangen. Ik zie vooral het praktische bezwaar dat bij het introduceren van de gezangen de psalmen verdwijnen. Je kunt wel besluiten dat de gezangen een plaats mogen hebben als ze de psalmen niet overwoekeren. Maar mijn zorg is dat je dat in de praktijk juist wel ziet gebeuren. Daarom heb ik aarzelingen. Wat anders is het gebruik van het vrije lied tijdens jeugd- en evangelisatiebijeenkomsten. Als je mensen uitnodigt om tot de Heere Jezus te komen, dan moeten er goed verstaanbaare liederen zijn.”

Eigen bundel
Het feit dat er binnen de gereformeerde gezindte behoefte is aan een verantwoorde bundel liederen, heeft in 1983 geleid tot de oprichting van Stichting Geestelijk Lied Gereformeerde Gezindte en de uitgave van ”Uit aller mond” (in 1988). Inmiddels is van die bundel een tweede druk op de markt en is deze ook aangevuld met twee deeltjes met liederen voor kinderen.

De aanvankelijke kritiek dat de zonde en de noodzaak van wedergeboorte te weinig zouden doorklinken, is achterhaald, zegt ds. Van Amstel. „De reserve is verdwenen en de waardering is sterk toegenomen. Men beseft dat er iets goeds tot stand is gebracht dat een tegenwicht biedt tegen heel wat wildgroei. Als gezegd wordt dat je het persoonlijk doorleefde geloof niet kunt zingen, kun je dan wel psalmen zingen als: ”Gij zijt mijn heil”, of ”God heb ik lief”? Dan vallen ook vele psalmen weg. Je zingt in de kerk op de hoogte van Gods kinderen in de oudtestamentische bedeling. Dan is het niet alleen de diepte der ellende maar ook de hoogte van het heil. We moeten niet wijzer dan de Schrift willen zijn.”

Ds. Van Amstel wijst erop dat de selectie van liederen enorm belangrijk blijft. „Vooral als je ziet wat je allemaal aangeleverd krijgt. Een goed, verantwoord lied moet zich kenmerken door bijbelgetrouwheid, goed Nederlands en muzikaal niveau. Als één lid van onze werkgroep moeite heeft met één regel, dan laten we zo'n lied vallen.”

Oproep van Bond
De Gereformeerde Bond heeft in zijn vorige week uitgegeven brochure de suggestie gedaan dat de stichting wellicht een selectie van oud- en nieuwtestamentische bijbelliederen zou kunnen geven. „Als de Gereformeerde Bond dat serieus overweegt, zal het hoofdbestuur vanzelf wel in contact komen met de stichting”, antwoordt ds. Van Amstel voorzichtig. „Wat de Bond heeft verwoord in de brochure, overviel ons, zij het dat het een aangename verrassing is om te horen hoe ons werk gewaardeerd wordt. We willen serieus op een verzoek van de Bond ingaan.”

Vorige aflevering:
Spanning tussen principe en traditie