Gerald Harbers - 16 sep 2005 22:20 - Gewijzigd: 16 sep 2005 22:20

Voor de vrede van de stad

Belfaster Neill Bole (18) voelt zich katholiek en protestant

„Drie nachten lang hoorde ik sirenes loeien en vloog een helikopter boven de stad.” Neill Bole (18) woont dicht bij het centrum van de Noord-Ierse hoofdstad Belfast, dat begin deze week beheerst werd door rellen. „We kunnen alleen maar hopen op en bidden voor vrede.”

De vlam sloeg vorig weekend in de pan. Neill: „Orangisten wilden een mars houden door een katholiek deel van Belfast. Het comité dat de parades organiseert, verbood dat om rellen tussen protestanten en katholieken te voorkomen.”

De Oranjemars ging toch door. Onder zware politiebegeleiding. „Orangisten voelden zich uitgedaagd door de politie en gooiden met stenen. De politie probeerde de orde te herstellen en toen ging het mis. Protestanten bekogelden de agenten met brandbommen, stenen en flessen.” Drie achtereenvolgende nachten waren de straten het toneel van de ernstigste rellen in Noord-Ierland van de afgelopen tien jaar.

Neill Bole (18) woont in Belfast, dat de afgelopen week gedurende drie nachten het toneel was van rellen.

„Gelukkig woon ik in een gemengde wijk van Belfast. Katholieken en protestanten wonen door elkaar en doen hun buren geen kwaad.” Neill woont sinds zijn geboorte in de Noord-Ierse hoofdstad en is ’gemengd’ opgevoed. „Van beide een beetje. Mijn moeder is katholiek, mijn vader is protestant.”

In zijn jeugd merkte Neill niet veel van het conflict. „Ik ben in ’87 geboren. Toen was het vredesproces al op gang gekomen. Gelukkig. De jaren zeventig en tachtig waren veel gewelddadiger. Mensen van beide partijen werden doodgeschoten en er waren aanslagen. De ergste was in 1998 in Omagh. Er vielen 28 doden als gevolg van een autobom.”

Brandende vuilnisbakken
De rellen van de afgelopen week hadden vooral in de noordelijke en de westelijke wijken van Belfast plaats. Volgens Neill is dat niet toevallig. „Daar zijn veel mensen werkloos en hebben jongeren slechte vooruitzichten. Die wijken zijn puur katholiek of protestants. Veel inwoners zien alleen mensen van hun eigen soort. Kinderen zitten op een protestantse basis- en middelbare school, hebben alleen maar protestantse vrienden, gaan naar een protestantse kerk en worden protestants opgevoed. Daardoor zien ze een katholiek al snel als vijand. Andersom gaat het natuurlijk precies zo.”

Met zijn vrienden praat Neill vaak over het conflict. „We zijn het erover eens dat rellen in elk geval niets en niemand helpen. Want in de arme wijken gaat het daarna nog slechter doordat winkels en auto’s in brand worden gestoken.”

Zelfs kinderen gaan naar andere wijken om daar rellen te schoppen. Neill: „In de straat van een goede kennis hebben ze de vuilnisbakken uit de voortuinen gepikt en op een hoop gegooid. Daar staken die kinderen de brand in.” Sommige leden van Neills fietsclub konden de afgelopen week niet meefietsen. „De straten zijn onbegaanbaar of afgezet door de politie.”

Jood
De 18-jarige Belfaster zou niet snel een van de rooms-katholieke of protestantse wijken ingaan. „Je wordt als vreemdeling voortdurend in de gaten gehouden en bewoners zoeken uit verveling ruzie met je. We hebben in Noord-Ierland daar zelfs een grap over. Een groep jongens komt een man tegen. Ze vragen: „Ben je katholiek of protestant?” De man antwoordt: „Ik ben jood.” De jongens: „Ja, maar een katholieke jood of een protestantse jood?””

Neill kan moeilijk zeggen of er een oplossing is voor de problemen tussen beide groepen. „De vredesonderhandelingen zijn al jaren aan de gang, maar schieten niet echt op. De politieke partijen willen niet met elkaar samenwerken. Verreweg het grootste deel van de mensen wil rust. Het maakt niet uit hoe. We kunnen alleen maar hopen op en bidden voor vrede.”