In Europa zuchten we nu een aantal weken onder de gevolgen van de oorlog in Oekraïne. De diplomatie draait op volle toeren om een politieke oplossing voor dit conflict te vinden. Kenmerkend voor gewapende conflicten in het Midden-Oosten is dat ze zich voortslepen totdat ze uiteindelijk in de vergetelheid raken.
Dit laatste is een goede omschrijving voor de situatie in Jemen waar in de lente van 2015 een bloedige oorlog uitbrak. In het noorden van dit land wonen de Houthi’s die zichzelf liever omschrijven als de ”Ansar Allah”, oftewel ”de helpers van Allah”. Ze belijden een vorm van de sjiitische islam. In 2014 trokken ze plotseling zuidwaarts en brachten grote delen van Jemen onder hun controle.
Een jaar later begonnen een aantal landen onder leiding van Saudi-Arabië een oorlog in Jemen. Het had een kortstondige Blitzkrieg moeten zijn die de Houthi’s een les had moeten leren. Het pakte echter anders uit. Onder meer door Iraanse hulp voor deze Houthi’s. De Verenigde Staten steunden op hun beurt de Saudische alliantie.
We zijn nu zeven jaar verder en er leek geen enkele hoop aan de horizon te gloren om deze oorlog te beëindigen. Begin april werd echter bekend dat de strijdende partijen overeen waren gekomen om de vijandelijkheden in Jemen voor twee maanden te staken. Alom werd er opgelucht adem gehaald. Het leek een overwinning voor de diplomatie en vooral de Amerikaanse president Joe Biden kreeg veel lof toegezwaaid. Biden had immers in een vroeg stadium laten weten meer prioriteit te willen geven aan het conflict in Jemen.
Westerse politici geloven heilig in de kracht van diplomatie. Onderhandelen totdat er een consensus is bereikt. In de islamitische wereld gebruikt men vaak een ander recept. In Afghanistan dacht het Westen dat het twintig jaar lang aan de opbouw van een democratische rechtstaat had gewerkt. De taliban maakte echter een einde aan die zoete droom. Zij waren in militair opzicht de sterkste partij en dus bepaalden zij de agenda.
Het lijkt slechts een kwestie van tijd voordat Syrië weer wordt opgenomen in de Arabische Liga. Met Iraanse en Russische steun wist de Syrische president al-Assad het grootste deel van Syrië weer onder zijn controle te brengen. Niet diplomatie, maar het wapengekletter kreeg ook hier het laatste woord.
Niet uitgesloten moet worden dat het in Jemen niet anders is. Biden besloot om de Amerikaanse steun voor de door Saudi-Arabië aangevoerde alliantie in Jemen te stoppen. Wat zeer gewaardeerd werd door de Houthi’s én Iran. Dit laatste land peinsde er niet over om de wapenleveranties aan de Houthi’s op te schorten. Met als gevolg dat de Houthi’s sinds begin 2021 aanzienlijke terreinwinst hebben geboekt in Jemen.
Bovendien werd een ander Arabisch schrikbeeld bewaarheid. Sinds 2021 hebben de Houthi’s vanuit het noordelijk deel van Jemen voortdurend aanvallen uitgevoerd op olie-installaties en steden in zowel Saudi-Arabië als de Verenigde Arabische Emiraten(VAE). De oorlog in Jemen heeft zich kortom verplaatst naar de buurlanden.
De wapenstilstand in Jemen kwam vooral voort uit het wanhopige verlangen van Saudi-Arabië en de VAE om een uitgang te vinden uit de Jemenitische slangenkuil. De Houthi’s wisten hun macht te consolideren en zullen het staakt-het-vuren waarschijnlijk gebruiken om hun positie te versterken.