Bij ons thuis: een blik achter de schermen bij de nieuwe RD-podcast
Huisgodsdienst, seksuele vorming en games. Christelijke ouders kunnen met veel vragen zitten rond de opvoeding. Voor hen is er nu de RD-podcast Bij ons thuis. Een blik achter de schermen bij de opnames.
„Glas water?” vraagt presentator Evert Barten aan de gast van deze avond, Steven Middelkoop. Koffie blijkt niet handig, want daar krijg je een droge mond van. „Dan hoor je gesmak op de opname”, roept geluidstechnicus Niels Verhoek.
Het is maandagavond acht uur en in een studio in Apeldoorn zijn de opnames voor de nieuwe RD-podcast ”Bij ons thuis” in volle gang. In deze online audio-uitzending gaat RD-redacteur Evert Barten wekelijks in gesprek met een gast over christelijke opvoeding.
Deze avond praat hij onder anderen met Steven Middelkoop, aankomend predikant en programmamanager bij Yona, een organisatie die jongeren helpt met gezond internetgebruik op hun smartphone. Onderwerp van gesprek: juist, de telefoon. Wanneer geef je je kind er eentje? En hoe zorg je als ouders voor verantwoord telefoongebruik?
De koptelefoons gaan op en de smartphones op stil. Het gesprek kan beginnen. „Momentje nog hoor”, zegt Barten terwijl hij een glas water met een plastic slangetje erin pakt. „Eerst even bubbelen.” Voor hem is het al de tweede opname deze avond, dus zijn stem begint schor te worden. Bubbelen (officiële naam: de Lax-Voxmethode), een techniek waarbij je met een slangetje in water blaast, helpt je stem te ontspannen. Steven Middelkoop kijkt geïnteresseerd toe. „Dat moet ik ook eens proberen. Na een spreekavond is mijn stem vaak versleten.”
De geluidstechnicus klikt op de opnameknop. Vanaf nu zit hij muisstil, want anders hoor je het gekraak van zijn bureaustoel door het gesprek heen. Barten steekt van wal. „Welkom bij deze derde aflevering van Bij ons thuis.” Hij begint de uitzending met een vraag. „Wanneer geven we ons kind een telefoon, dat is toch vaak de hamvraag die je bij ouders hoort, of niet, Steven?”
Voor zijn werk geeft Middelkoop regelmatig lezingen aan ouders. Hij hoort over het algemeen twee geluiden. „De dertigers, de wat jongere ouders, zijn heel fanatiek. Ze weten uit ervaring hoe verslavend een telefoon kan zijn. De ouders die oudere kinderen aan het opvoeden zijn, staan er genuanceerder in. Je kunt dan niet meer alles verbieden.”
Als ouders moet je zelf bepalen op welke leeftijd je kind een smartphone krijgt. De een krijgt deze al op zijn twaalfde, de ander pas als hij of zij 14 of 15 is. Barten noemt een voorbeeld uit zijn eigen gezin. „Mijn dochter is veertien en heeft nog geen smartphone. Op de telefoon van mijn vrouw hebben we alle apps geïnstalleerd die ze nodig heeft.” „Een soort gezinsmobiel”, reageert Middelkoop. „Dat adviseer ik regelmatig aan ouders met jonge pubers. Op die manier heb je er zicht op en is je kind toch betrokken bij klassenapps.”
De telefoon biedt ook voordelen aan ouders. Zo zijn de cijfers van je kind gelijk bekend; alles wordt online geüpload. Middelkoop: „Als ik vroeger mijn rapport kreeg, had ik tijd om mijn ouders voor te bereiden. Nu zie je alles meteen.” Barten, lachend: „Soms tot frustratie van kinderen.”
Een belangrijk argument tegen de telefoon is de verslavende werking ervan. „Daar moet ik zelf ook het gevecht mee aangaan”, zegt Middelkoop. „Wie herkent het niet? Je zit iets op te zoeken op je telefoon, je raakt afgeleid en een kwartier later weet je niet meer wat je zocht.” Hij tipt ouders om apps voor schermtijd in te stellen. „Maar vooral: leer jongeren op een goede manier met hun telefoon om te gaan.”
De eerste twee stukken van het gesprek zijn opgenomen. Tijd voor een pauze. „Straks bespreken we de vraag hoe je omgaat met telefoongebruik tijdens gezinsmomenten”, zegt Barten, terwijl hij door een document op zijn laptop scrolt. „Als ik te veel een spraakwaterval ben, moet je het zeggen hoor”, meldt Middelkoop. Barten: „Geen probleem, fijn juist. En we kunnen altijd knippen.”
Podcast populair onder Nederlanders
Het aantal luisteraars van Nederlandse podcasts neemt flink toe. Uit de Audiomonitor van het Nationaal Luister Onderzoek blijkt dat in 2019 5 miljoen Nederlanders regelmatig naar een podcast luisterden.
De podcast is eigenlijk niet meer dan een geluidsopname op internet. Je zou het kunnen vergelijken met onlineradio, al ligt het iets genuanceerder. „Radioprogramma’s zijn meestal gevuld met een mix aan onderwerpen, podcasts behandelen vaak één thema”, zei hoogleraar mediastudies Mark Deuze vorig jaar in het RD. Een podcast kan overal over gaan. De luisteraars zijn overwegend jonger dan 50 jaar. De podcast past bij de manier waarop zij gewend zijn media te consumeren: iedereen wil zelf kiezen waar hij naar luistert en op welk moment.