Druk
Het is niet moeilijk drukke mensen te vinden. Wie klaagt er niet over drukte? Het is bijna een modeverschijnsel. Je kunt het haast niet maken om te zeggen dat je niet druk bent.
Mijn mentor, ds. J. Catsburg, antwoordde standaard op de vraag of hij druk was: Ik heb het wel druk, maar ik maak me niet druk.
Je druk maken heeft niet te maken met de werkdruk, maar met je innerlijk: hoe ben je eronder? Heeft het vele werk je te pakken, in zijn greep?
Toen ik in 1976 in Utrecht aan de universiteit met de studie theologie begon, hing er in de gang van onze afdeling een poster met als opschrift ”tijd = prioriteit”. Wat heeft de voorrang?
Deze week kreeg ik van een student de vraag of ik hem kort kon aanwijzen op grond waarvan wij de doop het teken van het verbond noemen. Ik had hem verwezen naar het proefschrift van dr. P. L. Voorberg, waarover ik las: „Vooral de gedachte dat de (kinder)doop de vervulling is van de besnijdenis, wordt op een bijzonder volledige manier uitgewerkt.” De student schreef mij terug: „Ik vrees dat ik de komende tijd geen tijd heb om een heel boek te lezen (afhankelijk van de hoeveelheid bladzijden, natuurlijk). Ik heb al veel verplicht leeswerk voor mijn vakstudie, studiekring, Bijbelkring, etc. waar ik al nauwelijks doorheen kom. Misschien zou u (als u tijd hebt) in het kort kunnen weergeven wat volgens u de reden is dat de doop een teken is van Gods verbond (en niet alleen teken van persoonlijk geloof), of misschien kunnen we een keer afspreken voor een gesprek (hoewel ik me daarvan ook afvraag of ik daar tijd voor kan vinden).”
Ik begrijp deze voor mij onbekende student zo heel goed. Er zijn zo veel belangrijke dingen die onze tijd opslokken en geheel en al in beslag nemen. Hoe houden we ons hoofd nog boven water? Hoe krijgen we het voor elkaar om niet overspannen te worden? Wie niet zelf „op de rem trapt”, is burn-out voordat hij er erg in heeft.
Ook deze week was er een catechisant die zei geen tijd te hebben gehad om de opgegeven catechismusvraag uit het hoofd te leren. En de vraag was nog wel zo gepast in deze adventsweken: Wat betekent „Die ontvangen is van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria?”
Je bent trouwens best te beklagen als je zo jong al niet genoeg tijd hebt. Wat moet je, zo jong, dan al een belangrijk persoon zijn.
Wat kunnen we hieraan doen? Het is niet zo moeilijk als het lijkt. Coram Deo leven lost al een heleboel op. Deze uitdrukking is uit het Latijn afkomstig en betekent ”voor Gods aangezicht”. Alles wat je doet, te doen in het besef dat God het ziet en dat Hij er een keer zeer nauwkeurig verantwoording van zal eisen.
We kunnen het ook met een andere Latijnse term zeggen: alle bezigheden bezien ”sub specie aeternitatis”. Dat betekent: alle dingen bezien in eeuwigheidslicht. Je kunt er zeker van zijn dat dan veel dingen hun belangrijkheid verliezen. Dan blijft het nog wel een strijd om de juiste prioriteiten te stellen, maar het opgejaagde gevoel verdwijnt.
Verder nog een simpele tip: bedenk eens hoe misbaar je bent. Dus: verbeeld je niet onmisbaar te zijn. Dan hoef je namelijk niet zo nodig van alles en nog wat te doen, alsof het van jou afhangt.
Des te beter we door hebben hoe onbelangrijk we zijn, des te minder we ons doen en laten gewichtig vinden.
Ds. W. Pieters, Garderen