Ondanks de toezegging van het kabinet aan het einde van het jaar de koopkrachtgevolgen van de hogere olieprijs te bekijken, eist de Tweede Kamer nu al harde garanties dat de burger gecompenseerd wordt.
Dat moet gebeuren als de prijs voor een vat olie dit jaar boven de 50 dollar uitkomt, zo betoogden dinsdag CDA en PvdA.
Ze zullen het kabinet woensdag en donderdag tijdens het Kamerdebat over de Miljoenennota 2006 met een motie dwingen de extra inkomsten als gevolg van de hogere aardgasbaten terug te geven aan de burger. De prijzen voor energie en brandstoffen zijn als gevolg van een hoge olieprijs de laatste tijd flink gestegen.
Het CDA heeft de motie over de koopkrachtreparatie al klaar liggen. „Die zullen we zeker indienen als dat nodig is. We houden ons aan onze belofte", aldus een woordvoerder. Behalve de PvdA steunen waarschijnlijk ook D66 en diverse kleine oppositiepartijen de oproep. Ook vanuit de vakbeweging is aangedrongen op extra koopkrachtmaatregelen.
Premier Balkenende en minister Zalm (Financiën) willen pas in december de balans opmaken omdat dan nieuwe berekeningen van het Centraal Planbureau beschikbaar zijn. Die moeten niet alleen aantonen of aanvullende koopkrachtreparatie nodig is, maar ook of het kabinet daarvoor genoeg geld heeft.
Sowieso is Zalm geen voorstander van aanpassing van de energieprijzen als reactie op een hogere olieprijs. „Dan lok je olieprijsstijgingen alleen maar uit", gaf Zalm in een interview met het ANP aan.
Premier Balkenende heeft wel al diverse keren onderstreept dat het kabinet „de ogen niet zal sluiten" voor de effecten van de dure olie. Volgens een ingewijde achten de bewindslieden zich gebonden aan het koopkrachtplaatje zoals dat nu uit de Miljoenennota naar voren komt.
