Ontluisterd of luisterrijk
Het is denk ik al meer dan dertig jaar geleden -ik werkte nog in het onderwijs- dat ik gevraagd werd om in de adventstijd een inleiding te houden, naar ik meen voor een christelijke plattelandsvrouwenvereniging. Men noemde zo’n avond een ”kerstavond” en ik mocht de avond luister bijzetten door een gepaste inleiding te houden. Ik vrees dat mijn inleiding niet aan de verwachtingen voldaan heeft. Erger zelfs: dat ik voor een groot aantal de avond ontluisterd heb.
„Wat hebt u dan gedaan?”, zult u vragen. Ik ben eerst uitvoerig ingegaan op het gebruik en misbruik van het woord ”Kerst”. Ongetwijfeld kent u het Engelse woord voor het kerstfeest: ”Christmas”. Beter dan in onze taal herkent u de naam van Christus, in het Engels ”Christ”. Overigens is dan een letterlijkere vertaling het woord ”kerstmis”, een woord dat wij liever niet gebruiken. Een meisje van de Free Presbyterian Church in Schotland maakte me er in die tijd al attent op dat het in dat woord over een ”mis” gaat en dat dit rooms-katholiek is. Hun kerk wilde niets van aan Rome herinnerende praktijken weten en vierde geen kerstfeest, wat Koelman in navolging in de zeventiende eeuw ook in ons land heeft willen invoeren.
Maar om op die avond terug te komen. Ik heb mijn gehoor proberen duidelijk te maken dat het woord ”Kerst” teruggaat op Christus. Toen in de vroege middeleeuwen het christendom in Europa verbreid werd, werd dit werelddeel, zo zeggen we, gekerstend. En de ontkerstening van onze cultuur heeft alles te maken met het verdringen van het christendom. Zo wordt het woord nog in een herkenbare zin gebruikt, waarbij we bij ”Kerst” nog denken aan Christus en christenen. Maar wat te denken van een woordgebruik waarbij het woord ”Kerst” vastgeplakt wordt aan allerlei snuisterijen die met Christus en het christendom niets van doen hebben. Hoe klinken woorden in je oren, zoals ”kerstkalkoen”, ”kerstkransjes”, ”kerstversiering”, ”kerstboom”, om nog maar niet te spreken van een ”kerstman”, een ”kerstbal” of een ”kerstloterij”! Wat heeft dat met Christus te maken?
Ik heb in die lezing geprobeerd de aanwezige dames een beetje bewust te maken van de verduistering van de boodschap van Christus, door al deze gewoonten. U begrijpt misschien wel dat er hier en daar iemand begon te sputteren of tenminste wat geïrriteerd op de stoel heen en weer ging draaien.
Gelukkig mocht ik ook een betere boodschap brengen. Je moet niet alleen zeggen wat het niet is, ook wat het wel is! En dan is er toch de altijd weer nieuwe boodschap van de komst van Christus in deze verdorven wereld en dat om Zijn volk zalig te maken van hun zonden, zoals de engel het tot Jozef zei. Hebben wij dwaas gehandeld, zijn we ver afgedwaald, diep gezonken in onze zonden, er is hulp besteld bij een Held, Die machtig is om te verlossen!
Laat alle glittering van de wereld ons niet afleiden van waar het om gaat. Wereldse glans en luister verduisteren de boodschap, maar het ware Licht gaat daar schijnen waar een ziel de duisternis door zijn zonden ervaart. Daar gaat in vervulling: „Het volk, dat in duisternis wandelt, zal een groot licht zien; degenen, die wonen in het land van de schaduw des doods, over dezelve zal een licht schijnen.” (Jes. 9:1). Zo heb ik het bij een ontluisterd leven, in de schaduw van de dood, in de maand mei, wel kerstfeest Christusfeest zien worden, toen Christus kwam bij een stervende jonge vrouw. Luisterrijk!
Apeldoorn, ds. C. J. Meeuse
Er zijn nog geen reacties geplaatst.