Aids. Miljoenen mensen op de wereld hebben het. Komende zaterdag, op Wereld Aids Dag, maakt de hele wereld een vuist tegen de ziekte. - Foto’s ANP / EPA.

Aids is een heel agressieve ziekte, die zonder medicijnen dodelijk is. Een aidspatiënt is eerst besmet met het hiv-virus. Daar merkt hij in het begin niks van. Maar als na een jaar of tien de ziekte aids doorbreekt, stopt heel langzaam het natuurlijke immuunsysteem van de patiënt ermee. Daardoor geneest een patiënt niet meer van allerlei ‘gewone’ infecties. Een heel onschuldig bacterietje kan dan dodelijk zijn.

De meeste aidspatiënten lopen hun ziekte op door seksueel contact. Want het hiv-virus zit in onder andere in sperma, vaginaal vocht en bloed. Wanneer een van deze lichaamsstoffen in contact komt met slijmvlies, kan het hiv-virus overgedragen worden.

Aids heeft dus veel te maken met seksueel gedrag. Losse seksuele contacten maken de kans op besmetting heel groot. Hoe meer sekspartners iemand heeft, hoe groter het risico. Maar het kan ook anders gaan. Soms krijgt iemand aids door een bloedtransfusie met besmet bloed. Of door ‘besmette’ naalden bij drugsgebruik.

Vooral in arme ontwikkelingslanden, zoals in Afrika, is aids een heel groot probleem. Miljoenen mensen hebben het. De komende decennia zal bijna een derde van de bevolking daaraan overlijden.

Want medicijnen tegen aids hebben de patiënten in ontwikkelingslanden niet. Die zijn namelijk heel duur. Voor aidspatiënten in West-Europa is dat niet zo’n groot probleem: de verzekering betaalt. Maar in ontwikkelingslanden is dat wel anders; een ziektekostenverzekering bestaat niet eens. Medicijnen kunnen de ziekte overigens alleen maar vertragen; uiteindelijk sterft een aidspatiënt toch aan de ziekte.

Hoe komt het dat er in Afrika zoveel aidspatiënten zijn? Afrikaanse mannen hebben veel wisselende seksuele contacten. Dat is daar heel gewoon. Vaak brengt zo’n man het virus dan weer over op zijn vriendinnen en z’n eigen vrouw. En die besmetten op hun beurt weer hun kinderen tijdens de zwangerschap of de bevalling. Of via de moedermelk. Aids verwoest dus hele families.

De verspreiding van aids gaat ongemerkt. Vaak weten mensen niet eens van elkaar dat ze besmet zijn. Of dat ze zelf het virus hebben. In Zimbabwe en Botswana heeft 30 procent van de bevolking aids. Niet alleen volwassenen, maar ook veel kinderen.

Bovendien bestaan er in ontwikkelingslanden fabeltjes over aids. Bijvoorbeeld dat het niets met seksualiteit te maken heeft. Of dat je weer van aids geneest als je geslachtsgemeenschap hebt met een maagd. Daarvoor worden dan steeds jonge kinderen misbruikt. Het gevolg: verkrachting en besmetting.

De verspreiding van aids gaat heel snel. Elke minuut komen er tientallen slachtoffers bij. Er sterven elke dagelijks duizenden mensen aan de ziekte. Negentig procent van deze slachtoffers leeft in een ontwikkelingsland. In Nederland hebben naar schatting tussen de 16.000 en 23.000 mensen aids. Foto: kinderen met aids.

Als dat zo doorgaat, wordt aids een steeds groter probleem, vooral in ontwikkelingslanden. Om de ziekte te stoppen, zijn twee dingen heel belangrijk. Het eerste is verandering van seksueel gedrag. Wie alleen met zijn eigen man of vrouw gemeenschap heeft, hoeft niet bang te zijn voor besmetting. Als een van de partners al aids heeft, is condoomgebruik belangrijk om verdere besmetting binnen families te voorkomen.

Maar om dat te bereiken, moet er wereldwijd aandacht komen voor de ernst van aids. Belangrijke leiders moeten hun onderdanen wijzen op de gevaren van de ziekte. En vooral: hoe die gevaren voorkomen kunnen worden. Daarom is het zaterdag 1 december Wereld Aids Dag. Foto: het rode lintje is het symbool van de strijd tegen aids.

Meer weten? Bezoek het congres over aids van de SGP-jongeren komende vrijdag en zaterdag in Apeldoorn. Lees meer op www.sgp-jongeren.nl.