Petra Jongeneel -  6 jan 2006 13:34 - Gewijzigd: 6 jan 2006 13:34

„Leuk om met cijfertjes en klanten bezig te zijn”

Geschiedenis, verpleegkunde, planologie. Help, wat moet ik kiezen na de middelbare school? Magneet laat in een serie studenten aan het woord over hun studie. Deze week deel 5: Tim Heikoop (18), tweedejaarsstudent bedrijfseconomie en accountancy aan de christelijke hogeschool Windesheim in Zwolle.

Tim Heikoop

Keuze: „Eerst wilde ik naar de Hoge Hotelschool, maar daarvoor had je nogal wat talen nodig. Daar was ik niet zo’n ster in. Vakken als economie, management en organisatie lagen me beter. Met cijfertjes bezig zijn trok me ook, dus daarom heb ik de open dag van de opleiding bedrijfseconomie en accountancy in Zwolle bezocht. Ik kon ook kiezen voor de studie in Utrecht. Maar Zwolle stond in de keuzegidsen beter bekend.”

Nodig: „Je hebt in ieder geval economie 1 en 2 nodig en wiskunde a of b. Leuke vakken, dus voor mij geen probleem.”

Opleiding: „De opleiding duurt vier jaar. Elk schooljaar is verdeeld in vier blokken van zeven weken, met aansluitend twee weken tentamens. We krijgen vakken als boekhouding, bedrijfseconomie, Engels, wiskunde, bedrijfsorganisatie en ethiek.”

Leuk: „Aan het eind van de tweede klas kun je kiezen uit twee richtingen: bedrijfseconomie of accountancy. Het eerste is erg breed. Je leert er bijvoorbeeld bedrijfsanalyses maken: wat levert productie op, hoe veel winst maakt een bedrijf. Bij accountancy leer je vooral de boekhouding van een bedrijf bijhouden en jaarverslagen van bedrijven uitpluizen en controleren. Dat lijkt me erg leuk, dus ik kies voor accountancy.”

Moeilijk: „Ik heb niet zo’n talenknobbel. Het vak Engels ligt me niet zo. Verder hebben we vijftien contacturen per week. Daarin hebben we colleges waarin de docent de stof uitlegt. Maar er blijven wel zo’n 25 zelfstudie-uren over. Dat is best pittig. Maar ja, als je gemotiveerd bent, wil je wel.”

Stage: „In het derde jaar heb je 21 weken stage. Omdat je de eerste twee jaar alleen theorie hebt gehad, heb je een goede basis om aan de slag te gaan.”

Vervolg: „Na deze studie weet je veel van de basisstof, maar om echt aan de slag te kunnen, moet je doorleren voor registeraccountant of administratief accountant. Ik ga op de universiteit registeraccountancy doen: vier jaar werken en leren. Maar dan heb je ook kans op een leuke baan waarin je veel contact hebt met klanten en jaarverslagen van bedrijven doorspit.”