„Nobelprijswinnaars zijn zó aardig”
Qua voorbereiding verschilt de week van 10 december voor haar en het overige hotelpersoneel nauwelijks van andere. Toch klopt haar hart bij het naderen van de dag van de Nobelprijsuitreiking altijd iets sneller. „Die week is grandioos. De mensen die dan komen zijn heel blij, erg dankbaar ook. Geweldig."
Het kost Katalin Paldeak, general manager van het wereldberoemde Grand Hôtel in Stockholm, duidelijk moeite het gevoel te beschrijven dat de week van de Nobelprijzen bij haar oproept. „Het is zó aardig. Laureaten zijn vaak mensen die veel werk achter de schermen hebben gedaan en in zo’n week staan ze dan volop in de schijnwerpers. Ze geven lezingen, dineren met de koninklijke familie, wonen culturele uitvoeringen bij en worden veel lastiggevallen door journalisten. Op de achtergrond moet er altijd spanning zijn, maar daar gaan ze heel soepel mee om."
Het personeel van het Grand Hôtel doet er alles aan om de gasten die week in de watten te leggen. Paldeak: „Alles is tot in de puntjes geregeld. Laureaten krijgen een verzorging op maat. De hele week worden ze door een eigen attaché begeleid. Die regelt hun taxi, draagt hun tassen en poetst hun schoenen. In het hotel zelf hebben de Nobelprijswinnaars een suite met uitzicht op de haven."
Uniek
Het Grand Hôtel in de Zweedse hoofdstad Stockholm, gebouwd in 1874, is het enige vijfsterrenhotel dat het land rijk is. Volgens Paldeak komt dat door het classificatiesysteem, dat voor ieder land weer anders is. „Ons hotel is in Zweden blijkbaar onovertroffen."
Omdat het Grand Hôtel sinds 1901 de plaats is waar Nobelprijswinnaars de tweede week van december verblijven, heeft het in de loop van de tijd grote faam verworven. Paldeak, vlot van de tongriem gesneden: „Het is de uitstraling die het hotel zo bijzonder maakt. Volgens gasten is het ook het enige hotel dat tegenover een functionerend koninklijk paleis ligt. Men zegt zelfs dat het mooier is dan het paleis hier tegenover, aan de andere kant van de haven. Elke kamer en iedere suite ademen een eigen sfeer."
„Bekend is ook onze Spiegelzaal, afgekeken van de spiegelzaal in Versailles. Nobelprijswinnaars hadden daar tot 1929 ook het banket na de prijsuitreiking. Vanaf dat jaar werd het aantal genodigden te groot en week de Nobelstichting uit naar de hal van het stadhuis. Daar kunnen 1400 mensen in. Ons grootste restaurant is de overdekte Wintertuin. Daar hebben we 700 plaatsen. En dan hebben we natuurlijk nog de Cadierbar, genoemd naar de oprichter van het hotel. Volgens veel gasten is het de bar met het mooiste uitzicht ter wereld. Je kijkt er over de haven naar het paleis."
Groot voordeel van het Grand Hôtel is volgens Paldeak dat het midden in het centrum ligt. „Het business centre, de winkels, het concertgebouw, alles ligt op enkele minuten loopafstand. En per schip kun je vanaf hier in korte tijd naar de 24.000 eilanden van Stockholm en omgeving varen. De boten liggen voor de deur."
Houding
Personeel van het Grand Hôtel moet heel wat in huis hebben. Tot drie jaar geleden eiste de directie een internationale opleiding in Zwitserland of de Verenigde Staten. „Daar zijn we iets soepeler in geworden. Tegenwoordig zeggen we: Het gaat ons vooral om iemands houding en uitstraling. Maar je komt als sollicitant niet in aanmerking als je naast Zweeds niet drie vreemde talen beheerst. Tenslotte komt 80 procent van onze gasten uit het buitenland."
Omdat de Nobelstichting dit jaar haar eeuwfeest viert, zijn ook de laureaten uit voorgaande jaren uitgenodigd om opnieuw naar de Zweedse hoofdstad te komen. Iedereen slaapt in het Grand Hôtel. Paldeak ligt er niet wakker van. „We zijn gewend om veel gasten te ontvangen. Ook beroemdheden komen hier regelmatig. In het voorjaar hebben we bijvoorbeeld Clinton in huis gehad."
Toch vergt de organisatie dit jaar wel extra creativiteit. „De Nobelstichting heeft het hele hotel gereserveerd. Dat betekent dat alle 310 kamers bezet zijn. Elke Nobelprijswinnaar neemt altijd familieleden en vrienden mee. Je zorgt er natuurlijk voor dat die kamers naast elkaar krijgen. Verder moet je besluiten wie je een kamer aan de voorkant geeft en wie ergens anders moet slapen. We hebben iemand in dienst die dat werk, samen met de Nobelstichting, al 25 jaar doet. Ze kent elk detail van iedere kamer."
Harp
Het mooiste moment van de Nobelweek vindt Paldeak het uurtje voor vertrek van de laureaten naar de prijsuitreiking. „Dan stroomt de hal hier vol. Iedereen ziet er stralend uit; allemaal in gala-tenue, dames met opgestoken haar en op de achtergrond speelt onze harpist. Dat is voor ons een jaarlijks toppunt."
Na de Nobelweek valt er wel even een stilte in het Grand Hôtel, bekent Paldeak. „Gelukkig blijven de meeste gasten tot de 15e, maar daarna is het altijd erg rustig. Het nieuwe seizoen start niet voor half januari. Misschien dit jaar iets eerder. We hebben met de jaarwisseling speciale prijzen. In de Nobelweek kost de goedkoopste kamer 800 gulden en een junior-suite 2300 gulden, per nacht."