NMa legt bouwer Heijmans boete op
De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) heeft Heijmans Beton- en Waterbouw beboet, omdat de NMa medewerkers van die onderneming niet mocht horen over de aanleg van de Noord-Zuid-lijn in Amsterdam. Deze metrolijn wordt ook onderzocht door de parlementaire enquêtecommissie Bouwnijverheid.
De gemeente Amsterdam maakte bij de NMa melding van een e-mail van die per abuis bij de gemeente binnen kwam. De e-mail was afkomstig van Heijmans en gericht aan het Franse Soletanche, een onderaannemer van Heijmans. De Nederlandse bouwgigant waarschuwde daarin Soletanche niet samen te werken met het Duitse bedrijf Max Bögl bij het station Rokin, omdat Bögl te lage prijzen vroeg.
Door met de Duitsers in zee te gaan zou de gemeente, die toch al met het probleem zat dat de nieuwe metrolijn steeds duurder uitviel, het idee kunnen krijgen dat Heijmans het station Vijzelgracht goedkoper zou kunnen bouwen.
Directeur M. Kroezen, bij Heijmans belast met de metrolijn, zei voor de enquêtecommissie dat de metrolijn zo duur uitvalt, omdat de gemeente Amsterdam „niet kan calculeren.” Als Heijmans het project had gemaakt voor het bedrag dat de gemeente geraamd had, zou de onderneming „harakiri” hebben gepleegd. Kroezen beschuldigde op zijn beurt Amsterdam van „leurgedrag”, het op een onterechte manier tegen elkaar uitspelen van aannemers om een lagere prijs te bedingen.
J. van den Hoven, lid van de Raad van Bestuur van Heijmans, zei voor de commissie dat zijn onderneming niets moest hebben van het verboden vooroverleg tussen aannemers bij aanbestedingen, maar de commissie had daar duidelijk twijfels over.
De NMa onderzoekt of de handelwijze van Heijmans in strijd is met de mededingingswet. Aan het bedrijf is wegens de weigering de medewerkers te laten horen de hoogst mogelijke boete opgelegd van drie keer 4.500 euro. Ook andere bouwondernemingen hebben medewerking aan de NMa bij het onderzoek op bepaalde onderdelen geweigerd. De NMa wil ook die bedrijven aanpakken.