Jacomijn Hoekman - 19 dec 2009 10:50 - Gewijzigd: 19 dec 2009 10:50

„Ik wil mijn geloof leren uitleggen”

Reformatorisch onderwijs? Afschaffen, vinden sommige politici. Anne-Matthea, Gerco, Bert, Tonny en Greetje van de Pieter Zandt Scholengemeenschap in Kampen denken daar anders over. „Als je op een openbare school zit, moet je heel stevig in je schoenen staan.”

Ik ben blij dat ik op een reformatorische school zit.

Bert: „Daar ben ik het mee eens. Het is goed om je kwetsbare jaren in een christelijke omgeving door te brengen.”
Gerco: „We groeien beschermd op.”
Tonny: „We zijn nog niet opgewassen tegen kritiek.”
Anne-Matthea: „En tegen vragen.”
Bert: „Maar het is wel jammer dat de meeste discussies hier gaan over kleding. Daar draait het niet om in het geloof.”

Wat kan er beter op jouw reformatorische school?

Tonny: „We leren niet hoe we ons geloof moeten uitleggen aan andersdenkenden.”
Gerco: „Ik zou best willen dat we meer contact met leerlingen op onchristelijke scholen hadden.”
Bert: „Dat is een uitdaging ja.”
Greetje: „Ze zouden daar een dag voor kunnen organiseren.”
Tonny: „Of een uitwisselingsproject voor godsdienst.”

Als ik later kinderen krijg, zou ik ze het liefst op een reformatorische school plaatsen.

Iedereen knikt.
Tonny: „Maar als mijn kinderen per se naar een openbare school zouden willen, mogen ze dat. Die keuze hebben mijn ouders mij ook min of meer gelaten.”
Greetje: „Ik geloof dat je wel erg beproefd zou worden als je als christen op een openbare school zit. Als je klasgenoten je uitlachen terwijl je bidt voor het eten, moet je wel heel sterk in je schoenen staan om vol te houden.”
Anne-Matthea: „Je moet veel bagage meekrijgen van thuis en van de kerk als je op een openbare school zit.”

Het meest waardevolle aan een reformatorische school vind ik...

Gerco, meteen: „De vrienden die je krijgt. Met hen kan ik alles bespreken wat me bezighoudt.”
Tonny: „We krijgen hier ook iets extra’s mee. We leren bijvoorbeeld hoe we de evolutietheorie moeten uitleggen.”
Bert: „En je komt meer te weten van God.”

Het minst waardevolle aan een reformatorische school vind ik...

Bert: „Er zijn weinig cultuurverschillen, omdat er bijna geen kleurlingen bij ons op school zitten. Daardoor wordt er sneller gediscrimineerd.”
Anne-Matthea: „Dat herken ik niet bij ons in de klas.”
Tonny: „Nou, ik wel.”
Bert: „Het wordt er thuis zeker ingestampt dat andere culturen minder zijn.”
Tonny: „Ja, allochtonen moeten allemaal het land uit, zeggen ze.”
Bert: „Bij ons op school zit een Iraaks meisje dat teruggestuurd wordt naar haar eigen land. Met haar leeft de school weer wel mee. Er is bijvoorbeeld een handtekeningenactie geweest. Het scheelt misschien dat ze christen is.”

Wat vinden jullie van de plannen van sommige politici om refoscholen te sluiten?

Bert: „Slecht.”
Gerco: „Als je het niet eens bent met het beleid van de school, kom je toch niet. Zo werkt het in de politiek ook.”
Anne-Matthea: „Ik zou het jammer vinden als reformatorische scholen zouden verdwijnen. Dan moet je al jong sterk in je schoenen leren staan. Dat kan goed gaan, maar ook fout.”
Greetje: „Ik maak me geen zorgen over die plannen.”
Anne-Matthea knikt. En toch: „Ik denk dat refoscholen op termijn zullen verdwijnen.”