Halt! Rechtsomkeert! Mars!
Ik denk wel eens dat er geen moeilijker werk is dan pastorale zorg verlenen in situaties waarin een rechteroog moet worden uitgerukt, een rechterhand moet worden afgekapt. Wanneer de Heere Jezus deze opdracht geeft, weten heel wat ’geleerden’ op te merken dat Hij dat niet letterlijk bedoelt. Ongemerkt slaak je dan een zucht van verlichting dat het dan dus nog wel meevalt. Maar deze zucht is te vroeg geslaakt, want juist dát maakt het bevel des te moeilijker. Wanneer ons rechteroog figuurlijk moet worden uitgerukt of de rechterhand moet worden afgehouwen, slaken we misschien wel de verzuchting: Was het maar letterlijk bedoeld!
Ik denk aan de steeds vaker voorkomende huwelijksproblemen waarbij een derde in het spel is. Hoe kan zo’n huwelijk nog gered worden? Onder andere wanneer die onzegbaar moeilijke operatie wordt uitgevoerd om dat oog uit te rukken, ja, nog moeilijker: om die beminde radicaal uit het leven uit te bannen, uit te rukken.
Daar komt bij dat achter heel deze en aanverwante problematiek nogal eens een onbewuste geestelijke nood schuilgaat, namelijk (al klinkt het als een domineesdooddoener) dat de persoon die ertoe wordt opgeroepen zijn of haar rechteroog uit te rukken, geen geborgenheid in en geen relatie met God kent.
Daarom is de eerste vereiste: Kom tot jezelf! Als tweede moet je in een dergelijke problematiek jezelf eerlijk stellen voor de eis: Keer terug naar God. Vervolgens geldt onvoorwaardelijk dat je je moet haasten díé paden in te slaan waarin je ziel zich nimmer kan vergissen.
Vergissen is in dit geval ook zo’n punt: de bestaande relatie loopt niet, met de huidige partner heb je niets meer; maar die derde…, dát is de ware. Mijn vraag luidt: Hoe weet je nu dat je je daarin niet vergist? Weet je het zeker dat jij je niet vergist nu je op het punt staat het spoor in te slaan waarvan God zegt: „Niet doen…!”
Hoe moeilijk het ook is, het is toch raadzaam om de drie bevelen in de titel op te volgen: stop radicaal, stop onvoorwaardelijk met de door God uit liefde ons verboden relatie. Draai je met een hartelijke keuze om naar de goede weg, waarin het aan Gods hand veilig wandelen is (samen met je eigen man of je eigen vrouw). Zet vervolgens met een ferm besluit je treden in het spoor van God, de eeuwige, levende, trouwhoudende God van je doop.
Letterlijk je rechteroog uitrukken is niet zo zwaar als het nalaten van een geliefkoosde of voordelige zonde. Je rechterhand of -voet afkappen moet een gemakkelijke operatie worden genoemd vergeleken bij het nalaten van je boezemzonde, je hartstocht, je innigste vermaak, je liefste.
Er is één alternatief. Wie de opdracht niet volvoert, wie het ”Halt!” geen gehoor geeft, wie achterom ziet in plaats van ”Rechtsomkeert!” te doen, wie geen ”Voorwaarts mars!” wenst, moet het alternatief onder ogen zien: „…het is beter verminkt tot het Leven in te gaan dan ongehoorzaam aan Jezus’ welmenende advies in het helse vuur te worden geworpen.”
Jezus zegt niet: in het helse vuur terecht te komen, maar: geworpen te worden. Daar kom je dus doordat iemand je daarin werpt. Dat doet niet de verleidende boze, maar dat doet de heilige Rechter!
Je rechteroog uitrukken, je rechterhand afkappen moet je trouwens zélf doen, nú. Stoppen met je hartstocht moet je zélf doen, nú. Je tot God wenden, tot Hem terugkeren moet je zélf doen, nú. Bid echter wel met Augustinus: „Geef wat Gij beveelt en beveel wat Gij wilt.”
Ds. W. Pieters, Garderen