Vergezichten
Bezoek van een predikant
Graag wil ik jullie iets vertellen over mijn stam, de Chenchu. We hebben unieke culturele gebruiken, die heel interessant zijn. Ik woon al drie jaar bij school, maar ik herinner me nog veel tradities. Mijn stam heeft zich de afgelopen tijd overigens ook ontwikkeld en ik ben blij dat veel dingen veranderd zijn.
Ik kom uit een afgelegen dorpje in het Indiase district Prakasham. Mijn dorp, Yerragonda, ligt dicht bij de bossen en daarom durft niemand naar ons gebied te komen. We hadden regelmatig te maken met wilde dieren, zoals tijgers, leeuwen en hyena’s.
Een paar jaar geleden was het dorp een heidense nederzetting. Mannen en vrouwen rookten en dronken en leefden zoals ze dat wilden. Polygamie kwam ook voor.
In mijn dorp houden we veel van het bos. Het is de bron van ons bestaan. We leven van wilde honing, fruit, vlees en eetbare wortels en jagen met pijl-en-boog. Dat is ook het enige wapen dat we hebben om onszelf te beschermen tegen gevaar. Soms waren er gevechten tussen mensen met pijl-en-boog, waarbij doden vielen.
Mijn familie is daarbij altijd gespaard gebleven. Ik geloof dat God een doel had met mijn familie. De oudsten worden gerespecteerd door de dorpelingen en zij luisteren naar hen.
Op een dag arriveerde er een predikant in het dorp die ons het Evangelie vertelde. Mijn oom en mijn vader vroegen hem te vertrekken en dreigden hem te doden. De man vertrok, waarop mijn oom een droom kreeg waarin God tot hem sprak. Daardoor ging hij in Jezus geloven. Anderen zagen dat hij was veranderd en kwamen ook tot geloof.
Kudumula Bayanna (14), India
Volgende week deel 2.