Petra Jongeneel -  9 sep 2005 11:47 - Gewijzigd: 9 sep 2005 11:47

Help, een gebit vol gatenkaas

Angela (16) vindt het fijn als tandarts uitlegt wat hij doet

Je kent ze misschien wel. Mensen die zwetend in de wachtkamer van de tandarts zitten, soms trillerig en misselijk van angst. Als ze al in de wachtkamer zitten natuurlijk. Want sommigen gaan uit bangheid helemaal niet meer. En wanneer ze uiteindelijk toch een keer gaan, is het eind zoek. Wat moet de tandarts beginnen als er een complete gatenkaas is ontstaan of bij elk lachje de tanderosie duidelijk zichtbaar is?

Recent onderzoek toont aan dat bijna 80 procent van de Nederlanders niet graag naar de tandarts gaat. Een peiling op Yord geeft aan dat 18 procent een tandartsbezoek eng vindt. Daarvan zegt 15 procent het afschuwelijk te vinden. „Ik sta angsten uit.”

Lutz Dähne werkt bij Tandarts Ede. Hij krijgt geregeld te maken met angstige tieners. Ouders praten hun kinderen volgens hem vaak bangheid aan. „Vaak zeggen moeders bij een eerste tandartsbezoek tegen hun kind: „Het doet geen pijn, hoor.” Tuurlijk wordt een kind dan bang, want er is dus een kans aanwezig dat het zeer doet. Waarom begin je anders over pijn te praten?”

Angela (16) moest deze week twee gaatjes laten vullen.

Angela Beekhof (16) uit Bennekom ligt op de tandartsstoel. Twee gaatjes vullen, daar komt ze voor. Ze is voor Tandarts Ede een trouwe klant. „Eén keer per maand kom ik hier zeker. Maar dat is meestal een afspraak wegens m’n beugel.”

Angela herkent angst voor de tandarts. „Op m’n twaalfde vulde m’n vorige tandarts een gaatje zonder verdoving. Dat deed vreselijk zeer. Vanaf dat moment ben ik bang geworden.”

Grote tangen
Een poosje geleden moest Angela vier kiezen laten trekken. Ook toen merkte ze dat ze bang was voor de pijn. „De tandarts kwam met grote tangen aanzetten. Op dat moment dacht ik: Help, dat gaat niet goedkomen. Maar ja, het moest toch gebeuren. En uiteindelijk viel het me alles mee.”

Angela kan zich storen aan tandartsen die niet uitleggen waarmee ze bezig zijn. „Gelukkig heb ik daar zelf geen ervaring mee. Maar ik kan me voorstellen dat je dan juist bang wordt. Je hebt geen idee wat er gebeurt, maar de tandarts zit wel in jouw mond te wroeten.”

Lutz Dähne herkent behalve deze oorzaak andere vormen van bangheid. „De patiënt moet zich helemaal overgeven aan iemand anders. Dat valt niet mee. Ook vinden veel mensen het felle licht en het geluid van de boor vervelend. Het scheelt enorm als je in een behandelkamer een tv-toestelletje ophangt en een boor gebruikt die een minder hoog geluid geeft. Ook komen hier mensen die snel kokhalzen en daarom bang zijn voor een behandeling.”

Wat tandarts Dähne met bange mensen doet? „Ik stel ze gerust door een grapje te maken, veel uit te leggen en een behandeling zo kort mogelijk te houden. Ik doe wat ik kan. Als mensen bang worden van mijn groene jasje, dan trek ik dat toch gewoon uit?”

Zuur
Het komt voor dat jongeren hun halfjaarlijkse afspraak niet nakomen. De gevolgen daarvan zijn niet altijd leuk. Vooral tanderosie wordt een steeds omvangrijker probleem. Uit onderzoek blijkt dat 30 procent van de jongeren van 15 en 16 jaar last heeft van deze aandoening. Bij tanderosie wordt de glazuurlaag op je tanden aangetast door zuren die bijvoorbeeld in dranken zitten. Het glazuur, een ijzersterke beschermlaag op je tanden, vormt zich daar maar eenmaal. Weg is weg.

Angela drinkt vooral veel cola en ijsthee. Oeps, vooral van dat laatste wordt je gebit niet vrolijk. In drankjes als breezer, vruchtensap en icetea zitten volgens tandarts Dähne enorm veel zuren. Oppassen geblazen dus…

Dähne weet voor erosie een oplossing. „Goed poetsen, goede eet- en drinkgewoontes en elk halfjaar naar de tandarts.”

Zit een glaasje icetea er voor Angela dan helemaal niet meer in? „Als je telkens een klein beetje neemt, dan heeft speeksel amper de tijd om het zuur af te breken. Drink dan liever alles in één keer op.”

Weetjes

Een op de drie Europeanen poetst de tanden één keer per dag of minder. De tandarts adviseert twee keer per dag te poetsen.

Je moet een tandenborstel één keer per drie maanden vervangen. Veertig procent van de Nederlanders doet dit.

Vijftig procent van de Nederlanders gaat twee keer per jaar naar de tandarts, in vergelijking met 23 procent van de Europeanen.

Bron: Europees onderzoek uitgevoerd door Colgate.