De 33-jarige Rachid B. werd op 5 juli 2006 onder opmerkelijke omstandigheden dood aangetroffen in zijn woning in Middelburg. Enkele maanden eerder, op 26 april, was hij door de rechtbank Rotterdam vrijgesproken van lidmaatschap van de Hofstadgroep. Toen de politie de overleden B. aantrof, had deze schuim op de mond. Volgens familie en vrienden had hij geen gezondheidsproblemen. Omdat er geen duidelijke doodsoorzaak kon worden vastgesteld, hebben politie en het OM destijds de mogelijkheid van een misdrijf niet uitgesloten.De onduidelijkheden rond de doodsoorzaak noopten het OM en de politie tot een grondig onderzoek. Deskundigen van het Nederlands Forensisch Instituut verrichten sectie op het lichaam. Ook is toxicologisch onderzoek gedaan, vanwege het schuim op de mond. De woning van B. werd grondig onderzocht.

Volgens advocaat B. B. Nooitgedacht, die B. voor de rechtbank verdedigde, onderzocht justitie aanvankelijk ook de mogelijkheid van een zware epileptische aanval. Rachid B. zou echter niet aan epilepsie hebben geleden, aldus Nooitgedacht vorig jaar in een reactie op het overlijden van zijn cliënt.