Straf voor tandarts die vinger afsneed
ZUTPHEN - De rechtbank in Zutphen heeft woensdag een 50-jarige tandarts uit Gaanderen veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden, een werkstraf van 240 uur en een boete van 25.000 euro.
De rechtbank vindt dat de tandarts op geraffineerde wijze het verzekeringsstelsel heeft ondermijnd.
De tandarts botste op 9 november 1999 met zijn auto in België tegen een boom. Kort daarvoor had hij nog een collega bezocht, die onder verdoving een noodvulling had geplaatst. K. werd bewusteloos en met een geamputeerde linkerwijsvinger in zijn auto gevonden en overgebracht naar een ziekenhuis. In zijn bloed werd later een grote hoeveelheid van het verdovend middel lidocaïne gevonden.
De tandarts voerde de amputatie uit om er financieel beter van de worden, aldus de rechtbank. Voorafgaand aan het door hemzelf in scène gezette ongeluk had hij diverse ongevallen- en arbeidsongeschiktheidsverzekeringen afgesloten, die hem een uitkering van 1,8 miljoen euro ineens en 545 euro per dag zou opleveren. Een van de verzekeringsmaatschappijen keerde een bedrag van 56.000 euro uit; de overige roken onraad en lieten een recherchebureau onderzoek doen, waarna de tandarts zijn claims introk.
De opgelegde boete is 10.000 euro hoger dan de officier van justitie twee weken geleden had geëist. Omdat de redelijke termijn van vervolging was overschreden, paste de rechtbank strafvermindering toe.
Er zijn nog geen reacties geplaatst.