Susanne Rebel - 28 nov 2008 23:22 - Gewijzigd: 28 nov 2008 23:22

Roboteam tegen Legogirls

„Alles ging fout, nou ja, bijna alles”

ALMERE - „De robot op tafel A lijkt te haperen. Daar gaat-ie, daar gaat-ie, nee, toch niet. De robot wordt opgetild en teruggebracht naar de basis.” Trillende handen proberen het apparaat weer aan de praat te krijgen. Er worden peentjes gezweet tijdens de regiofinale van de First LEGO League in Almere.

Lego alleen voor kleine kinderen? Steven haalt zijn schouders op. „Als mensen dat willen denken, prima. Ik lig er niet wakker van. Noem het robotica, dat klinkt al heel anders. Dat is wat wij doen, en daar gebruiken we lego voor.”

Steven is een van de ruim honderd jongeren die meedoen aan de regiofinale, die georganiseerd wordt door Technocentrum Flevoland. Tien klassen van verschillende Flevolandse scholen hebben zich ervoor opgegeven.

Doel van de wedstrijd is jongeren de leuke en spannende kant van techniek en technologie te laten zien. Met behulp van het systeem LEGO Mindstorms en computersoftware ontwierp elk team een robotvoertuig, dat computergestuurd opdrachten kan uitvoeren. Ook houdt elk team tijdens de finale een presentatie over klimaat en techniek.

Omrollen
De eerste twee teams komen naar voren. De groep van het Buitenhout College uit Almere, gekleed in witte jassen, bijt het spits af. Op het podium staan twee wedstrijdtafels, met daarop een parcours. In de gaten gehouden door een jury, moet elke robot op het circuit een serie opdrachten uitvoeren.

De captain van het Buitenhoutteam, Yordi, zet de robot in de juiste positie en wacht het startsignaal af. Als dat klinkt brengt hij het apparaat in werking. Vanaf nu is het aan het robotvoertuig de opdrachten goed uit te voeren. Het komt in beweging, buigt af naar rechts, neemt twee legoblokjes en een plastic fietsje mee die hij op zijn weg tegenkomt. Zo hoort het.

Een grijze bal krijgt een oplawaai en rolt naar de hoek. Dan gaat het mis. De robot lijkt een eigen wil te krijgen, rolt ineens om. Een jongen slaat zijn handen voor zijn ogen en draait zich om. „De robot is verkeerd neergezet!” Snel pakt Yordi de robot op en probeert het opnieuw. Helaas gaat het fluitje en is de eerste ronde voorbij.

Wat verslagen staan de jongens bij elkaar. „De robot deed alles fout. Nou ja, bijna alles.” Gelukkig zijn er nog twee rondes. In de oefenruimte wordt de programmering van de robot aangepast. „De omwentelingen van het rechterwiel moet minder snel om de robot langzamer te laten draaien.” Hersens kraken om afstanden te berekenen en sensoren in te stellen.

Winnaar
Van de tien teams die meedoen bestaat er één uit alleen maar meisjes, de Legogirls. „We hebben veel zelf gedaan, zoals het programmeren”, vertelt een meisje. „In de eerste ronde haalden we wel 80 punten, maar dat was geluk. Ik vind techniek erg leuk, daarom wil ik naar de TU Delft.” De klimaatpresentatie zien de meiden wel zitten. Alleen als de usb-stick op de computer moet worden aangesloten, ontstaat er paniek. „Jongens, hoe werkt dit?”

De rondes zijn gespeeld, de punten geteld. De spanning loopt. Aan de zijkant van het podium staan vijf kleine prijsbekers en één grote, gemaakt van lego. De jury vertelt welke teams de prijzen voor de onderdelen ”presentatie” en ”best samenwerkende team” hebben gewonnen. Dan wordt het stil voor de echte klapper. De hoofdprijs gaat naar het team dat in totaal het beste gescoord heeft: de Teletubbies van het Zuyderzee College uit Emmeloord. Zij mogen naar de Utrechtse Benelux-finale. Als ze daar winnen nemen ze deel aan de wereldfinale in Atlanta. Maar eerst nog blokken voor Utrecht.