Stadse tweezitter smart
behendig maar stug

Veel mensen die de smart city-coupé met zijn grappige vormgeving en flitsende kleurencombinaties voor het eerst zien, kunnen een glimlach niet onderdrukken. In het design ligt ongetwijfeld zijn kracht. Sommigen denken aan een nieuwe elektrische auto, maar de smart is een echte benzinewagen (3 cilinder lijnmotor; cilinderinhoud: 600 cm3). Hij kan met de achterin liggende Suprex-turbomotor van slechts 59 kilogram volwaardig deelnemen aan het verkeer, zowel in de stad als op de snelwegen in de omgeving, maar het is geen wagen voor de lange afstand.

Het bochtenwerk in de stad verloopt dankzij de minimale draaicirkel van ruim 8 meter en de stuurbekrachtiging erg soepel. Terwijl andere auto's een paar keer extra moeten aanhalen, gaat de smart zonder de stoeprand te raken de scherpste hoek om. Parkeren in de gaatjes geeft evenmin problemen. Hinderlijk is daarbij wel de brede stijl rechtsachter, die relatief veel zicht wegneemt. Verder geeft het autootje ruim zicht. Bij de luxere pulse-versie is ook een glazen dak mogelijk.

Ook voor het vele schakelen in het stadsverkeer zocht smart een oplossing. De ontwerpers ontwikkelden een zestraps sequentiële versnellingsbak. Bij het optrekken is een klein duwtje tegen de soft-touch versnellingspook genoeg om de smart naar een hogere versnelling te laten overspringen. Een koppelingspedaal heeft de tweezitter niet, dat is even wennen. De smart-beginneling heeft bij het schakelen de neiging het gaspedaal iets los te laten. De auto mindert dan snelheid en dat rijdt niet comfortabel. Maar wie het gaspedaal ingedrukt houdt, merkt bij snelheden onder de 50 kilometer per uur weinig van het overschakelen. Bij hogere snelheden blijft echter een hinderlijke vertraging merkbaar. Het automatisch terugschakelen bij snelheidsvermindering geeft rust tijdens het rijden.

De smart scoort ook niet op de vering, want die is stug. Vooral bij oneffen bestrating –en daar moet een stadsauto nogal eens over– is elke hobbel voelbaar, komt het stuur in trilling en neemt het rijplezier af. Volgens de ontwikkelaars is dit gekomen door de aanpassingen die zij hebben moeten uitvoeren nadat de Mercedes A-klasse niet veilig door de elandtest kwam.

Ruim
De instap is prettig hoog en de beenruimte in de tweezitter is royaal. Het interieur is fraai vormgegeven. Ronde vormen zijn kenmerkend voor in- en exterieur. Het dashboard is eenvoudig en overzichtelijk. Hinderlijk is, dat het stuur, als het 180 graden gedraaid is, het zicht op de digitale display ontneemt, temeer omdat alleen daar te zien is in welke versnelling de auto rijdt.

De plaats van het traditionele dashboardkastje is ingenomen door een tweede airbag voor de bijrijder. Kaarten, gidsen en andere spullen moeten daarom in de portiervakken of achter de stoelen worden opgeborgen. Veiligheid gaat hierbij boven opbergruimte.

Omdat de passagiersstoel 15 centimeter verder naar achter kan dan de bestuurdersstoel, hebben de inzittenden ook in de breedte voldoende ruimte. Bij een zijdelingse aanrijding geeft deze opstelling volgens smart meer veiligheid, want de inzittenden schuiven langs elkaar heen. De zitplaatsen hebben veel aandacht gehad van de ontwerpers. Zo bestaat een deel van de rugleuning uit gaas, waardoor bij warm weer ook daar frisse lucht komt. Vreemd is echter, dat alleen de rugleuning van de bestuurdersstoel verstelbaar is.

Ergens moest de smart toch centimeters inleveren. Dat is in de bagageruimte gebeurd. Met twee boodschappenkratten is die echt vol. Een aanhangwagentje kan niets oplossen, want de smart krijgt geen trekhaak. Voor het vervoer van fietsen kan wel een speciale drager worden gemonteerd, maar met zo'n 'bult' verliest de city-coupé haar schoonheid.

De smart komt in oktober in twee versies op de markt: de smart & pure met een 33 kW motor (45 pk) voor 19.800 gulden (inclusief btw en bpm) en de smart & pulse met een 40 kW motor (55 pk) voor 21.350 gulden. Ter gelegenheid van de introductie zal ook een exclusieve smart limited/1 verschijnen. Andere, luxere modellen zullen vanaf 1999 volgen.

De city-coupé is met een brandstofverbruik van 1 liter op 21 kilometer –zeker voor het stadsverkeer– een zeer zuinige auto. Geen wonder dat vele tientallen Nederlanders al voor de tweezitter tekenden. Smart toont aan dat iets kleins met beperkingen groot(s) kan zijn.