Susanne Rebel -  7 aug 2009 14:09 - Gewijzigd: 7 aug 2009 14:09

Moslims op christelijk kamp

„Sommigen horen voor het eerst wie Jezus is"

LUNTEREN – Een stuk zeil op benen stormt het grasveld over. Met veel geduw en geschreeuw rolt het gevaarte om. Onder het plastic komen twee Congolezen, een Koerd, een Libiër en een Nederlander te voorschijn; deelnemers van een zomerkamp van stichting Gave.

„Trek een raar jasje aan. Zet de pruik en pet op. Ga al skippyballend onder een zeil door richting speeltoestel. Klim omhoog en naar beneden en kom zo snel mogelijk terug.” Een van de uitdagingen die deelnemers deze week in de Lunterse bossen aangingen.

Bij een ander spel tijdens de zeskamp vliegen druipende sponzen over en weer. Dreigend ligt een tuinslang op de grond: iedereen weet dat hij of zij kans loopt om kleddernat gespoten te worden.

Stichting Gave organiseert sinds dertien jaar kampen om allochtone en autochtone jongeren elkaar te laten ontmoeten. De organisatie wil hun de mogelijkheid bieden God en elkaar beter te leren kennen tijdens een vakantieweek.

Kees Fraanje (27) werkt voor Gave en maakt deel uit van de kampleiding. „Jongens en meiden die in een asielzoekercentrum (azc) wonen, hebben veel meegemaakt. Soms zie je mensen hier helemaal loskomen.”

Tijdens het kamp, dat van afgelopen maandag tot vandaag duurt, wordt ’s morgen Bijbelstudie gehouden. „Christenen leren meer over de Bijbel, anderen horen voor het eerst wie Jezus is”, vertelt Fraanje. „Dit jaar zijn er veel moslims. Voor hen is het onvoorstelbaar dat Jezus mensen onvoorwaardelijk liefheeft. Ze kunnen niet geloven dat Hij de straf die zij verdiend hebben, voor hen wilde dragen.”

De kampleider vertelt dat de sfeer tijdens de Bijbelstudie anders is dan bij een groep kerkelijke mensen. Het gaat wat er wat minder gestructureerd aan toe. „Voorbeeld: een Afghaanse jongen die Matthéüs opzoekt, bladert van achter naar voren in zijn Dari-Bijbel.”

Aan het einde van de zeskamp nemen de teams het tegen elkaar op tijdens de touwtrekwedstrijd. Met van het zweet doorweekte T-shirts sleurt de ene groep de andere over de grond. Het is heet. De tuinslang ligt geduldig te wachten.

Azc-vrienden
Suwel Asir (18) uit Afghanistan en Aristide Rugamba (22) uit Rwanda ontmoetten elkaar in het azc in Utrecht. Ze gaan voor de vijfde en de zesde keer mee met een Gavekamp.

Suwel: „Een jongerenwerkster in het azc vroeg of ik meeging. Dat is niks voor mij, dacht ik eerst. Maar toen ik een kamp had meegemaakt, wilde ik vaker. Ik blijf moslim, maar ik vind het goed om over een ander geloof te leren.”

Aristide: „In Rwanda was ik al christen, maar niet praktiserend. Door de kampen heb ik meer over de Bijbel geleerd en ben dieper gaan nadenken.”

Niet dwingen
Het is de derde keer dat Mirjam Fraanje (23) als deelneemster meegaat. „Ik vind het geweldig dat mensen op deze manier in aanraking komen met het Evangelie. Ik kan niemand dwingen te geloven, maar wel laten zien hoe waardevol het is om christen te zijn. Ook is het goed dat buitenlandse jongens zien dat Nederlandse meisjes niet allemaal meteen seks hebben, maar dat sommigen heel serieus met seksualiteit omgaan.”

www.gave.nl