Wetenschap 2 november 1999

Creationisten buigen zich over ijstijd

Door Helma Rebel-Struijk
Stuwwallen, keileem en huizenhoge zwerfkeien: er zijn voldoende aanwijzingen die erop duiden dat er in het verleden ijstijden zijn geweest. Maar hoe lang duurden deze perioden, en hoe zijn de landijskappen ontstaan?

De gangbare theorie gaat uit van een uiterst traag proces van miljoenen jaren. Creationisten proberen een geloofwaardige alternatieve tijdschaal te ontwikkelen. Een aantal ijstijdmodellen in het creationisme kwam zaterdag aan de orde tijdens een symposium op Urk ”De ijstijd, gewikt en geweest?”

Geograaf drs. H. Hoogerduyn legde de vinger bij beperkingen in de gangbare theorie. Ervan uitgaan dat de ijstijd zich over een onvoorstelbaar lang tijdsbestek heeft afgespeeld, geeft nog geen afdoend mechanisme voor het ontstaan van een ijstijd. Ook is het verleden niet te verklaren door de huidige, traag voortkabbelende natuurlijke processen terug te rekenen. Verder is de geograaf het niet eens met de datering van de ijstijd aan de hand van het tellen van ijslaagjes in de ijskappen op Groenland en Antarctica; volgens hem een onbetrouwbare methode.

Hoogerduyn is aanhanger van de theorie die uitgaat van een catastrofe als oorzaak voor de ijstijd, een plotselinge klimaatramp zoals inslagen van kometen. De dikte van ijslagen op Groenland en Antarctica, gemiddeld zo'n 1500 meter, past goed bij dat catastrofemodel. De kosmische klimaatramp zou zich hebben afgespeeld in de tijd van Abraham, Izak en Jacob. Komeetinslagen zorgden voor een schommelbeweging van de aardas. Dat zou de snelle afwisseling van koude en warme stadia tijdens een ijstijd kunnen verklaren.