Hesje
Al van een afstand zag ik hem in de weer, druk gebarend met handen, armen en benen. Een man met een hesje aan, zo’n knaloranje ding dat bijna licht geeft. En om elk misverstand uit te sluiten, stond er met koeienletters op: verkeersregelaar.
Zo’n man valt niet over het hoofd te zien, al vind ik zo’n felkleurig hesje nogal gevaarlijk. Je zou de neiging krijgen er juist tegenaan te rijden. Maar misschien is dat voer voor psychologen.
Het doet me een beetje denken aan een verhaal uit vroeger tijden over een man in ons dorp die van grote afstand een flinke klinker op de weg zag liggen -in een tijd dat men nog maar net begonnen was te fietsen- en hard begon te schelden op die steen en luidkeels, wiebelig balancerend op z’n vélocipé, schreeuwde dat hij er natuurlijk bovenop zou rijden en het vervolgens onvermijdelijk en prompt deed.
Neem me mijn gedachtevlucht niet kwalijk; de man met het duidelijke hesje stond ook op een rotonde.
Er was natuurlijk iets aan de gang. Zo’n man treedt op als hij voertuigen of mensen een ongehinderde doortocht moet verlenen. Ik bracht mijn limo keurig voor de haaientanden tot stilstand.
Algauw begreep ik dat er een soort wedloop aan de gang was. Zo nu en dan vierde het hesje zijn triomf als er weer een soort mens opdook die de rotonde moest nemen.
Soms zien mensen die recreëren -let wel op dat woord- er namelijk enigszins onaards uit. Ik meen dat zo’n vreemd-strakke uitdossing ”aerodynamisch” heet. Degene die erin huist, loopt zo de minste windweerstand op. Hoewel!
Ik bleek op de staart van een veel groter rennersveld te zijn gestuit. Bijna had ik het hoofd wenend afgewend, zó meelijwekkend zagen de passanten eruit. Dat kon je toch geen rennen meer noemen. Alle zweetbanden, wondervormige hoofddeksels en glimmende kleefpakken ten spijt.
De marathon heette ”De kippenren” (tenslotte woon je in een kippendorp), maar het kakelen was deze arme stakkers allang vergaan.
Misschien denkt er iemand dat ik nog steeds voor de rotonde sta en mogelijk de weg kwijt ben. Het valt mee. Weet u wat ik bedacht? Laten die strompelende, huppende en sukkelende lopers in mijn ogen beklagenswaardig zijn geweest, ze gingen allemaal één kant op. De finish vormde het lokkend vergezicht. Ze zóúden en móésten die halen. Anders zou het helemáál een sof worden.
Toen werd ik een beetje stil. Zo veel moeite voor -misschien- een stukje eremetaal, of, wie weet, de poedelprijs, op z’n best je naam in de kop van het stuk in het plaatselijke sufferdje.
Ik ben bepaald niet origineel met dit stukje over een marathon. Ongetwijfeld schieten u woorden van de apostel Paulus te binnen. Over lopers die allen lopen, hoewel slechts één de prijs krijgt. Die almaar doorgaan en volhouden, niet achter
omkijken, niet meten hoe ver ze al zijn, maar steeds vooruitkijken. Naar de witte plek die opdoemt op de eindpaal. Of eigenlijk -en dat maakt déze marathon zo vreemd- naar bóven. Naar Jezus aan Gods rechterhand.
Alle wedrennen hier gaan om ”mij” of om ”het ik”. Het erepodium. Maar déze marathon gaat om Hem. En zo gaat het dan toch ook om de prijs. De kroon der rechtvaardigheid. En niet voor mij alleen. Ook voor allen die Zijn verschijning hebben lief gekregen.
Ds. A. Beens, Barneveld
Reacties (8)
Jeffer correspondent | donderdag 8 mei 2008 - 15:55 | ![]() |
aantal posts:130 | Is dominee Meeuse gestopt met de column? |
margroet journalist | donderdag 8 mei 2008 - 18:49 | ![]() |
aantal posts:2881 | is dominee Meeuwse gestopt met de column? | |
B3VA is the best.. |
robbert bezorger | vrijdag 9 mei 2008 - 11:04 | ![]() |
aantal posts:6 | grapzig kwoon zelf ook in t'kiependarp Barneveld. ![]() |