„Voor gezelligheid naar ’t Hokkie”
„Zoek je een keet? Rij maar een weiland in.” De Staphorster jongeren die zaterdagavond rond tien uur door het dorp fietsen doen alsof hun neus bloedt. Echter, achter een boerderij in buurdorp Rouveen is het raak. Groepjes jongeren glippen een voormalige varkensstal binnen. Aan het geluid is de ontmoetingsplek niet te herkennen. „Wij draaien geen muziek.”
Bezoekers moeten het hoofd buigen om zich niet te stoten aan het lage plafond. Aan de muur hangen verschillende verkeersborden en posters met Heineken-reclame. Achter de zelfgebouwde bar in keet ’t Hokkie staat Jan (21). Hij roept: „Een biertje?” Sinas blijkt ook geen probleem. Hilligje (21): „De meeste meiden drinken hier geen bier.”
De keet was zes jaar geleden nog een varkensschuur. Henri (19): „We hebben alles geschilderd, vloerbedekking gelegd en een bar ingebouwd.”
Ook aan de veiligheid is gedacht. Henri: „We hebben twee deuren, waarvan één is bedoeld als vluchtweg bij brand.” Boven een deur in de hoek hangt -weliswaar scheef- een groen bordje dat de nooduitgang wijst.
In de deuropening staat het echtpaar Bisschop, de eigenaren van de keet. Jan zegt grijnzend: „Dat zijn onze oudste stamgasten.” Bisschop: „We kunnen onbeperkt in- en uitlopen.”
Gezelligheid. Daar is het een 25-tal bezoekers van de keet om te doen. Peter (20): „We willen niet naar de kroeg, en toch andere jongeren ontmoeten. Dan is dit de ideale plek.” Glimlachend: „Ik heb zelfs m’n vriendin hier opgedaan.” Henri: „Je kunt moeilijk met zo’n grote club op de bank bij je ouders zitten. Daar is ook niets aan.”
Een biertje in de keet kost één muntje. Henri laat een groen exemplaar zien met het logo van Heineken. In plaats van de naam van de bierbrouwer staat er ”’t Hokkie”. „Die muntjes hebben we zelf ontworpen. Ze kosten 70 eurocent per stuk. Voor frisdrank of een biertje doe je een muntje in een pot en pak je het benodigde uit de koelkast.”
Ondanks de lage prijs van het bier drinken de keetbezoekers naar eigen zeggen niet overmatig. De meesten drinken drie of vier flesjes op een avond. Een enkeling, die moet autorijden, houdt het op Fanta.
Uit een onderzoek van STAP bleek vorige week dat keetbezoekers op een avond gemiddeld een half kratje bier achteroverslaan om in te drinken. De meiden van ’t Hokkie herkennen dat beeld niet. Alien Bisschop (17), op felle toon: „Dat is echt overdreven.” Hilligje: „Ik kan me niet voorstellen dat zoiets gebeurt.”
De reformatorische jongeren -het merendeel afkomstig uit de Oud Gereformeerde Gemeenten- praten over diverse onderwerpen tijdens het keetbezoek. Jacob (20): „Soms gaat het over het geloof, soms over het werk, maar we maken ook lol met elkaar.”
Rond kwart voor elf vertrekken de eerste bezoekers. Alien: „Iedereen probeert voor twaalf uur thuis te zijn.”