Piepschuim lospeuteren uit het strand. De vrijwilligers van de schoonmaakactie van de Nederlandse kust draaien er hun hand niet voor om. Ruim 600 kilo afval haalden ze donderdag van het strand van Schiermonnikoog.
„Ans! Ik heb er al twee-hee!”, gilt Carla Domburg naar haar vriendin op het strand van Schiermonnikoog. Ze heeft een stukje zeiltouw gevonden en een afgebroken, rood stukje plastic. „Het is heel klein, misschien een onderdeel van een dopje?”, vermoedt ze. Domburg heeft al vaker meegedaan met een opruimactie. „Dit is zo leuk.”
Als ze iemand afval ziet dumpen, zegt ze er gerust wat van. „Maar niet op een belerende toon.”
Het draait om bewustwording, benadrukt ze. „Van de week lieten vier jongeren hun etensresten liggen in het zwembad. Met het commentaar dat het toch wel opgeruimd zou worden. Triest vind ik dat.” Begin deze eeuw maakte Domburg een zeiltocht om de wereld. „De aarde is zo mooi. Wij zijn maar kleine mieren. Als je dan ziet wat een rommel het soms in landen is... En we blijven maar alles verpakken.”
Domburg is een van de 75 vrijwilligers die donderdag zijn komen opdraven voor de eerste etappe van de Boskalis Beach Cleanup Tour 2019 van natuur- en milieuorganisatie Stichting De Noordzee. Voor de zevende maal zetten drieduizend vrijwilligers zich schrap om in twee weken tijd de Nederlandse stranden van zwerfafval te ontdoen. Dat gebeurt in totaal in 31 etappes. Donderdag begonnen vrijwilligers zowel op het strand van Schiermonnikoog als in Cadzand. Zo werken noord en zuid naar elkaar toe om te eindigen in Zandvoort.
Ineke Ligthart uit Groningen heeft er zin in, vertelt ze. Ze deed al eerder mee. „Toen heb ik een radiotransponder van een weerballon gevonden.” Ze vindt het opruimen ontspannend. „En verslavend, want je wilt steeds weer doorgaan met oprapen.”
De 11-jarige Lisa Dressen uit Zuidhorn is er ook met haar ouders. „Ik wilde vrijwilligerswerk doen en toen bedacht mijn moeder dit.”
Op het strand van Schiermonnikoog staat een lichte bries. Een zeemeeuw kijkt verveeld achterom. Het is rustig, de groep is uiteen gewaaierd in naar de grond turende twee- of drietallen. De lucht is bewolkt en af en toe regent het wat. Het zand is daardoor in een keurig gestippeld zandtapijt veranderd.
Milieuramp
Het parcours voor de eerste etappe afval opruimen: zo’n zes kilometer noordoostwaarts langs de duinen en dan langs het strand weer terug. Een trekker met aanhanger rijdt mee. Hier kunnen volle afvalzakken ingeleverd worden.
Speciale aandacht is er dit jaar voor ballonresten, plastic rietjes en wegwerpbestek. Dit wordt apart ingezameld en geteld.
Schiermonnikoog werd met de andere waddeneilanden begin dit jaar getroffen door een milieuramp, toen een vrachtschip 270 containers verloor. Deze sloegen kapot en de inhoud leverde ruim 3 miljoen kilo afval op de stranden op, waarvan een deel nog altijd niet gevonden is.
„We zetten in op gedegen onderzoek naar wat dit betekent voor de Noordzee”, zegt woordvoerder Marijke Boonstra van Stichting De Noordzee. „Wat aanspoelde, is nog maar een fractie van het afval wereldwijd dat in zeeën verdwijnt. Dat is 8 miljoen ton per jaar.”
Dan, alarm! Jacqueline Heere uit Laren –gehuld in roze regenjas en met knalgele schoonmaakhandschoenen aan– wijst priemend op iets wittigs in het zand. „Is dat geen vogelpoep?”, oppert vrijwilliger Domburg, die net aan komt lopen. „Nee, piepschuim, van de verpakkingen van de goederen die hier begin dit jaar aanspoelden”, weet Heere. Schadelijk voor vogels die het voor voedsel aanzien. „Het valt bijna niet op, het strand lijkt redelijk schoon, maar hier ligt nog veel meer”, zegt ze, om zich heen wijzend.
Een groepje van vijf schoonmakers gaat ervoor door de hurken. „Eigenlijk moeten we een kleine zeef hebben of een schepje. Dat is iets voor de volgende keer.”
Heere beseft: wat ze doet is een druppel op de gloeiende plaat. „Maar juist daarom doe ik dit.” Ze vindt het „krankzinnig” te moeten leven in een wereld waarin het milieu niet belangrijk is en alles gericht is op economisch gewin, onderstreept ze.
Angela van der Sluijs uit De Falom (vlakbij Dokkum) sjouwt met haar zak met gevonden hout, piepschuim en schuimrubber over het strand. Ook zij weet: dit werk is een druppel op de gloeiende plaat. „Maar als niemand het doet, gebeurt het niet. Ik vind het vreselijk te zien dat dode walvissen vol plastic aanspoelen. Ik kan erom janken.”
Heere raapt intussen steeds meer op: „Grappig, hoe langer je loopt, hoe meer je ziet. En je moet even graven.”
Wegwerpplastic
Stichting De Noordzee doet al vijftien jaar officieel strandonderzoek in Nederland. Hieruit blijkt dat veruit het grootste deel (93 procent) van het strandafval uit plastic bestaat. Bijna een kwart hiervan (23 procent) is wegwerpplastic.
Op elke 100 meter strand liggen gemiddeld 360 stukken afval, becijferde de stichting. Er is een klein lichtpuntje: plastic tasjes en zakjes worden steeds minder vaak aangetroffen. Aan het eind van de middag geselen stevige buien het strand en de inzamelaars. De actie wordt afgerond en levert 600 kilo afval op. Opnieuw veel plastic. „Het blijft dus nodig om aandacht te vragen en actie te voeren”, concludeert Boonstra. Waar mogelijk wordt het gevonden afval gerecycled tot bijvoorbeeld bermpaaltjes of banken.