Ff serieus: Zonde in het paradijs
Mensen hebben in het paradijs gezondigd. Maar toen was ik er nog niet. Dan kun je toch ook geen zonde gedaan hebben? Ik heb nog nooit van de verboden boom gegeten.
Ik denk, beste vraagsteller, dat talloze jongeren je gedachten herkennen. Hoe dat komt? Twee redenen wil ik noemen. De zondeval is zo heel moeilijk te begrijpen. Door één zonde van duizenden jaren geleden zijn nu alle mensen zondaren. Als iemand in Australië iets steelt, heb ik daar toch niets mee te maken? Laat staan als het om iemand gaat die lang geleden geleefd heeft. Dat is de eerste reden.
Maar er is meer aan de hand. Iets ergers. Dwars door al onze gedachten lopen de draden van de zonde, ja, onze gedachten zijn door en door zondig (Gen. 6:5). Daarom zijn we eigenlijk boos op Adam, die van de verboden boom heeft gegeten. Dat zou ik nooit gedaan hebben! En we vinden het helemaal niet eerlijk dat we door die ene zonde allemaal zondaren zijn. Voel je hoe verstrikt je raakt in je gedachten?
Wat denk je, wordt God geëerd door zulke gedachten? Of krijgt God heimelijk de schuld van alles? Ja, God krijgt de schuld als we zo denken. Dat is het allerergste! God, Die nooit onrechtvaardig is (Ps. 92:16, 145:17, Rom. 9:14), krijgt de schuld.
Weet je wat we zo nodig hebben? Het wonder van de waarachtige bekering. Dan ga je overal anders tegen aankijken. Heb ik nog nooit van de verboden boom gegeten? Ik eet elke dag wel van honderd verboden bomen. Of niet? Als God je bekeert, dan ga je zien hoe ontzettend erg jóúw zonde tegen God is. Als dat op je hart weegt, heb je helemaal geen tijd meer om boos te worden op Adam. En als je over zijn zonde nadenkt, zul je zeggen: Ik zou precies hetzelfde hebben gedaan. Dan krijgt God al helemaal niet meer de schuld. O nee, dan word ik zelf de schuldige. Vergeet het nooit: God mag Adams zonde op mijn rekening zetten. Blijft dat moeilijk te begrijpen? Zeker. Daarom is het licht van de Heilige Geest onmisbaar. Want, Adam niet geleerd is Christus niet begeerd, zo wordt wel eens gezegd. Als we niet leren dat we gevallen zondaren zijn, zullen we niet roepen om een Zaligmaker. Wat wordt het een wonder als de Heere Jezus Zichzelf aan een verloren zondaar bekendmaakt. Dan buigt een adamskind heel diep van verwondering neer en wordt beleefd wat Ruth en Mefibóseth eenmaal hebben bewonderd (Ruth 2:10, 2 Sam. 9:8). Bedel veel om dat wonder.
Ds. J. M. D. de Heer, Middelburg
Heb jij ook een vraag over geloof, relatie of samenleving? Mail De Achterkrant: achterkrant@refdag.nl.
Lees meer vragen en antwoorden in het dossier ff serieus.
Er zijn nog geen reacties geplaatst.