Tanks, prikkeldraad, pantservoertuigen en zelfs een F-16. Woensdag en donderdag is Noordwijk superbeveiligd. Uit de hele wereld komen ministers van Defensie bij elkaar voor een belangrijke vergadering van de NAVO. - Foto's ANP / EPA.

Minister van Middelkoop van Defensie (foto) is deze dagen gastheer in Noordwijk. Hij ontvangt 25 ministers uit de NAVO-landen en uit Afghanistan en Macedonië.

Het gezelschap praat over Afghanistan. Daar zijn namelijk al sinds 2001 militairen uit de hele wereld gestationeerd. Ze zijn er voor de wederopbouw van het land en het bewaren van de vrede. In 2001 viel Amerika Afghanistan binnen om de terroristische Taliban uit te roeien. Sinds die tijd is het erg onrustig in het land.

Sommige NAVO-landen hebben heel veel militairen in Afghanistan; anderen wat minder. Er zitten bijvoorbeeld ruim 15.000 Amerikanen, maar slechts elf IJslanders. Vanuit Nederland zijn er 1600 militairen ingezet (foto).

In Noordwijk wordt nu gesproken over de lasten en de kosten van de missie in Afghanistan. Want wie militairen ergens heen stuurt, moet ook opdraaien voor de kosten. Het salaris van soldaten bijvoorbeeld. Maar ook materialen zoals wapens, onderdak en militaire voertuigen.

Behalve minister Van Middelkoop speelt nog een Nederlander een belangrijke rol tijdens de NAVO-top: Jaap de Hoop Scheffer. Hij is secretaris generaal van de NAVO. Hij zit de vergaderingen voor en heeft de hoogste functie binnen het orgaan.

De NAVO bestaat al bijna zestig jaar. In 1949 besloten Amerika en een aantal West-Europese landen een verbond op te richten tegen het steeds machtiger wordende de Rusland. Dat verbond werd de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO). Later kwamen daar ook Oost-Europese landen bij.

Het doel van de NAVO was toen vooral onderlinge steun. De afspraak was: als een van de landen aangevallen wordt, springen de andere lidstaten bij. Maar de laatste jaren richt de NAVO zich niet meer alleen op militaire acties. Ook zaken als terrorisme en veiligheid zijn belangrijk.