Evert van Dijkhuizen - 23 jun 2006 09:29 - Gewijzigd: 23 jun 2006 09:41

Bikkelen na schooltijd

Hij weet thuis leukere dingen te doen. Voetballen bijvoorbeeld. Daardoor hangt z’n huiswerk erbij. Maar het moet wel gebeuren. Daarom blijft Arne anderhalf uur na op school om huiswerk te maken. Of het helpt? „Hopelijk kan ik hierdoor op het vwo blijven.”

De huiswerkklas van het Van Lodensteincollege

Huiswerk. De meeste leerlingen vinden er niets aan, maar doen het toch. Bij sommigen lukt het echt niet. Ze stellen hun huiswerk eindeloos uit, met de ene na de andere onvoldoende op school als resultaat. Wie het probleem wil aanpakken, kan bij een huiswerkbureau terecht, maar moet daar flink voor betalen. Een huiswerkcursus kost al gauw 400 à 500 euro per maand.

Dat kunnen wij goedkoper, dachten ze op het Van Lodensteincollege in Amersfoort. Twee keer per jaar biedt de school een huiswerkklas aan: zes weken voor de kerstvakantie en zes weken voor de zomervakantie. De kosten: 150 euro per periode.

De school stelt één voorwaarde aan deelname: de leerling moet gemotiveerd zijn om onder begeleiding huiswerk te maken. Want trekken aan een dood paard heeft geen zin. Over belangstelling heeft het Van Lodenstein niet te klagen. Deze periode zitten er 35 leerlingen in de huiswerkklas, eerdere keren waren het er soms zelfs 50.

Over de resultaten is coördinator Oudijn tevreden. „Natuurlijk heeft de huiswerkklas niet bij elke leerling evenveel succes, maar we zien toch in een flink aantal gevallen dat leerlingen nog net overgaan, terwijl ze zonder huiswerkbegeleiding waren blijven zitten.”

Afgeleid
De huiswerkklas duurt vijf dagen per week van kwart over drie tot half vijf. Elke middag zijn er vier docenten beschikbaar. Oudijn: „We zoeken naar een mix van leraren die talen geven en leraren exacte vakken, zodat leerlingen veel van hun vragen kunnen stellen.”

Toch is de hulp van de docenten beperkt, erkent Oudijn. „Het is niet de bedoeling dat een huiswerkdocent een ingewikkeld wiskundeprobleem gaat uitleggen. Dat moet de vakdocent in de klas doen. Maar als docent economie kan ik best iets zinnigs zeggen over Engels of Duits. Toch gaat het in de huiswerkklas vooral om studievaardigheden: het leren plannen van de leerstof, het overhoren van bijvoorbeeld woordjes bij de talen en het geconcentreerd doorwerken. Veel leerlingen worden thuis door het minste of geringste afgeleid.”

De huiswerkklas staat open voor leerlingen van alle klassen. Die uit de onderbouw (de laagste klassen) mogen eerder weg als ze klaar zijn met hun werk, die uit de bovenbouw zitten elke middag de volle tijd uit.

Zielig
De 150 euro die ouders betalen, is volgens Van Grol kostendekkend. „We maken geen winst. En voor ouders die het echt niet kunnen betalen, hebben we een ontheffingsmogelijkheid. We vinden dat kinderen die huiswerkbegeleiding nodig hebben, dat moeten krijgen, ook al kunnen de ouders het niet betalen.”

Gerrit, vwo-5-leerling, blokt op een wiskundesom. „Thuis word ik snel afgeleid, hier is het rustig”, verklaart hij zijn aanwezigheid in de huiswerkklas. Of de groep van Gerrit zich zielig voelt? „Helemaal niet”, klinkt het in koor. „Leerlingen die dat zeggen, hebben zelf vaak begeleiding nodig.”

Bas dreigt teruggezet te worden van het vwo naar de havo. Door mee te doen met de huiswerkklas hoopt hij op het vwo te kunnen blijven. Zijn begeleider deze middag, docent J. M. Pauw, doet het werk met plezier. „Het stimuleert om te zien dat de leerlingen echt hogere cijfers halen.” Eerlijk voegt hij eraan toe: „’t Is voor mij ook een leuke bijverdienste.”

Dit artikel is een samenvatting. Lees het hele artikel vrijdag in het katern Mensen van het Reformatorisch Dagblad.