Binnenland13 maart 2001

„Burgers bij beleid betrekken”

Door P. Chr. van Olst
DEN HAAG – „Internet biedt fantastische mogelijkheden om burgers te betrekken bij het maken van beleid.” De vice-voorzitter van de D66-kamerfractie, B. Bakker, glundert wanneer hij het zegt. Als hij desgevraagd dagdroomt over politiek en internet, voeren zijn gedachten hem langs virtuele verkiezingen, elektronische referenda en grootscheepse opiniepeilingen via internet.

„Internet biedt een geweldige uitdaging om burgers al bij de voorbereiding van beleid te betrekken”, stelt Bakker. Zojuist heeft hij een telefonisch gesprek over de veiling van commerciële radiofrequenties afgerond. De Tweede Kamer is tegen die veiling sinds de commerciële zenders Den Haag bombardeerden met duizenden protestmailtjes. „Dat is toch fantastisch?” reageert de D66-politicus.

Internet maakt echter niet alleen virtuele democratie mogelijk. Bakker heeft het over een hele „virtuele wereld.” Een wereld die naast de gewone zichtbare en tastbare wereld staat, maar waaraan wel alle mensen moeten deelnemen, willen ze erbij horen. „Internet wordt in de toekomst net zo onvermijdelijk als de telefoon. Wie er niet op wil, raakt geïsoleerd.”

Juist daarom is er D66 veel aan gelegen dat „alle Nederlanders de vaardigheden voor internetgebruik aanleren.” Bakker ziet het als taak van de overheid het hele Nederlandse volk „zo snel mogelijk en zo breed mogelijk toegang te geven tot zo hoog mogelijke technische faciliteiten.” Zo snel mogelijk, omdat het Nederlandse bedrijfsleven ook in de kenniseconomie voorop moet lopen. Zo breed mogelijk, omdat iedereen aan die virtuele wereld moet kunnen deelnemen.

Met een zo hoog mogelijk niveau aan technische faciliteiten bedoelt Bakker vooral een goede glasvezelstructuur tot aan ieders voordeur. Iedereen moet via de kabel kunnen internetten; wat via de telefoonlijn gaat, is immers veel te beperkt. „Minister Jorritsma van Economische Zaken moet daar veel harder aan trekken”, meent de D66'er. „Ze luistert nog veel te veel naar de bedrijven die monopolieposities hebben.”

Schaalvergroting
Hoe de toekomst er precies uit zal zien, durft Bakker niet te voorspellen. Maar hij heeft er wel grote verwachtingen van. „Je ziet hoe snel het gaat”, zegt hij. „Vijftien jaar geleden had nog niemand een mobiele telefoon, waren er nog geen commerciële radio- en tv-zenders en was er nog geen internet zoals we het nu kennen. En nu: 10 miljoen mobieletelefoonaansluitingen, een stuk of zeven commerciële tv-stations, commerciële radiostations te over en al heel veel mensen op internet.”

Bakker kan zich levendig voorstellen dat Nederlandse studenten straks gewoon vanachter hun bureau door de hele wereld heen colleges volgen. „Nu moet je moeite doen om een jaar lang in Amerika te kunnen studeren, straks volg je op één dag colleges bij Harvard en bij verschillende technische universiteiten in Japan. Dat is het gevolg van internet: de hele schaal van staat en natie wordt minder relevant.”

Volgens D66 is het met zo'n toekomstperspectief van belang dat niemand door gebrek aan opleiding of geld niet mee kan komen in de virtuele wereld. „Daarom zijn wij vorig jaar met het voorstel gekomen om een pc-privé-project op te starten. We willen het voor iedereen mogelijk maken een computer te kopen. Dat zou kunnen door het aftrekbaar te maken van de belasting of door via de bijzondere bijstand iets te regelen.”

”Mein kampf”
Bakker zegt ook schaduwkanten aan het internet te zien. „In Nederland hebben we de verkoop van Hitlers boek ”Mein kampf” verboden, maar via internet heb je het zo. En ons gokbeleid wordt behoorlijk aangetast door het internetgokken.” Toch ziet Bakker ook dat niet louter negatief. „Het betekent ook dat mensen in landen zoals China veel meer informatie uit de vrije wereld krijgen.”

Met de stelling van PvdA-collega Wagenaar dat internet de bestaande economie in geen enkel opzicht bedreigt, is Bakker het niet eens. Hij wijst erop dat in Amerika 200 boekwinkels op de fles gingen nadat de grote digitale boekverkoper Amazon.com op de markt kwam. „Internet verandert de dingen natuurlijk wel.”

Staat u te juichen als internet de directe democratie zo makkelijk zou maken dat het uw positie als volksvertegenwoordiger bedreigt?
„Dat zou ik prima vinden. Ik ben zeer voor directe democratie. Helaas zal het niet gebeuren, omdat de burger geen tijd heeft om zich iedere dag in al die besluiten te verdiepen. Dat er volksvertegenwoordigers zijn, moet je gewoon zien als een vorm van werkverdeling.”

Dit is het vijfde artikel in een serie over politiek en internet.

Zie ook:
Beoordeling www.d66.nl

Eerdere berichtgeving:
„Kansen voor gemeenschapszin”