OM: Bij zwaardere zaken blijft rechter aan zet
Het OM zal zware strafzaken die de publieke rechtsorde schokken ook in de toekomst gewoon voor de rechter blijven brengen.

Die verzekering gaf topmagistraat Rinus Otte, voorzitter van het College van procureurs-generaal, woensdag aan een argwanende Tweede Kamer.
De Kamer had woordvoerders uit de top van politie, justitie, rechterlijke macht en advocatuur ontboden omdat het OM veelvoorkomende vermogensdelicten waar maximaal zes jaar cel op staat voortaan zelf wil afdoen via een zogeheten strafbeschikking; in elk geval tijdelijk. De rechter is daarbij niet meer aan zet.
De grootste zorg van de Kamer bleek erop neer te komen dat het OM in de toekomst sluipenderwijs ook bij zwaardere zaken zal kiezen voor een buitengerechtelijke afdoening. Vooral voor partijen als NSC, SGP, JA21, BBB en PVV blijkt dat een schrikbeeld.
Otte legde daarop uit dat het OM eerst en vooral naar het middel van de strafbeschikking grijpt om te voorkomen dat zaken wegens capaciteitsproblemen in de rechtspraak verjaren en geseponeerd worden. „Het OM wil recht doen, en kwaliteit leveren en snelheid is daar een onderdeel van.”
De magistraat verduidelijkte verder dat onder de noemer van bijvoorbeeld diefstal een grote variëteit aan zaken schuilgaat en dat het OM daarbij zo veel mogelijk zal kiezen voor maatwerk. Concreet: het stelen van een pak koffie in de supermarkt wordt iets voor de strafbeschikking, maar de verpleegkundige uit het verpleeghuis die 100 euro pint met de bankpas van een bewoner blijft –vanwege de ernst van de zaak– gewoon voor de rechter komen.
De PVV benadrukte dat criminele asielzoekers als gevolg van de nieuwe werkinstructie straks wellicht niet meer in aanmerking komen voor uitzetting. Volgens de regels kan dat namelijk alleen bij een celstraf, terwijl een strafbeschikking hooguit kan uitmonden in een taakstraf of een boete.
Otte herhaalde daarop dat het motto ”beter een strafbeschikking dan een sepot” ook geldt voor asielzoekers. „Maar zware zedenzaken, zoals een verkrachting zullen we altijd aan de rechter voorleggen.”
Verder ontkende hij dat de koerswijziging als het aan het OM ligt gerust van structurele aard mag zijn. „Wij koersen nog steeds op tijdelijkheid.”
De strafbeschikking heeft al sinds 2008 een wettelijke basis, maar onlangs lekte via NRC uit dat het OM het instrument vaker gaat inzetten. De krant werd getipt nadat justitie de herziene werkinstructie op het eigen intranet had geplaatst.
Volstrekt verdedigbaar, aldus een gebelgde Otte woensdag. Hij legde uit dat justitie de komende drie jaar rustig en „proefondervindelijk” ervaring wil opdoen met het selecteren van zaken. De instructie publiek maken was geen optie, omdat verdachten er anders meteen rechten aan proberen te ontlenen, zo verduidelijkte hij.
Behalve de Kamer voelt ook de rechterlijke macht zich onvoldoende meegenomen door het OM, bleek woensdag uit de woorden van Henk Naves, die sprak namens de Raad voor de rechtspraak.
Hij becijferde dat zo’n 15.000 vermogensdelicten die nu nog op het bordje van de politierechter belanden, straks rechtstreeks door het OM worden afgedaan. In fase 2 van het experiment kan dat uitgroeien tot ruim 40.000 zaken. „Wat krijgen we daarvoor terug en hoe kunnen we ons daar als rechters op voorbereiden?” vroeg Naves de Tweede Kamer.
In hoeverre de Tweede Kamer de manoeuvreerruimte van het OM alsnog wil inperken, moet blijken op 8 april. Dan kruisen de Kamer en justitieminister David van Weel (VVD) de degens over de strafbeschikking.