Ingewikkeld speelgoed
Adriaan Visser (13) priegelt en sleutelt graag met meccano
Op tafel bij Adriaan Visser (13) in Veldhoven staan een vliegtuig, een camera op statief en het onderstel van een auto. Gemaakt van tientallen metalen plaatjes en ijzeren strippen. Honderden schroefjes en moertjes houden alles bij elkaar. „Spelen met meccano is mijn hobby.”
”Jongensdromen in Meccano”. Onder die naam gaat vandaag een expositie over het populaire speelgoed van start in het Speelgoedmuseum van Deventer. Allerlei bouwwerken zijn er te bezichtigen, van locomotief tot hefbrug. Allemaal van meccano, gemaakt door liefhebbers van het speelgoed.
Ook Adriaan zet zijn jongensdromen graag om in meccano. Hij was 7 jaar oud toen het meccanovirus toesloeg. „We vonden zes jaar geleden in ons vakantiehuis een doos meccano. Mijn vader herkende het direct: hij speelde er vroeger altijd mee. Mijn broertje Harmen en ik hebben toen voor het eerst iets van meccano gemaakt. Na de vakantie heeft mijn vader bij mijn oma op zolder zijn eigen dozen opgezocht. Ik was meteen verkocht.”
De 13-jarige scholier bouwt aan de hand van tekeningen of naar eigen ontwerp. Op een spoorlijn staat een locomotiefje met drie wagonnetjes erachter. Het geheel is ongeveer 20 centimeter lang. „Dit heb ik zelf ontworpen en gebouwd. Dat lijkt simpeler dan het is. Alleen het bouwen van de locomotief duurde al meer dan drie uur.”
Versnellingsbak
„Wat ik het leukste vind aan meccano? De uitdaging. Ik priegel en sleutel net zolang totdat het goed werkt.” Adriaan pakt een camera van meccano. Hij draait het apparaat alle kanten op, linksom en rechtsom. Kantelen kan ook, naar voren, naar achteren. „Toen ik na uren bouwen klaar was, kantelde de camera steeds naar voren. Wat nu, dacht ik. De oplossing is simpel, maar kostte me wel heel wat denkwerk: een rubber wieltje aan een van de assen. Dat zorgt nu voor enige stroefheid tussen de onderdelen. De camera blijft nu in elke stand staan.”
Volgens Adriaan kan een meccanofanaat het zichzelf zo moeilijk maken als hij wil. „Mijn vader, broertje en ik bouwen nu samen een auto. Daar zit een echt werkende versnellingsbak in. Met drie versnellingen en een achteruit. Dat kostte mijn vader ongeveer tien uur. Wanneer de auto af is? We mikken op de zomervakantie. Dan kan de auto echt rijden, sturen en schakelen.”
Zelf heeft Adriaan „geen idee” hoeveel tijd in zijn hobby steekt. „Dat is heel wisselend, soms bouw ik een week lang niets, dan bouw ik vijf dingen op één dag en ben ik van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat bezig.” Wijzend op het vliegtuig: „Als ik dit voor de tweede keer bouw, kost me dat een paar uur.” Het afbreken van de bouwsels kost minder tijd. „Je draait gemakkelijk alle schroefjes los.”
50 Kilo
De losse onderdelen komen in een speciaal kastje. Acht lades, verdeeld in vakjes, bieden plaats aan de ongeveer 300 verschillende materialen. De grootte en vorm varieert van een schroefje van enkele millimeters tot een hoekstrip met een lengte van bijna een halve meter. Eén lade is speciaal gereserveerd voor de tandwielen: 32 soorten liggen keurig gesorteerd in vakjes. De duurste kost volgens Adriaan ruim 30 euro. Het is een tandwiel waarop een ander tandwiel haaks kan draaien.
Meccano is sowieso een dure hobby. „De laatste doos die we kochten, kostte ongeveer 1500 euro. Daarin zitten meer dan 1000 onderdelen. Nu hoeven we ook geen nieuwe dozen meer te kopen. Alle soorten onderdelen hebben we.”
Adriaan is lid van het Meccanogilde. Twee keer per jaar gaat hij naar een bijeenkomst van meccanoliefhebbers. „Daar koop of ruil ik onderdelen. In een speelgoedwinkel is weinig te koop. Lukt het op de ruilbeurs niet, dan ga ik op zoek via internet.”
Hoeveel onderdelen de hobbyist heeft, kan hij niet zeggen. „Het aantal loopt in de duizenden. Ik denk alles bij elkaar ruim 50 kilo weegt.” Lachend: „Dat is meer dan mijn eigen gewicht.”
De expositie ”Jongensdromen in Meccano” is tot en met 5 november te zien in Speelgoedmuseum Deventer.
Dit artikel staat in Magneet.