Krottenwijk Kibera; amper toekomst
Langs de rand van de sloppenwijk Kibera in de Keniase hoofdstad Nairobi slapen kinderen onder karton of hardboard. Ze kruipen er ’s ochtends onderuit, gaan de stad in en om te bedelen of schoenen te poetsen en komen ’s avonds weer terug, om weer onder het karton te kruipen. Een enkeling bekommerd zich om hen.
Soms zijn het wezen, soms zijn ze thuis weggestuurd en soms zijn ze, na ruzie, weggelopen en zo hun ouders kwijtgeraakt. In Kibera wonen niet minder dan 1 miljoen mensen onder de meest berooide omstandigheden: in hokjes van 4 bij 4 meter, soms iets groter, hutje mutje op elkaar.
De 26-jarige Richard Amway woont in een van die krotjes, maar hij heeft het gewoon over zijn huis. Richard sprak eerder deze maand op de wereldklimaatconferentie van de Verenigde Naties in Nairobi. Daar waren toen ruim 6000 mensen bij elkaar om te praten over klimaatverandering. Richard presenteerde er een klein zonne-energieproject. Hij maakt met een groepje jongeren zonnepanelen waarmee mensen hun mobiele telefoon of een accu kunnen opladen. Op zaterdagmiddag ging Yord met Richard mee naar Kibera, om in zijn kantoortje verder te praten.
Op deze zonnige zaterdagmiddag ziet zelfs de wereld in Kebira er vriendelijk uit. De brede rondweg is verhard, net als de zijweg, (dat zie je mooi op die foto) richting het kantoortje van het Kibera Community Jeugdprogramma. Richard vindt dit een luxe omgeving.
Hier zijn de huizen duur, zegt hij. „Langs deze weg betalen mensen zeker 4500 shilling per maand.” Dat is omgerekend ongeveer 50 euro. Diep in Kibera, waar bestrating, waterleiding en sanitair ontbreken, kost een krotje van één kamer niet meer dan 800 shilling per maand; nog geen 10 euro. „Vaak wonen daar dan vader, moeder en drie, vier kinderen in”, weet Richard.
Bij het kantoortje staat directeur Fredrick Ouko al op bezoek te wachten. Binnen blijkt dat dit geen fabriekje van zonnepanelen is. Daar mag Richard dan op de klimaatconferentie over verteld hebben, in het Kibera jeugdprogramma gebeurt veel meer.
Fredrick: „We maken sieraden, we verzorgen muziekuitvoeringen, we organiseren voetbalwedstrijden en we geven voorlichting, bijvoorbeeld over hoe je aids voorkomt. Terwijl we jongeren bij elkaar hebben, proberen we te praten over een goede manier van leven en over hoe je later zelfstandig kan worden, zelf je eigen geld kunt verdienen. Wij willen kinderen die nauwelijks toekomst hebben toch wat bieden.”
Richard geeft een voorbeeld. „Niet zo lang geleden hebben we in een wijkje hier een schoonmaakactie gehouden. Dan begin je gewoon op een morgen ergens op te ruimen. Vaak gaan er dan wel wat jongeren meedoen. Wij wilden toen vooral plastic zakken en tasjes van de straat hebben.”
Straten, dat zijn in de binnenwijken van Kibera vaak modderige paden zonder enige verharding. „Wij hebben op veel plaatsen open riolen en als er dan plastic tasjes rondslingeren, raken die riolen makkelijk verstopt. Daar krijg je natuurlijk veel troep van”, zegt Richard.
„Na zo’n opruimactie hebben we bijna automatisch een groepje jongeren bij elkaar en daar gaan we dan mee in gesprek. Soms bijvoorbeeld over moeilijke onderwerpen als aids. Dat gaat het beste als je er iemand bij hebt die zelf de ziekte heeft, daar accepteren jongeren het meest van.”
Richard en Fredrick proberen het ook voor elkaar te krijgen dat jongeren naar school gaan. Dat is in Kibera niet vanzelfsprekend. Richard: „De overheidsschool kost 40 shilling per dag; voor de lunch moet je daar ook betalen: 50 shilling; en het is zo ver weg dat de meeste kinderen er met de bus heen zouden moeten: dat kost dan ook nog 40 shilling.”
Zeker de helft van de gezinnen in Kibera leeft volgens Richard onder de armoedegrens. Dat betekent dat ze minder dan 1 dollar per dag te besteden hebben. En een dollar komt overeen met 70 shilling. Naar school gaan alleen al kost dus bijna 2 dollar per kind per dag.
Geld van de overheid krijgt het Kibera jeugdprogramma niet. Directeur Richard: „Wij hebben zelf dit project opgezet om jeugd aan een betere toekomst te helpen. Met sieraden en zonnepanelen verdienen we wat geld en verder proberen we sponsorgeld binnen te halen.”
Op de overheid zit de directeur niet te wachten en zeker niet als het gaat om verbetering van de woonomstandigheden van de mensen. Dat lijkt op het eerste gezicht vreemd, maar Richard heeft een eenvoudige verklaring. „De overheid luistert toch niet naar de mensen hier. Ze zouden dingen veranderen zonder daar de bevolking bij te betrekken. Dan worden onze huisjes hier alleen maar duurder; kunnen wij ze niet meer betalen en zouden we ergens anders een heenkomen moeten zoeken.”
Reacties (5)
gerben stagiair | zaterdag 2 december 2006 - 10:49 | ![]() |
aantal posts:73 | wat er vergeleken bij ons zijn wij rijke stinkers |
RW correspondent | zaterdag 2 december 2006 - 15:11 | ![]() |
aantal posts:246 | dat is egt erg wij hebben het dan veeeeeel beter!! |
bartg bezorger | zaterdag 2 december 2006 - 18:06 | ![]() |
aantal posts:22 | we zoue is een weekie motte ruile |
Liesje89 stagiair | maandag 4 december 2006 - 12:03 | ![]() |
aantal posts:64 | Ik zou er niet kunnen wonen. Maar ik denk als we een weekje ruilen dat we bijde terug willen zij naar kibera en wij naar huis. |