Yordredactie - 13 aug 2008 16:46 - Gewijzigd: 13 aug 2008 16:46

Japan wilde doorvechten na atoombom

TOKIO - Wat doe je als premier nadat twee atoombommen 200.000 burgerslachtoffers hebben veroorzaakt in je land? De Japanse oorlogspremier Hideki Tojo wilde na de Amerikaanse atoombommen op Hiroshima en Nagasaki door blijven vechten. Tot het bittere einde. Tegen beter weten in…

Dat schreef premier Tojo in zijn dagboek in augustus 1945. Dat boek verscheen onlangs in een Japanse krant.

„Wij moeten nu toezien hoe ons land zich aan de vijand overgeeft zonder onze kracht voor 120 procent te hebben getoond”, schreef Tojo op 13 augustus 1945. Deze uitspraak noteerde Tojo twee dagen voordat Japan zich overgaf aan de Geallieerden. „Wij stevenen nu af op een vernederende vrede, of liever een vernederende overgave.”

Tojo was ook kwaad op zijn ministers, die graag het einde van de oorlog wilden. En dat is helemaal niet gek, omdat de Amerikanen een paar dagen voor zijn uitspraken Hiroshima en Nagasaki hadden verwoest, met 200.000 doden als gevolg. Het Japanse leger was toen juist begonnen vrouwen, kinderen en bejaarden te bewapenen met bamboesperen, om Japan tegen een dreigende aanval verdedigen.

Op 16 augustus 1945 schreef Tojo dat hij zich neerlegde bij de overgave van Japan.

In 1948 werd Tojo gedood, nadat hij veroordeeld was vanwege zijn oorlogsmisdaden. Zijn advocaat gaf de dagboekaantekeningen aan het Japanse ministerie van Justitie. Het ministerie droeg zein 1999 over aan het nationaal archief.