Jonge vrouwen doen het goed op de arbeidsmarkt. Tenminste, als je naar hun uurloon kijkt. Maar als je hun salaris onder loep neemt, dan valt het weer tegen.
Leuk voorbeeld van hoe je ergens tegen aan kunt kijken. In het rapport ”Eerste treden op de arbeidsmarkt” van het Sociaal en Cultureel Planbureau zijn interessante feiten opgesomd. Het is echter goed om iets verder te kijken, dan weet je tenminste zeker dat het eerste beeld klopt.
Neem het voorbeeld dat hiervoor werd genoemd. Zo staat er in het rapport dat vrouwen tot 30 jaar per uur meer verdienen dan mannen. Maar de volgende regel zegt dat ze iets minder verdienen dan mannen. Dat lijkt tegenstrijdig, totdat je verder leest en begrijpt dat vrouwen minder verdienen omdat ze minder werken.
Logisch, zal iedereen zeggen. Klopt, maar het is maar hoe je het bekijkt. Bekijk je het puur op het uurloon, dan doen vrouwen het goed. Kijk je alleen naar het salarisstrookje, dan doen vrouwen het slecht. Maar ja, dat geldt ook voor twee mannen die met elkaar vergeleken worden. Als ze niet evenveel uren maken, dan heeft de ene een beter loon dan de andere. Maar dat betekent nog niet dat hij ook meer verdient.
Verkeerd beeld
Zo’n studie is dus best aardig, maar ook verwarrend. Door op deze manier het onder- werp aan te vliegen, breng je een verkeerd beeld over: jonge mannen doen het beter, omdat jonge vrouwen minder werken.
Een veel belangrijker vraag is waarom jonge vrouwen minder werken. Het antwoord lijkt simpel: omdat veel vrouwen als moeder een deeltijdfunctie ambiëren. Dat zou je denken, maar volgens de onderzoekers is dat niet de reden. Ook jonge vrouwen zonder kinderen blijken minder te werken dan jonge mannen.
Van de jonge vrouwen werkt ongeveer 62 procent deeltijd. Bij hun mannelijke leeftijdsgenoten is dat maar 28 procent. Volgens de onderzoekers komt dat niet doordat vrouwen meer tijd willen vrijhouden. De reden is volgens hen dat ze tegenwoordig noodgedwongen in een deeltijdbaan terechtkomen omdat ze in sectoren gaan werken waar werkgevers niet meer uren aanbieden.
Denk bijvoorbeeld aan de thuiszorg. Daar is een vijfurige werkdag de norm, omdat vooral aan het begin en het einde van de dag de thuiszorgers worden ingezet. Hetzelfde effect, maar dan om andere redenen, zie je terug bij de kinderopvang en bij de postbezorging.
Zelfstandig
Maar in die sectoren werken toch ook mannen? Zeker. En die hebben dan weer vaak een voltijdsbetrekking. Blijkbaar is er iets waardoor er aan vrouwen een ander contract wordt aangeboden dan aan mannen. Wat daarvan precies de reden is, wordt door onderzoekers in de komende tijd verder uitgewerkt.
Voor dit moment is er voor de onderzoekers in ieder geval reden om te concluderen dat vrouwen minder economisch zelfstandig zijn dan mannen. En dat gegeven botst natuurlijk weer met het streven van achtereenvolgende kabinetten: iedereen moet een economisch zelfstandige eenheid kunnen vormen. Geen afhankelijkheid, zeker niet binnen een gezinssituatie.
In onze samenleving moet iedereen vrij zijn en zelf kunnen kiezen, óók als dat ten koste gaat van de samenhang in gezin en familie. Daarvoor is het hogere uurloon leuk, maar uiteindelijk draait het om het gelijke maandsalaris. Want iedereen moet en zal onafhankelijk zijn.
De auteur is raad van bestuur van de RMU. Reageren? sociaal@refdag.nl