„Lieve, aardige geesten bestaan niet”
Halloween is een mengeling van het rooms-katholieke Allerheiligen en het Keltische feest Samhain. De Kelten vierden dit feest aan het begin van de herfst. Ze geloofden dat op Samhain de geesten van alle gestorvenen van het afgelopen jaar terugkwamen om te proberen een levend lichaam in bezit te nemen voor het komende jaar. Door zich zo eng mogelijk te kleden, wilden ze de duivel en de geesten afschrikken.
Een uitgesneden pompoen is hét symbool van Halloween. Ook dit heeft een achtergrond. De Keltische druïden gingen de deuren van het volk langs om bijdragen voor de overledenen. Voor elke deur stond een pompoen met een brandende kaars, de overledene symboliserend. Werd er niets gegeven, dan konden de geesten je komen belagen of ging god je ernstig straffen.
Er doet hierover nog een ander verhaal de ronde. Volgens een Ierse legende zou er een dronkaard zijn geweest die Jack heette. Toen de duivel om zijn ziel kwam, kreeg hij de duivel zover dat hij in een boom klom om een vrucht te plukken. Jack tekende een kruis op de boom, waardoor de duivel er niet meer uit kon. Jack eiste van de duivel dat hij hem met rust zou laten. De duivel kon niet anders dan hierop ingaan. Toen Jack stierf, werd hij niet toegelaten in de hemel. Ook de hel kon hij niet in, omdat de duivel zich aan zijn belofte hield. Jack dwaalt sindsdien rond op aarde. Om wat licht op zijn weg te hebben, droeg hij een uitgeholde raap bij zich. Omdat in Amerika in de winter weinig rapen te krijgen zijn, werd de pompoen het beeld van Halloween; het symbool voor verdoemde zielen.
Toen de Romeinen naar de Britse eilanden toekwamen, hield het feest Samhain stand, maar werd het omgedoopt tot een rooms-katholiek feest ter ere van alle overledenen. Vandaar de naam Halloween, dat vrij vertaald Allerheiligen betekent.
Op Allerzielen -de dag na Allerheiligen- bedelden arme christenen aan de deur om brood. Voor elk brood dat ze kregen beloofden ze te bidden voor gestorven familieleden van de gever, zodat ze sneller vanuit het vagevuur naar de hemel konden. In Amerika gaan kinderen, waarschijnlijk in navolging van deze traditie, op Halloween langs de deuren om snoepjes. De rooms-katholieke betekenis van het bedelen is hierbij op de achtergrond geraakt.
Halloween wordt vooral gevierd in de Verenigde Staten, Canada, Engeland en Ierland. Ook in Nederland neemt de belangstelling ervoor toe. Vijftien predikanten in Urk waarschuwden deze week in een brief in een plaatselijke krant sterk tegen het feest met heidense wortels.
Wicca
Wicca is een religie waarin natuur een erg belangrijke rol speelt. Wicca gaat ervan uit dat in alles het goddelijke zit. Gelovigen vereren een (vruchtbaarheids)godin en een (jacht)god. Wicca’s geloven dat bij Halloween de god sterft, na de godin te hebben bevrucht. In het voorjaar wordt er een nieuwe god geboren. Die sterft rond Halloween weer, na de godin te hebben bevrucht. Zo is de cirkel elk jaar rond.
Wicca’s geloven niet in satan. Magie is een belangrijk onderdeel van wicca. Ook occulte zaken als wichelroedelopen en tarot worden vaak beoefend door wicca’s. Evenals het oproepen van geesten.