Zondag 38
De vakantie is voorbij, de kinderen zitten op school, het geregelde leven draait en alle jaaropeningen zijn achter de rug. Beetje merkwaardige opsomming misschien. Vooral door die jaaropeningen. ’t Klinkt als een verzuchting: „Dat hebben we ook weer gehad.” Eerlijk gezegd: zo voelt het soms wel.
Een groter gezin kan maar zo drie, vier jaaropeningen hebben. Voorbeeld? Een kind op de basisschool, één op de middelbare school, nummer drie bezoekt het mbo en nummer vier het hbo. Alle kinderen zitten op een reformatorische school en hebben hun eigen jaaropening. Ga er maar aanstaan als ouders. Vier keer een bijeenkomst van pakweg anderhalf uur.
Er is afgelopen weken op vrijdagavond en zaterdag wat afgereisd in refo Nederland. Enkele tienduizenden ouders en hun kinderen reden naar een kerkgebouw ergens in het land voor de jaaropening. Een groot deel van hen zal zich per auto verplaatst hebben. Wat een aanslag op het milieu.
Voor alle bijeenkomsten moeten twee, drie sprekers geregeld worden. Een predikant die opent, een directielid en soms nog een bestuurslid, met of zonder ambt, dat sluit, want de achterban kijkt mee of de verschillende kerken eerlijk vertegenwoordigd zijn. Dat geldt ook voor de keuze van de gebouwen. Je moet als interkerkelijke refoschool natuurlijk niet allemaal bedehuizen van de Gereformeerde Gemeenten kiezen. Dat valt niet lekker in een deel van de achterban. Wat een georganiseer.
Natuurlijk willen alle sprekers –dominee of niet– goed beslagen ten ijs komen. Ze worden geacht een boodschap voor de leerlingen, voor de leraren en voor de ouders te hebben. Extra reden om je als spreker thuis goed voor te bereiden: er kan zomaar een RD-verslaggever onder je gehoor zitten. In dat geval belandt je verbale bijdrage ook nog eens zwart op wit in de krant. Opletten dus.
Interessant is de vraag welke status de jaaropeningen hebben. Sommige scholen zien de bijeenkomst als een verkapte kerkdienst, reden waarom de meisjes worden uitgenodigd hun hoofd te bedekken. Andere scholen tillen daar minder zwaar aan.
Ook boeiend is te zien dat de refoscholen in het westen van het land als eerste hun jaaropening een thema meegaven, om de sprekers enigszins te sturen en de boodschap een maximale landingskans te geven. Tegenwoordig zijn thema’s gemeengoed bij jaaropeningen. Niettemin gaat een deel van het gesprokene nog steeds over de hoofden van de kinderen heen. Reden waarom jongeren –zeker als ze al een paar jaaropeningen achter de rug hebben– soms lastig mee te krijgen zijn.
Ondanks al het goede van jaaropeningen is er veel voor te zeggen ze af te schaffen. En dan? Niets doen? Tuurlijk niet. Er is een alternatief. Alle kerkelijke gemeenten die zich verbonden weten met het reformatorisch onderwijs besteden op de laatste zondag van de zomervakantie aandacht aan de start van het nieuwe schooljaar. Ze geven daarmee maximaal invulling aan Zondag 38 van de catechismus: kerk en christelijke school horen bij elkaar. Bijkomend voordeel: ook jongeren die geen jaaropening hebben, krijgen op deze manier iets waardevols mee voordat ze de schoolbank weer in schuiven. Wie geeft het voorbeeld?
Sebastian
Reacties (9)
margroet journalist | maandag 7 september 2009 - 15:05 | ![]() |
aantal posts:2881 | ok, interessant artikel!! | |
B3VA is the best.. |