Jasper van den Bovenkamp - 23 mei 2008 10:14 - Gewijzigd: 23 mei 2008 16:51

Moorkop kwijt tijdens het surveilleren

Surveilleren tijdens examens is saai, vindt J. H. Guiljam (26), docent Nederlands aan het Calvijn College in Middelburg. „Je moet er zelf maar wat van maken.”

Voor Guiljam, die nu vier jaar voor de klas staat, was vmbo-4 de eerste examenklas die hij lesgaf. „Dat is best spannend”, erkent de docent. „Je werkt een jaar lang naar de examens toe en dan breekt op een gegeven moment de week van de waarheid aan. Regelmatig heb ik even bij andere docenten aangeklopt om advies in te winnen. Ze hebben me allemaal goed geholpen. Toen de examenweek eenmaal voor de deur stond, maalde telkens door mijn hoofd: heb ik ze wel alles geleerd wat ze moeten weten?

Mijn leerlingen zeiden wel eens: „U neemt die examens veel serieuzer dan wij.” Nou, dat is misschien maar goed ook, want ik weet best dat die gasten tijdens studieverlof met mooi weer lekker aan het strand hangen. Af en toe bedenken ze dan dat ze ook nog wel even moeten leren. En ik pieker ondertussen of ik het wel goed heb gedaan. Maar ach, ik lig er gelukkig niet wakker van.”

Dinsdagmiddag maakten Guiljams leerlingen het examen Nederlands. „Ik moest surveilleren. Op zich is dat redelijk saai. Ik had een dik boek meegenomen, maar dat mocht ik absoluut niet lezen. Verboden! Van een paar leerlingen kreeg ik een moorkop, dus heb ik er maar heel lang over gedaan om die op te eten.

Op een gegeven moment schoof mijn collega een briefje naar me toe, waarop hij duidelijk maakte dat hij het wel heel collegiaal vond dat ik in m’n eentje zo’n taart naar binnen zat te werken. Dus kreeg hij het vel papier retour met een lekkere dot slagroom erop. Even later was ik m’n moorkop kwijt. Bleek hij achter in het lokaal te staan. Ja, zo kom je de tijd wel door.

Natuurlijk let ik ondertussen goed op of alles ordelijk verloopt. Maar je zit ook niet als een politieman te kijken of iedereen zich strikt aan de regels houdt.

Zo’n examenweek is wel een welkome onderbreking, maar je moet het niet te vaak hebben. Je houdt wat meer tijd over voor dingen waar je normaal niet aan toekomt.

Ik merk dat leerlingen tijdens het examen strak zijn. Ze zijn niet relaxt. Ik ben blij dat ze zich niet iedere dag zo gedragen. Als ze klaar zijn met het examen, komen ze een beetje gespannen naar me toe. „Heb ik dit goed gedaan? En dat?” Dan heb je het ineens heel druk. Ik probeer dan rust uit te stralen en kalmte in de tent te brengen. Eigenlijk is het mooi werk, maar wel saai als je er zelf niets van maakt.”