VN: Hulp mogelijk te laat op gang
JAKARTA - Vijf dagen na de allesverwoestende overstromingen in Azië komt de internationale hulpverlening goed op gang. Maar de Verenigde Naties vrezen dat die voor veel mensen te laat kan komen. Onder leiding van de Verenigde Staten gaat een aantal landen de hulp aan de getroffen gebieden coördineren.
Monniken spreken gebeden uit.
De VN spreken van een „uitzonderlijk grote hulpbereidheid.” De coördinator humanitaire zaken van de VN vreest echter dat de hulp voor veel mensen te laat komt. Volgens Jan Egeland duurt het nog „twee tot drie dagen” voordat de hulpverlening volledig op stoom is. Dan is het misschien al te laat voor „tienduizenden mensen”, zei hij.
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) schat dat ongeveer 5 miljoen mensen van huis en haard zijn verdreven. Het zwaarst getroffen is Indonesië waar tussen de 1 en de 3 miljoen mensen ontheemd zijn. In Sri Lanka zou het om 1 miljoen ontheemden gaan. De overige slachtoffers bevinden zich onder meer in India en de Maldiven maar ook in een land als Somalië.
Aan de zuidkust van India brak donderdag enige paniek uit toen de regering een tsunamiwaarschuwing gaf. Mensen in het zuidoosten van het land wordt aangeraden de kustgebieden zo snel mogelijk te verlaten. Reden voor de waarschuwing van de Indiase autoriteiten was een naschok die zich zou hebben voorgedaan niet ver van de Andaman- en de Nicobareilanden.
Een BBC-verslaggeefster die in India was, verklaarde dat er geen sprake was van naschokken in het gebied. Het Amerikaanse seismologische instituut USGS zegt geen naschok te hebben geregistreerd die sterk genoeg zou zijn om een tsunami te veroorzaken.
Er zijn nog geen reacties geplaatst.