De financiële crisis zorgt ervoor dat mensen met schulden sneller aankloppen bij de schuldhulpverlening. Het aantal aanvragen voor sanering loopt de laatste weken snel op. „En daar zitten de slachtoffers van deze crisis nog niet bij.”
Is dit een direct gevolg van de huidige financiële crisis?
„Dat is te kort door de bocht. Iemand die gisteren is ontslagen, staat morgen niet op de stoep bij de schuldhulpverlening. De ervaring leert dat daar al snel een jaar tot anderhalf jaar tussen zit.”
Het is volgens Jaarsma wel zo dat mensen die al geldproblemen kennen, zich nu eerder melden. „De crisis speelt een hoofdrol in de media, het kabinet twijfelt. Mensen worden door alle berichtgeving langzamerhand angstiger. De stap naar hulp wordt daardoor sneller gezet.”
En dat juicht u toe?
„Zelf aanmodderen is op een gegeven moment geen optie meer. Er rust in Nederland sowieso een taboe op het praten over geld. Wij zeggen: práátten we er maar wat meer over, dan waren er minder problemen.
Vorig jaar daalde het aantal schuldhulpaanvragen nog van 47.500 naar 44.100. Voor dit jaar kan dat aantal weer oplopen naar 50.000 tot 55.000, verwacht Jaarsma. „Die kans is vrij groot. Maart is al veel drukker, dat is een belangrijk signaal.”
Slachtoffers van de huidige economische malaise komen daar vroeger of later nog bij. Kunt u het aantal aanvragen aan?
„Dat is nog een beetje koffiedik kijken. De afgelopen twee jaar is er door het Rijk veel geld beschikbaar gesteld voor schuldhulpverlening en armoedebestrijding. De meeste gemeenten, die de uitvoerders zijn van dit beleid, hebben daar ook veel werk van gemaakt. Ik denk dat er op zijn minst evenveel geld naar onze sector moet als nu het geval is, liefst nog wat meer, gezien de huidige ontwikkelingen rond schuldhulpaanvragen.”
In Den Haag wordt door de coalitiepartners geschoven met potjes geld. Bent u gerust op de afloop?
„Ik ben niet pessimistisch. Er zijn meer mogelijkheden. Investeren in extra schuldhulpverleners kost geld, maar onze sector kan bijvoorbeeld ook werklozen plaatsen. Dan snijdt het mes plotseling aan meer kanten.”