De datum zong al dagen rond op verschillende sociale media. Acht januari moest een keerpunt worden. Frankrijk zou getuige zijn van het ontstaan van een nieuwe beweging. Het verzet tegen de gehate coronapas zou eindelijk smoel krijgen.
Klokslag twee uur is het Place Sathonay, gelegen aan de voet van de wijk La Croix-Rousse in het centrum van Lyon, nog maar voor een deel gevuld. Een honderdtal demonstranten, zowel oud als jong, velen voorzien van borden, vaak met opvallend veel tekst. Geen oneliners, maar argumenten, keurig netjes gerangschikt.
Alex is een van hen. Ingenieur van beroep. Rustig en kalm legt hij zijn standpunt uit. Hij vindt het triest wat er gaande is in het land. De opmerkingen van president Emmanuel Macron zijn hem in het verkeerde keelgat geschoten. Zijn kartonnen bordje verwijst naar het artikel dat gaat over de rechten van de mens en dat zegt dat niemand gedwongen kan worden iets te doen wat niet bij wet is vastgelegd.
Maar die wet, de verplichte coronapas, is afgelopen donderdag toch met overgrote meerderheid aangenomen? Alleen de senaat kan nog dwarsliggen. Alex: „Inderdaad, deze tekst is beperkt houdbaar. Maar het idee dat we straks een groep mensen hebben die niet meer voor de wet gelijk is, die bepaalde beroepen niet meer kunnen uitoefenen, die geen restaurant meer kunnen bezoeken omdat die coronapas verplicht is, dat is discriminatie en dat druist in tegen het principe van gelijkheid waar onze Republiek op is gefundeerd.”
Als de waarden van de Republiek daadwerkelijk op het spel staan, zou je misschien toch meer mensen verwachten? De opkomst is inderdaad een teleurstelling, geeft hij toe.
Angst
Hij wordt bijgevallen door een andere man. Hij vermoedt dat er een massa mensen is die zich nu nog stilhoudt, maar die na vier vaccins misschien gaat twijfelen. En daar spelen de media volgens hem ook een rol in. „Er wordt angst gezaaid, en die angst zorgt dat mensen niet eens meer een ander geluid durven te laten horen.”
Nee, hij is niet tegen vaccineren; het is de angst voor een medisch schandaal dat hem ervan weerhoudt zich in te laten enten. Hij vertrouwt de huidige vaccins niet. „Als je er nu al meer dan drie van nodig hebt, dan kan het niet goed zijn. Laten ze nu eerst maar een goed vaccin vinden.” Maar veel vertrouwen heeft hij niet.
„En dan de manier waarop dit allemaal gebeurt.” Marie is erbij gekomen en wil ook haar zegje doen. „Ik ben niet anti-vax, maar ik ben anti-pas. Ik sta hier voor mijn kinderen. Dit gaat over vrijheid. Alle dingen waar ze nu een pas voor gaan eisen. We zijn geen twintig meer, maar ik denk aan de volgende generaties. Ik wil niet dat die leven in een systeem van totale onderwerping. Het is echt verschrikkelijk wat er gebeurt. Dit land is niet meer mijn land.”
Terwijl de twee mannen verder klagen over wat er allemaal niet schort aan het beleid van Macron, stroomt in luttele minuten zowaar het plein vol. Was dit een academisch kwartiertje dat de boze burgers in staat stelde zichzelf wat moed in te drinken? Het protest krijgt wat meer body. Geschreeuw. „Ré-si-stance!” Een eerste strijker beantwoordt het lawaai van een politiehelikopter die wel erg laag over het plein vliegt. De knal wordt met luid gejuich ontvangen.
Uit een hoek van het plein komen twee levensgrote ‘injectienaalden’ aangefietst. Er zijn witte jassen, mensen uit de zorg. Gevaccineerd en oprecht boos over de vele wegbezuinigde bedden in de ziekenhuizen. Henri: „Deze president vertegenwoordigt ons niet. Hij staat daar alleen om zijn eigen belangen te verdedigen.” Sabrina: „Mensen hebben geen keuze. Als je met je leven wilt doorgaan, als je een baan hebt, dan heb je feitelijk geen andere keuze dan jezelf te laten vaccineren. We staan hier voor het recht er anders over te willen denken.”
„Li-ber-té, li-ber-té!”, galmt het in de kleine straatjes. Op het Place de la Comédie kunnen de demonstranten niet verder. Het getrommel houdt op. Alle straten richting Bellecour zijn afgezet. Een kat-en-muisspel met de ME volgt. De demonstratie eindigt in rook en tranen.