Gezelligheid of zaligheid
Het woord gezellig is een typisch Nederlands woord. Wie het wil vertalen in een andere taal, zal bemerken dat er meestal geen woord voor bestaat. We denken erbij aan het huiselijke leven, met de koesterende warmte van de onderlinge liefdeband. Het geeft een gevoel van geborgenheid en saamhorigheid en in ieder geval is het heel fijn als iemand hier iets van ervaart. Anderen zeggen het pijnlijk te missen.
In onze gezinnen mogen we ons best inspannen om het gezellig te maken in de huiskamer, om ook onze jongeren vast te houden. Het is goed om samen te zingen bij een orgel. Of schamen we ons om met elkaar psalmen en geestelijke liederen te zingen? Een gezelschapsspel spelen met vrienden of vriendinnen in het gezin is heel wat meer waard dan het bezoeken van gelegenheden buitenshuis, waarbij je veel geld over de balk gooit. Of zit je urenlang aan je computer gekluisterd door het onderhouden van allerlei contacten buitenshuis en zie je de huisgenoten niet?
Waar het me nu om gaat, is het doel van ambtelijk werk. Soms verwachten mensen dat je gezellig op de koffie komt, of in ieder geval wat eet en drinkt en niet te snel opstapt. Nu zijn er best bezoeken in de gemeente -ik denk met name aan kraamvisites of bezoeken bij een huwelijksjubileum- waar je probeert wat meer tijd voor uit te trekken. Je neemt je vrouw mee en inderdaad mag het best wel eens gezellig zijn.
Toch hebben ambtelijke bezoeken meestal een ander karakter. Je komt dan niet voor de gezelligheid maar voor de zaligheid, zoals wijlen ds. Elshout het eens zei. Zeker moet je de tijd ervoor nemen als iemand met geestelijke noden zit en er iets van wil vertellen. Geestelijke zaken verdienen altijd een luisterend oor. Dan hoef je geen eten of drinken, dan mag het geestelijke leven wel eens je eten en drinken zijn. Het is verblijdend en aangenaam iets te horen van Gods werk in ons leven. Als er weinig te vertellen is, kan een ouderling of predikant zelf het woord nemen. Moet hij dan de preek van zondag herhalen of een meditatie die in die week ergens in de gemeente is gehouden? Ik zal niet zeggen dat er geen gepast deel van Gods Woord besproken mag worden, maar toch zijn die huisbezoeken daar niet in de eerste plaats voor bedoeld. Ze zijn bedoeld om te zien wat het Woord Gods heeft gedaan. Je kunt eventueel proberen dan nog een bijzondere persoonlijke toepassing op de preek van zondag te maken.
Ambtsdragers worden evenwel overvraagd als van hen verwacht wordt dat ze het gemis aan gezelligheid bij oudere mensen komen oplossen door hun frequente bezoeken. Dat gebeurt zelfs wel als er kinderen en kleinkinderen zijn. Maar die zijn zo druk.
Anderen hebben geen kinderen en op oudere leeftijd doet dat gemis zich soms nog pijnlijker voelen door de grote eenzaamheid. Hierin mag de gemeente de helpende hand bieden. Dat moet men niet aan ambtsdragers overlaten, maar dat mogen andere gemeenteleden doen. Leden van een vrouwenvereniging bijvoorbeeld, of andere eenzame mensen, of jongeren die van de omgang met ouderen veel kunnen leren.
Van een predikant in een grote gemeente moet je niet verwachten dat hij voor de gezelligheid overal langdurige bezoeken aflegt. Natuurlijk is het fijn als mensen zeggen: „Het is zo fijn als u komt, dominee.” Maar een predikant komt niet voor de gezelligheid, maar voor de zaligheid.
Ds. C. J. Meeuse, Goes
Reacties (2)
hallo bezorger | dinsdag 16 december 2008 - 14:30 | ![]() |
aantal posts:1 | heej helene hoe ist ik heb een nieuwe mail adres oke doei groetjes mirjam jansen |