5 december; 25 december
Als ik iets moderner was geweest, had ik nu, op dit moment, niet hoeven te schrijven, maar had ik alleen maar hoeven te praten. Er bestaat namelijk een uitvinding waarbij je kunt schrijven zonder pen of potlood en zonder typemachine of toetsenbord. Je kunt gewoon tegen de computer praten en dan komen de letters, woorden, zinnen op het scherm. Fouten kun je ook per commando verbeteren. De techniek staat voor niets.
Het is allemaal bedoeld om tijd en moeite te sparen. Wanneer je rustig zittend tegen je computer kunt praten, zijn veel handelingen overbodig geworden.
Ik denk wel eens: hoe hebben ze dat vroeger toch gedaan? Mensen als Wilhelmus à Brakel schreven honderden en duizenden bladzijden vol met een ganzenveer en inkt vanuit de inktpot. Na elke drie of vier letters moest de ganzenveer weer in de inktpot. Wat een inspanning, ook voor de pols, die maar bleef buigen, en de arm, die maar bleef bewegen.
Wij hadden het van jongs af een heel stuk makkelijker door de balpen. Een pen die je niet meer om de zoveel letters in de inktpot hoeft te dopen, en waarbij je na de bladzijde te hebben geschreven niets meer hoeft „af te vloeien” met een vloeiblad.
Daarna kwam de typemachine. Daarmee was de tekst al weer veel beter leesbaar. En nu is er de computer. Daarmee kun je soms ook via knippen/plakken heel wat tijd besparen. En dan volgt de nieuwste versie, die ik zojuist besteld heb, het spraakherkenningsprogramma.
Het is dinsdagmorgen. Het is 5 december. De wereld houdt de kleuters voor de gek met leugens over sinterklaas. Morgen gaan de juffen verder met Kerst. Over sinterklaas wordt er dapper op los gefantaseerd en worden kinderzielen misleid. En over het Kindeke in de kribbe? Wat een fantasieën en wat een bedriegerijen worden ook juist rondom de kerstdagen verteld!
Folder na folder met de prachtigste aanbiedingen en begeerlijkste cadeaus kwam in de achterliggende weken (en komt nog steeds) door de brievenbus. Als je dát toch eens allemaal kon kopen, wat zou je dan gelukkig zijn, denkt onze Willem van vijf. Zijn belevingswereld is die van een kleuter: auto’s en lego. Hebben, hebben, hebben. En toch leeg en ongelukkig blijven.
Het is dinsdagmorgen. Ik ben gistermorgen weer begonnen om mij te verdiepen in de adventsstof, hoe het volk vol verwachting, het volk Israël, het volk van de beloftetijd, in vertrouwen op Gods onfeilbare macht en trouw uitzag naar de vervulling. De belofte van de heilige en genadige God dat de Doder van de slang zou komen.
Ik denk komende zondag te preken over de laatste woorden van David in 2 Samuël 23, de eerste zeven verzen. Tijdens het mediteren komt de vraag op mij af: zie ik uit naar de volledige vervulling van die heerlijke belofte in Christus? De nieuwe morgen zonder avond. De heldere zonnestralen zonder donkere wolken. Het einde van alle onrecht. Wat kun je eronder zuchten dat je niet eens van jezelf weet of je motieven en bedoelingen wel eerlijk zijn. Je denkt dat je gedreven wordt door x, maar is het toch heimelijk ook niet een beetje door y?
Het adembenemende uitzicht dat David vlak voor zijn sterven kreeg op zijn grote Zoon en Diens vrederijk, is ook voor mensen die over zichzelf en hun gezinnen moeten klagen: hoewel mijn huis zo niet is bij God, toch heeft Hij voor mij een eeuwig verbond gesteld, dat in alles goed opgesteld en bewaard is.
Ds. W. Pieters, Garderen