Help, ik kan niet lezen of schrijven
Schoolboek, leesboek, Bijbel, psalmboek. Dagelijks heb je duizenden letters te verhapstukken. Prinses Laurentien was maandagochtend in het Duitse Frankfurt om aandacht te vragen voor de ongelijkheid die er volgens haar in de wereld ontstaat door analfabetisme. Ongeveer 1 miljard mensen zijn analfabeet of laaggeletterd. Nederland telt naar schatting 1,5 miljoen laaggeletterden.
Deze mensen hebben grote moeite met lezen en schrijven, waardoor zij in het dagelijks leven of op het werk minder goed kunnen functioneren. Van de 1,5 miljoen mensen zijn er 1 miljoen autochtoon en 500.000 allochtoon. Van de 1 miljoen autochtonen zijn 250.000 mensen vrijwel geheel ongeletterd.
Symptomen
Als je de volgende signalen herkent, heb je waarschijnlijk te maken met een analfabeet:
-Iemand vraagt voortdurend om uitleg, ook over dingen die eenvoudig na te zoeken of te lezen zijn.
-Iemand is zeer negatief over schoolervaringen.
-Een persoon vertelt over woordblindheid of dyslexie van zichzelf of van familie- en/of gezinsleden.
-Iemand vertoont voortdurend tekenen van angst of spanning als hij/zij een passage moet lezen of iets moet opschrijven.
Signalen op het werk
-Iemand toont nooit belangstelling voor een cursus die het bedrijf aanbiedt.
-Iemand is onzeker over de eigen inbreng in vergaderingen en durft weinig te zeggen.
-Een persoon heeft tijdens het werkoverleg moeite te begrijpen waar het over gaat.
-Iemand heeft moeite met werkinstructies of werkroosters.
Smoezen
Analfabeten schamen zich vaak voor het feit dat ze niet kunnen lezen en schrijven. Ze gebruiken daarom wel eens de volgende smoezen:
-„Sorry ik ben mijn bril vergeten.”
-„Dat formulier vul ik thuis wel in.”
-„Ik schrijf zo onleesbaar, vul jij dat maar in.”
Wat kun je doen?
-Vertel dat er veel meer mensen zijn met hetzelfde probleem.
-Overtuig de persoon ervan dat er iets aan zijn/haar probleem te doen is met speciale cursussen.
-Vertel dat een cursus goed is, omdat de persoon het probleem dan niet meer hoeft te verbergen. Dat lucht op.
Bron: www.lezenenschrijven.nl