Yord herfst logo
Home      Zoeken      

E-mail

„Wilt u mij eens uitleggen wat het verschil is tussen het echte geloven met je hart en geloven met je verstand?” Zo luidde een vraag per e-mail. U kon hierover lezen in een voorgaande aflevering van deze rubriek op de Achterkrant en ik beloofde inhoudelijk op de vraag in te gaan. Bij dezen. Onder geloven met het verstand verstaan wij een instemmen met de waarheid, waarbij iemand dezelfde kan blijven. Geloven met het hart, het echte geloof, heeft altijd God als voorwerp.

Een tweede onderwerp uit het e-mailverkeer dat ik toen doorgaf, ging over een uitspraak van mij in een avondmaalspreek: „Pas als je niet tevreden kunt zijn totdat je weet dat alle zonden zijn weggedaan, is de weg vrij tot het heilig avondmaal.” De preek ging over de uitspraak van Nathan dat de Heere de zonde van David had weggenomen en over Davids smeekbeden in Psalm 51 om (de verzekering van) de vergeving van zijn zonde.

Een kenmerk van een waar geloof is dat het pas tevreden is wanneer de Heere de overtuiging in het gemoed geeft: Mijn Woord is waar. Iemand met een verstandelijk geloof is tevreden met de Bijbelwoorden. Iemand met een waar geloof wenst iets meer dan een Bijbelwoord, namelijk de toepassing aan het hart en het gemoed.

Wanneer we de verhouding onderzoeken tussen Psalm 51 en 2 Samuël 12:13 zien we dat David éérst uit de mond van Gods knecht hoort dat zijn zonden zijn vergeven en dat hij vervolgens Psalm 51 schrijft. Duidelijk is dat hij óf het woord van Nathan niet gelooft wanneer hij bidt: „Vergeef mijn zonden”, óf dat hij in geloof in Gods vergevende genade bidt om de toepassing van dat Godswoord. Ik denk dat we Psalm 51 geen ongeloofspsalm mogen noemen. Dan blijft er maar één mogelijkheid over en dat is de volgende. David gelooft het woord van Nathan, die zei: „De Heere heeft ook uw zonde weggenomen, gij zult niet sterven.” Vervolgens gaat hij naar zijn binnenkamer en bidt en schrijft in geloof Psalm 51: „Wees mij genadig, o God, naar Uw goedertierenheid; delg mijn overtreding uit, naar de grootheid van Uw barmhartigheden.” Hij geloofde Gods goedertierenheid en Zijn barmhartigheden!

Verstandsgeloof is tevreden met de woorden dat Hij met genoegen vergeeft en grote goedertierenheid heeft voor allen die Hem aanroepen… Waar geloof heeft de Heilige Geest nodig om deze ontwijfelbare waarheid voor zichzelf te durven en te kunnen geloven. En om het geweten dat door Gods Geest verontrust is, te kunnen en te durven troosten.

Wie mogen aan het avondmaal deelnemen? Die gelovig worstelen om de troost uit Gods ware beloften. De e-mailschrijver vervolgde: „De Heere wil toch ook dat wij Zijn beloften geloven zonder gevoel. Ik heb wel eens een dominee horen zeggen dat het nabijkomend werk is als je de beloften van God alleen maar gelooft als die toegepast worden.”

Wat ik uit Psalm 51 en 2 Samuël 12 concludeer, is: David geloofde zónder gevoel wat Nathan zei. Hij twijfelde er niet aan. En toch wenste hij meer dan dat woord alleen. Hij wenste de toepassing of bevestiging ervan aan zijn gemoed. Dat is geen nabijkomend werk, maar authentiek geloof. Is het zwak geloof?

Moeten we Psalm 51 afdoen als een worsteling die een sterke gelovige niet hoeft te kennen omdat hij simpelweg Gods belofte gelooft? Ik geloof er niets van. Mijn wens is dat we leren Gods Woord te geloven met een geloof dat verlegen is om toe-eigening door Gods Geest.

Garderen, ds. W. Pieters

Reacties (2)

syl
bezorger
Quote bericht
aantal posts:12

ja dat klopt!!!

bent er helamaal mee ens

Roelien
bezorger
Quote bericht
aantal posts:8

syl
bezorger schreef op donderdag 16 augustus 2007 - 18:58

ja dat klopt!!!

bent er helamaal mee ens

 

Ja waarmee? Er staan zoveel dingen in, en niet zo gemakkelijk ook


 Wie ermee stopt je vriend te zijn, is het nooit geweest