Steeds minder raadhuizen nodig door herindeling en digitalisering
In Nederland zetelt het plaatselijke openbaar bestuur al vele eeuwen op een vaste plek. Ambtenaren van de dit jaar ontstane gemeente Molenwaard zwermen echter uit over de dertien kernen en ontberen een eigen werkplaats. Heeft het klassieke gemeentehuis zijn langste tijd gehad?
Wanneer het burgerbestuur voor het eerst samenkwam in een stad- of dorpshuis, is moeilijk te achterhalen. „In ieder geval waren er stadhuizen in de 14e eeuw”, zegt prof. dr. Peter Henderikx, emeritus hoogleraar nederzettingsgeschiedenis van de middeleeuwen. „Maar er zijn aanwijzingen dat er ook in de 12e en de 13e eeuw al stadhuizen bestonden. In 1217 bijvoorbeeld werd het stadsrecht van Middelburg opnieuw op schrift gesteld, en daarin werd het stadhuis al genoemd. Men had immers een geschikte plek nodig om te vergaderen. In die periode waren stadhuizen overigens vrij klein. Er werd zowel bestuurd als rechtgesproken, en de stadhuizen stonden vaak direct naast twee andere openbare gebouwen: de vleeshal en de lakenhal. Als er eens in de zoveel tijd een grote vergadering was, week men uit naar een klooster.”
Het bestuur zoals men dat toen kende, is niet te vergelijken met zoals het nu is. Henderikx: „Van scheiding der machten had nog niemand gehoord. Bestuur en recht liep door elkaar heen. In dorpen werd bij afwezigheid van een dorpshuis zelfs in de openlucht rechtgesproken. Vergaderen deed men het liefst in de herberg, waar men achterin de gemeentekamer had. Officiële mededelingen deed men zondag na afloop van de kerkdienst.”
In de loop van de eeuwen groeide het aantal stadhuizen, omdat steeds meer plaatsen stadsrechten kregen. Een aantal daarvan staat er tot op de dag van vandaag, zoals het stadhuis van Haarlem (gebouwd in 1370), van Leiden (1600) en van Amsterdam, thans Paleis op de Dam (1648).
Franse tijd
Het huidige begrip ”gemeente” is een erfenis van de Franse tijd. Na de inlijving van Nederland bij het Franse Keizerrijk in 1810, werden er op bestuursniveau vele veranderingen doorgevoerd. In 1811 ontnam de staat de kerk het monopolie op het bijhouden van de burgerlijke stand. Het voormalige Nederlandse grondgebied werd opgedeeld in gemeenten en voortaan registreerden gemeentebesturen geboorte, huwelijk, echtscheiding en overlijden. De plek waar dat gebeurde was het gemeentehuis. „Veel gemeenten ontstonden in die tijd”, zegt historicus dr. Klaas Tippe. „Meestal verrees er spoedig daarna ook een gemeentehuis. Kennelijk paste het niet langer bij de status van een gemeente om in een herberg te vergaderen. Tegen het eind van de 19e eeuw had praktisch elke gemeente zijn eigen gemeentehuis”, aldus Tippe.
Gemeentelijke herindeling
Een overzicht van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) leert dat het aantal gemeenten in 1899 het hoogst is: 1121. Het volgende decennium blijft dat cijfer nog stabiel, waarna er in 1920 met 1110 gemeenten voor het eerst een daling wordt genoteerd.
Op de website van het CBS duiken pas vanaf 1994 weer nieuwe cijfers op. In ruim 70 jaar is het aantal gemeenten afgenomen tot 636. Op dit moment staat de teller op 408 gemeenten. Ook voor 2014 hebben diverse gemeenten al aangekondigd te zullen fuseren, waardoor het totale aantal gemeenten verder zal afnemen.
Dat een gemeentelijke samenvoeging gevolgen heeft voor de gemeentelijke huisvesting, blijkt uit onderzoek van deze krant. Door herindelingen in de periode 2006-2013 zijn 47 gemeentehuizen overbodig geworden. Daarvan verwisselden er zestien van eigenaar, werden er veertien verhuurd en wachten zeventien gemeentehuizen nog op een koper (zie kaartje). Meestal werd een voormalig gemeentehuis omgebouwd tot zorgcentrum of getransformeerd tot schoolgebouw. Ook horecabedrijven en supermarkten vestigden zich graag in een oud raadhuis.
Digitalisering
Niet alleen door gemeentelijke herindelingen neemt de behoefte aan gemeentehuizen af. Molenwaard, begin dit jaar ontstaan uit een fusie tussen de Zuid-Hollandse gemeenten Graafstroom, Liesveld en Nieuw-Lekkerland, koos ervoor om het helemaal zonder gemeentehuis te doen. In plaats daarvan zet de gemeente in op digitalisering van de dienstverlening. Niet langer hebben bestuurders en ambtenaren een vaste werkplek, maar strijken ze neer op flexplekken in de verschillende kernen van de gemeente. Hoewel er op dit moment nog wel diverse servicebalies zijn, behoren die vanaf volgend jaar tot het verleden. Dat kan omdat zo’n 90 procent van alle dienstverlening is gedigitaliseerd. Voor de overige zaken zoekt de gemeente zelf de burgers op en komen ambtenaren desnoods langs aan de keukentafel.
Er is veel interesse voor het pionieren van de gemeente Molenwaard, zegt Liane ter Maat van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). „Burgers hoeven steeds minder vaak naar het gemeentehuis omdat gemeenten steeds meer zaken digitaal afhandelen. Veel fusiegemeenten staan voor de keuze: wel of geen nieuw gemeentehuis. En als het antwoord daarop positief luidt, is de vraag wáár het nieuwe gemeentehuis moet komen een volgende heikele kwestie. Vooral in landelijke gebieden met veel kernen ligt dat gevoelig. Veel gemeenten volgen daarom met belangstelling hoe Molenwaard het er zonder gemeentehuis van afbrengt.”
Dit is deel 1 in een vijfdelige serie over de nieuwe bestemming van voormalige gemeentehuizen.
Ict’er gemeente Veere: Kans op hacken klein
Rioleringspompen en gemalen in de gemeente Veere zijn slecht beveiligd, meldde het tv-programma EenVandaag vorig jaar. Op de gemeentelijke website hoeft een gebruiker slechts het wachtwoord ”Veere” in te tikken om vanuit huis een complete polder onder water te kunnen zetten. „Overdreven”, zegt Geert Ridderbos, hoofd bedrijfsvoering bij de gemeente Veere. „Het ergste wat er kon gebeuren was dat er een rioleringspomp in een buitengebied zou overlopen. Tot op heden is dit het enige incident dat we ooit hebben gehad. We huren zelfs ethische hackers in om ons zo goed mogelijk te kunnen wapenen tegen inbraak in onze systemen. Niettemin is het nooit 100 procent uit te sluiten dat onze site gehackt wordt. De kans daarop is vergelijkbaar met die van een vliegtuigongeluk.”
Enkele maanden na de onthullingen van EenVandaag verschijnt er in het magazine van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) een artikel waaruit blijkt dat Veere allerminst de zwakste is op ict-gebied. Als kleine gemeente heeft Veere zich in de landelijke lijstjes in de top vijftien van de beste ict-gemeenten gewurmd. Niet alleen is de beveiliging op orde; ook werkt de gemeente landelijk samen met tachtig andere gemeenten om zo goed mogelijk diensten te digitaliseren. Veere is op dat gebied een van de kartrekkers.
Ridderbos: „Wij willen letterlijk bij onze burgers in de broekzak komen. Daarom hebben we diverse apps gelanceerd. Burgers kunnen bijvoorbeeld vanaf het strand hun hond aanmelden. En met de gemeente Urk hebben we onlangs het belastingloket gerealiseerd. Daarmee is het mogelijk het complete belastingproces digitaal uit te voeren.”
Alle digitalisering ten spijt, Ridderbos gelooft dat een gemeentehuis nog wel degelijk een functie heeft. „Een gemeente is meer dan ict-dienstverlening. Er blijven natuurlijk tal van zaken die niet alleen online afgehandeld kunnen worden. Neem een bouwvergunning. De burger stelt daarin juist onze persoonlijke aandacht zeer op prijs.”
Discussie over raadhuis ultieme test fusiegemeente
Veel gemeenten besluiten na een fusie dat er één gebouw moet komen waarin alle ambtenaren en bestuurders gehuisvest worden. Een ervan is Medemblik. Deze Noord-Hollandse gemeente kocht begin 2010 het voormalige hoofdgebouw van de DSB-bank. Door deze aankoop werden in één klap vijf gemeentehuizen overtollig.
Voor veel (fusie)gemeenten is nieuwbouw of verbouw een steen des aanstoots. In het Gelderse Overbetuwe viel najaar 2011 het college na getouwtrek over de bouw van een nieuw gemeentehuis. In Deventer en Utrechtse Heuvelrug kwamen bewoners in het geweer tegen de bouw van respectievelijk een nieuw stadskantoor en gemeentehuis. Overigens zonder succes, omdat de gebouwen er toch kwamen. Vorige week stapte C. Steijger uit de VVD-gemeenteraadsfractie in Zeewolde uit frustratie over het feit dat zijn partij tegen de verbouwing van het gemeentehuis stemde. „Zeewolde heeft er geld voor opzij gelegd. Zouden burgers het niet begrijpen, als je een spaarpotje maakt voor iets en het gespaarde geld daar dan voor gebruikt? Het afwijzen met als argument ”deze zware tijden” heeft de lucht van populisme”, aldus Steijger in dagblad de Stentor.
Weekblad Elsevier becijferde vorig jaar april de kosten van nieuwbouw en verbouw van gemeentehuizen sinds 2002. De kosten van het nog in aanbouw zijnde nieuwe stadskantoor in Rotterdam vallen met 100 miljoen veruit het hoogst uit. Omgerekend per burger is het in 2010 opgeleverde gemeentehuis van Texel echter nóg duurder. Daar moet een bedrag van 13.200.000 euro opgebracht worden door 13.727 inwoners. Dat is 962 euro per persoon. Ter vergelijking: Rotterdammers betalen 800 euro minder.
Diverse gemeenten bliezen de bouw van een nieuw gemeentehuis af of besloten tot een minder luxe uitvoering. Bij burgemeester Veerhoek van Neder-Betuwe kwam zijn bouwkundige opleiding goed van pas. Door zelf een precieze tekening te maken, wist hij de kosten van de bouw van een nieuw gemeentehuis in Opheusden met 11 miljoen te verlagen.
Levensduur Staphorster gemeentehuis gemiddeld 50 jaar
Het huidige gemeentehuis in Staphorst is het vierde sinds de oprichting van het dorp in 1811. Dat zegt historicus dr. Klaas Tippe, die promoveerde op Frederik Allard Ebbinge Wubben, de eerste burgervader van het Overijsselse dorp. De huidige oppervlakte van Staphorst is iets kleiner als 200 jaar geleden, omdat in de loop van de twee eeuwen enkele grenscorrecties met Meppel zijn geweest.
Het eerste gemeentehuis werd gebouwd in 1811, midden in het dorp. „Onnodig”, oordeelt Tippe. „Omliggende dorpen vergaderden in de herberg. Dat was voor Staphorst ook een prima optie, omdat het gemeentebestuur in het begin slechts een beperkt takenpakket had. Waarschijnlijk wilde burgemeester Wubben zichzelf profileren en richtte hij daarom een eigen machtscentrum op. Behalve het gemeentehuis liet hij namelijk een herenhuis voor zichzelf bouwen.
Zijn opvolger, Jolle Gabe Veening, gaf in de jaren 60 van de 19e eeuw opdracht om op de Hoek in het centrum van Staphorst een nieuw gemeentehuis bouwen. Hij gebruikte als argument dat het oude gemeentehuis te klein was, maar vermoedelijk wilde Veening niet door Wubben op de vingers worden gekeken omdat die nog in het herenhuis woonde.
In 1930 werd een voormalige dokterswoning verbouwd tot gemeentehuis. Het gebouw bleef tot 1982 dienstdoen als bestuurscentrum van Staphorst. In dat jaar verhuisde het gemeentelijk onderkomen naar de Binnenweg, waar een nieuw gemeentehuis werd gebouwd. Dat werd op 9 juni 1982 geopend door prins Claus en tot op de dag van vandaag zetelt daar het gemeentebestuur van Staphorst.”
Het eerste gemeentehuis van Staphorst werd al spoedig afgebroken. Het tweede moest wijken voor een snelweg. Eind maart werd bekend dat ook het derde gemeentehuis tegen de vlakte moet, nadat het eerder bestemmingen had gekregen als bierbrouwerij en kledingwinkel. Volgens dagblad de Stentor heeft de eigenaar, een Portugese belegger, van de gemeente een sloopvergunning gekregen. Wat ervoor terugkomt, is nog onduidelijk.