COLUMN MAX: Hogedruk
De zon schijnt, vogels zingen, krokussen bloeien en sinds twee weken is er al een enkele tuinstoel uit de winterberging. Eén tuinstoel maakt nog geen zomer, maar toch… Uit de wind en in de zon: heerlijk. Bonus: de mooiste dagen vallen telkens in het weekend.
Het voorjaar kan mij niet vroeg genoeg beginnen. Of ik me geen zorgen maak over de klimaatsverandering? Zeker, soms. Maar dat kan toch ook terwijl we in de zon zitten? De ijsschotsen voor de ijsberen smelten echt niet sneller als ik wat februaristralen probeer te vangen. Het mooie weer brengt echter ook iets anders op gang. De homo mechanicus ontwaakt uit zijn winterslaap.
Ik werk regelmatig thuis en heb een kamer aan de straatkant. Aan veel geluiden ben je na jaren zo gewend dat je ze nauwelijks meer hoort. Om halfacht ’s morgens slaat de deur dicht van het taxibusje dat een overbuurkind ophaalt. Drie kwartier later krijsen de kinderen van iets verderop: de dag begint daar vaak met ruzie. Aan het eind van de ochtend de schelle stem van de buurvrouw die haar koffievisite uitlaat: „Nou meid, doen we gauw weer-es. Doeidoei!” Dan weet ik dat het tijd is om af te zakken voor een boterham.
Laatst voegde zich bij de vertrouwde geluiden een ander. Langdurig, irritant. De volgende dag weer, urenlang. Later in de week opnieuw: tergend, hinderlijk! Ik kon me er niet voor afsluiten, zoals dat makkelijk lukt als op woensdagmiddag de straat vol is met joelende kinderen. Daar schrijf ik wel doorheen. Maar dit lawaai bleef janken en zeuren.
De oplossing verscheen eind die week om de hoek van de volgende twee-onder-een-kap: een buurtgenoot in een gele waadbroek. Alsof hij net terug was van de walvisjacht bij Nova Zembla. Met een hogedrukspuit ging hij de winteralgjes te lijf op z’n ruwweg 200 vierkante meter straatwerk. En, ach ja, dan neem je gelijk de onderkant van de gevels mee. En alles wat je verder nog tegenkomt. Best stoer hoor, zo’n spuit.
Lang geleden zat ik op een bank in een stadsplantsoen toen een gemeentelijk vrachtwagentje voorreed. Drie mannen gingen met drie lawaaiapparaten een minuscuul perkje te lijf - ik verbaasde me zeer. Fijn dat de Arbeidsinspectie eisen stelt, maar soms is een hark echt praktischer dan een bladblazer op mengsmering die het geluidsniveau van een startende straaljager evenaart.
De democratisering van de bladblazer zet kort nadien in, met dank aan Welkoop en Gamma die hem voor luttele tientjes aanbieden. Inmiddels herbergt elk Vinexschuurtje wel zo’n blaaspijp op fossiele brandstof of stroom.
Aansluitend begint de hogedrukspuit aan zijn opmars richting gemakzuchtige burger. Wat is een man nog zonder hogedrukspuit? Elke Nederlander z’n eigen spuit! Vaderdagknaller! Niks straatje schrobben of biologische algendood, dat is voor losers!
Praktisch? De naburige walvisjager was dagenlang druk. De algjes waren van z’n stoep, de modder zat tot aan de dakgoot, het mos tot achter z’n oren. Zijn spuitwoede zorgde voor een berg blubber op straat -allemaal zand tussen zijn klinkers vandaan, die verzakken meteen- die hij met een onnozel gezicht in de straatkolk veegde.
Ik ruik het voorjaar. Maar ik vrees de verzamelde walvisvaarders. Als we nu eens gewoon níét allemaal een hogedrukspuit kopen. Dan kunnen Knuts achterneefjes ook nog wat langer op hun ijsschots ronddobberen.
MAX
Reacties (3)
A3aan bezorger | maandag 25 februari 2008 - 10:41 | ![]() |
aantal posts:29 | Laat de lente maar komen! Yord: Dit artikel staat er twee keer op. Lijkt me een beetje overbodig???? |