Gerald Harbers - 11 apr 2007 10:50 - Gewijzigd: 11 apr 2007 10:50

Elke dag bij elkaar over de vloer

„Als ik het vraag, helpt ze me. Altijd.” Rosalie ten Voorde (12) uit Terwolde-De Vecht woont naast haar oma D. ten Voorde (68). „Maar ook m’n opa staat altijd klaar voor me, hoor.”

Contact: „M’n oma woont naast ons, ik zie haar heel vaak. Elke dag ga ik er wel even naar toe. De enige periode dat we elkaar niet zien, is wanneer wij op vakantie zijn. Nee, opa en om gaan niet mee. Oma zou misschien wel willen, maar opa is altijd druk. We hebben een loonbedrijf, vandaar.”

Activiteiten: „Als ik bij oma kom of zij bij ons, kletsen we altijd gezellig. Over school en zo. Elke dinsdag eten we als gezin bij oma en opa. Oma kan heel lekker koken. Vooral haar appelmoes is geweldig.

Regelmatig gaan oma en ik samen naar de markt, een visje eten en stofjes kopen. Oma kan heel goed naaien en voor mij maakt ze alles wat ik hebben wil.

Als het kan, help ik oma met kleine klusjes. Wanneer ze vraagt of ik wil stofzuigen, doe ik dat. En soms moet ik een gedicht wat ze heeft geschreven op de computer uittypen.”

Overeenkomsten: „Wij zijn allebei niet verlegen en erg praterig. Oma en ik zijn creatief. Zij in het naaien en ik maak graag kaarten.”

Verschillen: „Ik houd van dieren. Oma ook wel, maar anders. Zij hebben een hond, maar ze stuurt het dier weg als het om hen heen draait bij het koffiedrinken. Dat zou ik niet doen.

Een ander verschil is dat ik van fietsen houd en oma niet. O ja, ik winkel ook graag. Oma niet.”

Hoogtepunt: „Ik vind het fijn dat oma en opa altijd klaarstaan voor me. Als ik vraag of ze me naar school willen brengen, zullen ze nooit nee zeggen. Ook niet als ze eigenlijk geen tijd hebben.” Lachend: „Oma zegt altijd: „Als je uit huis gestuurd wordt, kom je maar bij ons.”

Als m’n oma iets doet, doet ze het goed. Ze naait regelmatig kleren voor mij, maar als ik er niet tevreden over ben, werkt ze er net zo lang aan tot ik het goed vind. Ze is zelfs een keer opnieuw naar de markt gegaan toen ze van de verkeerde stof een rok had gemaakt.”

Dieptepunt: „Als ze verdriet hebben of naar het ziekenhuis moeten, vind ik dat ook vervelend. Gelukkig is er in onze relatie geen dieptepunt aan te wijzen.”

Toekomst: „Ik hoop dat alles nog heel lang zo blijft. En dat oma nog veel voor me naait.”

Heb jij ook een bijzondere relatie met je opa en/of oma? Geef je nu op via achterkrant@refdag.nl.

Lees meer over kanjers van opa's en oma's in het Dossier Vriendschap.