Kiezers vinden het bij deze Tweede Kamerverkiezingen knap lastig een keus te maken. Repo vanuit ”Stembureau district 5” in de Grote Kerk in Apeldoorn.
De campagnekanonnen zwijgen, de verkiezingsretoriek verstomt. Het woord is nu aan de kiezer. Dik 13 miljoen Nederlanders kunnen tot 21.00 uur hun stem uitbrengen in één van de pakweg 10.000 stembureau’s.
7.15 uur. Het is donker in Apeldoorn. De temperatuur schommelt rond het vriespunt, terwijl warm licht door de gebrandschilderde ramen van de Grote Kerk schijnt. Meestal brengen zo’n 3000 kiezers hun stem uit in dit stembureau.
Zachte muziek zweeft door het monumentale gebedshuis. „We houden het netjes met de muziekkeus in de kerk”, verzekert Evert van de Voort (48), voorzitter van het stembureau, bekertje koffie in zijn hand. Iets voor halfacht levert verhuisbedrijf Veldhoen de laatste dozen stembiljetten af.
Apeldoorn stemde 17 maart 2021, de vorige verkiezingen voor de Tweede Kamer, van alle Nederlandse gemeenten het meest in overeenstemming met de landelijke uitslag. Het gemiddelde resultaat week slechts 0,12 procent af van de landelijke scores.
Marco Betman (55) schuifelt rond halfacht de Grote Kerk binnen. „Ik zorg altijd dat ik de eerste ben. Ik stem altijd SP. Lilian Marijnissen doet het leuk”, vindt Betman, werkzaam met zwerfjongeren bij hulporganisatie Stimenz. Hij verbaast zich over de hoge scores van de VVD in de peilingen. „Onder de VVD zijn veel dingen fout gegaan. De partij wordt daar niet voor afgestraft.” Vaak komt hij niet in de kerk. „Niks voor mij. Ik ben gelovig opgevoed, maar ik weet niet meer met wat.”
Middenin de Loolaankerk staan acht stemhokjes. Met de ruggen tegen elkaar. Kiezers kunnen via twee routes hun stem uitbrengen. Links en rechts. Dubbele bezetting en dubbele bussen, legt Van de Voort uit. Mooi dat de kerk dienst doet als stembureau, vindt hij. „De Grote Kerk is een grote trekpleister tijdens de verkiezingen. De ontkerkelijking is heftig. Maar mensen vinden het wel leuk om op deze manier in de kerk te komen.”
Populistisch
Wim Eilander (51), witte sneakers, komt niet vaak in de kerk. „Alleen bij blijde en droevige gebeurtenissen”. De ondernemer mist de tijden van Wiegel en Bolkestein in de politiek. „Het is iets te populistisch geworden. Veel verwijten, weinig inhoud”, zegt hij achterin de kerk. De stemwijzer bracht hem bij JA21, SGP en VVD. „Het is VVD geworden.”
Het majesteuze Bätzorgel zwijgt. Speakers strooien panfluitmuziek door de gewijde ruimte. Stembiljet na stembiljet verdwijnt in de bus. Iets voor halfnegen vormt zich zelfs een klein rijtje kiezers tussen de kerkbanken in het stembureau.
Veerle Linger (25) is „heel lang zwevend” geweest, bekent ze in het hal van de kerk. „Ik vond het dit keer lastig met zoveel partijen. De vraag voor mij was: ga ik voor een nieuw of voor een normaal Nederland?” De keus is uiteindelijk op D66 gevallen. „Rob moet premier worden”, zegt de medewerker van zorgorganisatie Visio. Standpunten over de woningmarkt en de zorg gaven de doorslag. „Ik kan geen huis kopen. En de zorg staat op instorten met 50.000 vacatures.”
Puinzooi
Ook voor Romy Worrell (28) was de keus lastig. „Het is een grote bende in Den Haag en een puinzooi in het land”, vindt de docent Frans en Nederlands van de Mheenparkschool. Ze wijst op armoede, wooncrisis en toeslagenaffaire. Ze heeft een verkiezing onder haar leerlingen gehouden. „De meerderheid stemt PVV.”
De grote vraag is wie uiteindelijk premier wordt. Consultant G. van der Molen (63) geeft de voorkeur aan Frans Timmermans. „Goede bestuurder met veel ervaring.” Joke Reiders (47) gaat voor een vrouwelijke premier. „Van de VVD.”
C.J. Houtman (80) stemt ook voor zijn vrouw. „Ik ben een nuchtere Nederlander van boerenafkomst. Geen zwever en zwalker”, zegt de vrijwilliger bij de Veluwsche Stoomtrein Maatschappij (VSM). „Ik stem BBB, mijn vrouw Pieter.” Hij kijkt uit naar een rechts kabinet. „Ik hoop dat BBB en Omtzigt een beetje bij elkaar blijven.”
Verkiezingen zijn altijd spannend, ook voor een stembureauvoorzitter zegt Van de Voort. „Onze iPads om ongeldige stemmen vast te leggen doen het niet. We moeten het nu handmatig doen.”